Duw in de rug voor student-ondernemers
Studenten moeten niet langer wachten tot ze hun bachelordiploma hebben om een onderneming op te richten. Via een speciale module aan de universiteit of hogeschool kunnen ze veel sneller aan de slag. Vlaams minister van Werk Philippe Muyters (N-VA) hoopt jaarlijks zo'n 1.500 studenten te bereiken.
De jonge creatieveling die online juwelen verkoopt, de aspirant-ingenieur die experimenteert met 3D-printen, de ambitieuze studente die een start-up lanceert: het ondernemerschap is steeds populairder bij jongeren.
Nu moeten studenten vaak wachten tot ze hun bachelordiploma hebben gehaald alvorens ze van start kunnen gaan. "Maar op die manier wordt veel talent nodeloos afgeremd", vindt Vlaams minister van Economie Philippe Muyters (N-VA). Op vraag van de hogescholen en universiteiten maakt hij het daarom een stuk eenvoudiger om als student een eigen zaak te starten. "Dat past perfect binnen de ambitie van de Vlaamse regering om jongeren zo vroeg mogelijk warm te maken voor het ondernemerschap", zegt hij.
De huidige situatie is vrij absurd. Wie een bachelordiploma heeft, mag een bedrijf opstarten. Dat geldt ook voor een bachelor lichamelijke opvoeding, ook al heeft die geen enkele economische vorming gehad. Een student zonder bachelordiploma met een geniaal idee moet daarentegen aparte cursussen boekhouden en economie volgen om een attest bedrijfsbeheer te behalen. In de praktijk wacht bijna iedereen dan ook tot de studies afgerond zijn.
Vrijstellingen
Daar wil Muyters nu vanaf. Hij zal de hogescholen en universiteiten vragen een speciaal lessenpakket bedrijfsbeheer te ontwikkelen. "In één semester kan de student die opleiding afronden en zijn ondernemingsnummer aanvragen", maakt Muyters zich sterk.
Voor de student komt het pakket bovenop het reguliere curriculum, maar wie al economische vakken volgde, krijgt vrijstellingen. Het belangrijkste is dat de stap voor de student veel kleiner wordt. Sommigen zullen maar één of twee vakken extra moeten afleggen. De bedoeling is om vanaf begin volgend jaar met het nieuwe systeem van start te gaan.
Tal van hogescholen en universiteiten namen de voorbije jaren al initiatieven om het ondernemerschap bij jongeren te stimuleren. Een bekend voorbeeld is 'Ghentrepreneur', een overkoepelend initiatief van de hogescholen en universiteit in Gent.
Ook de overheidsdienst Vlajo heeft in heel Vlaanderen programma's lopen om ondernemerschap te integreren in het onderwijs. "Natuurlijk zijn we blij met het initiatief van Muyters", zegt Peter Coenen, directeur van Vlajo. "Het vult aan wat wij doen."
De bedrijfjes die in het kader van Vlajo of Ghentrepreneur worden opgericht, doen dat meestal onder de vleugels van een universiteit of hogeschool. Zelden hebben ze een eigen ondernemingsnummer. "Veel studenten richten later ook hun eigen bedrijfje op, maar moeten daarvoor wachten tot ze hun diploma hebben", zegt Coenen.
Coenen wijst erop dat steeds meer studenten zich inschrijven voor de Vlajo-programma's. Muyters zelf schat dat jaarlijks tot 1.500 studenten warm gemaakt kunnen worden voor de nieuwe opleiding. Hij baseert zich op onderzoek van Ghentrepreneur waaruit blijkt dat in 10 procent van alle 35.000 Gentse studenten een potentiële ondernemer schuilt. Een minderheid (zo'n 350 mensen) van hen zal ook effectief van start gaan met een bedrijf.
Internet
Ondernemerschap is al enkele jaren aan een opgang bezig. Het wordt niet langer geassocieerd met mannen op leeftijd die met een sigaar in de mond over de werkvloer uitkijken. Onder anderen Facebook-CEO Mark Zuckerberg bewees dat ook een twintigjarige op slippers de weg naar geld en succes kan vinden.
Ondernemen is vooral ook veel eenvoudiger geworden. Je hoeft vaak geen winkel of kantoor meer te huren: een eigen Facebookpagina volstaat om je diensten of producten aan te bieden. Daarnaast vind je ook veel kennis en basismateriaal op het net. Zo zoekt de juwelenontwerpster haar voorbeelden en technieken op Pinterest en bestelt ze haar materiaal rechtstreeks bij een groothandel in China.