Direct naar artikelinhoud

Hoe flamenco een jazzbassist tot bescheidenheid noopt

Dave Holland, jazzcontrabassist geroemd om zijn meesterschap en veelzijdigheid, komt naar Jazz Middelheim om er in de schaduw te staan. In de schaduw van de flamencokunsten van Pepe Habichuela en Josemi Carmona. Ook op de pas verschenen cd Hands is Holland de bescheidenheid zelve, en dat siert hem.

Holland is absolute top in de jazzwereld. Hij kwam er eind de jaren zestig via de grote poort binnen in de ophefmakende groep van Miles Davis die Filles de Kilimanjaro, In a Silent Way en Bitches Brew maakte. Hij hield zich nadien zowel met avant-garde (o.a. in het illustere kwartet Circle) als met traditionele jazz bezig. Hij verfijnde geduldig zijn technische vaardigheden, zijn compositietechniek en zijn muzikale inzichten. Gevolg: vandaag wordt zijn vaste kwintet beschouwd als een van de meest solide, consistente én intelligente working bands van de hele jazzscène. Hetzelfde geldt voor zijn big band.

Je zou verwachten dat iemand met die staat van dienst voor niemand nog terugdeinst. Dat hij ook nieuwe muzikale situaties snel inschat en naar zijn hand kan zetten. Dat is wat veel jazzmuzikanten onder cross-over verstaan: een genre oppikken, snel analyseren en vertalen naar een jazzcontext. Dat heeft natuurlijk al tot mooie resultaten geleid, maar zelden tot werk van blijvende waarde.

Holland weet dat, en dus is zijn benadering anders. Hij kreeg een vijftal jaar geleden vanuit Spanje de vraag of hij interesse had om een project te doen met flamencomuzikanten. De keuze viel op de groep van gitarist Pepe Habichuela, die eerder al eens met Jaco Pastorius en Don Cherry had samengewerkt. Holland hapte toe, maar liet ook weten dat hij dit als een leerproces zag. “Tijdens de repetities vroeg ik aan Pepe om me zijn muziek aan te leren en hij heeft me minzaam en geduldig wegwijs gemaakt in zijn muzikale wereld.” Holland leerde de inner workings van flamenco.

Hij leerde op zijn contrabas complexe soli bouwen met respect voor subtiele (ongeschreven) wetten. En hij leerde de detailrijkdom waarderen. Die lessen maakten hem bescheiden. Hij trad in 2007 voor het eerst met Pepe Habichuela op en zou in de daaropvolgende jaren nog geregeld naar Spanje afreizen. Pas drie jaar later vond hij de tijd rijp om een plaat op te nemen. Maar het is geen cross-over. Hands is eigenlijk een flamencoplaat waarop een jazzbassist meespeelt. Een bijzondere flamencoplaat dan nog: zonder (exuberante) dans of zang, maar vooral subtiele gitaarklanken en percussie, uiterst precies en kristalhelder neergezet. Jazzliefhebbers vinden dit misschien net niet vrijpostig genoeg, maar ze krijgen er een boeiende wereld voor in de plaats. En Holland kennende: ongetwijfeld zal hij zijn opgedane ervaring later nog verder gebruiken.