Direct naar artikelinhoud

Chinezen azen op Opel Antwerpen

Zes kandidaten hebben zich gemeld om autofabriek Opel Antwerpen over te nemen van General Motors, waaronder twee Chinese autoconstructeurs. Als in de komende zes weken geen akkoord wordt gevonden met een van hen, stopt de industriële activiteit aan de Antwerpse Noorderlaan en worden de terreinen verkocht.

Moedergroep General Motors wil zo snel mogelijk af van overbodige autofabriek en zoekt al koper voor site

Vlaams minister-president Kris Peeters spreekt van ‘drie serieuze kandidaturen’. Hij is er niet over te spreken dat GM de terreinen van de autofabriek inmiddels te koop heeft gezet. De toekomst van Opel Antwerpen moet ten laatste op 30 september duidelijk zijn.

Twee Chinese autoconstructeurs, een Europese toeleverancier voor de autosector en drie Europese bedrijven uit andere sectoren zijn geïnteresseerd in de overname van Opel Antwerpen. Dat is meegedeeld aan het personeel, dat deze week weer aan de slag is gegaan na een productiestop van vier weken. Namen van de mogelijke investeerders worden niet vrijgegeven, benadrukt de woordvoerster Ann Wittemans, om het verkoopproces alle slaagkansen te geven. Volgens Vlaams minister-president Kris Peeters zijn drie kandidaturen “serieus”.

De fabriek aan de Antwerpse Noorderlaan gaat zijn laatste weken in als Opelvestiging. Zij is overbodig geworden voor het automerk Opel, dat met productieovercapaciteit kampt in Europa. Tegen eind september moet het lot van de fabriek duidelijk zijn, zodat GM tegen het einde van het jaar alle financiële banden met de fabriek en zijn personeel kan doorknippen.

De fabriek draait nu al op halve kracht meer. In juni heeft de helft van de ruim 2.600 werknemers van Opel Antwerpen met een vertrekpremie het bedrijf verlaten.

De vraag is welke toekomst de overblijvers nog hebben. Toen Opel begin dit jaar de fabriek liet vallen, hebben de Vlaamse regering, de vakbonden en enkele industrieleiders een werkgroep opgericht om tegen 30 september een industrieel alternatief voor de site op poten te zetten.

Een overname door een andere autoconstructeur is het ideale scenario. Als daar geen interesse voor is, kan de fabriek zich ontwikkelen als toeleverancier van auto-onderdelen. In een derde scenario gaat de fabriek zich toeleggen op industriële activiteiten buiten de auto-industrie. Elk van die drie pistes wordt nog overwogen, zo blijkt uit de lijst van zes kandidaat-overnemers.

Het is niet de eerste keer dat Opel Antwerpen met een mogelijke Chinese overnemer geassocieerd wordt. Bij een recente handelsmissie polste Vlaams minister-president Peeters nog naar de belangstelling bij Geely, de Chinese autobouwer die het Zweedse Volvo heeft gekocht. Maar Geely heeft met Volvo Gent al een Belgische autofabriek en hield de boot af.

Eerder dit jaar zou GM de Antwerpse fabriek aangeboden hebben aan het Chinese BYD of Build Your Dream, de autobouwer wiens logo verdacht goed op dat van BMW lijkt. “Het voorstel was erg verleidelijk”, verklaarde Henri Li van BYD toen. “Antwerpen is een heel moderne fabriek met een zeer goede ligging. Maar het voorstel kwam te vroeg.”

Opel Antwerpen kreeg volgens de bonden ook een behoorlijk rapport van de Oostenrijks-Canadese toeleverancier Magna, toen dat bedrijf nog op het punt stond om heel Opel over te nemen. Die deal werd op het laatste nippertje door GM afgeblazen.

General Motors maakt zich dezer dagen op om terug naar de beurs te trekken en wil snel klare wijn schenken over alle aflopende Opelactiviteiten. De autogroep verhoogt de druk op de onderhandelingen rond Opel Antwerpen door vastgoedconsultant CB Richard Ellis in te huren voor een vastgoedverkoop van de site en de terreinen, dus zonder de industriële activiteiten (DM 19/8).

Vlaams minister-president Peeters is daar niet over te spreken. “Dit is tegen alle gemaakte afspraken en een heel slecht signaal”, zegt hij. “Op dit moment liggen drie serieuze kandidaturen op tafel van mogelijke investeerders. Die moeten ernstig bekeken worden. Ik ga ervan uit dat GM die dossiers correct bestudeert en daarnaar handelt. GM is toch een ernstig bedrijf. Ik ga er dan ook van uit dat het zich aan de afspraken houdt en dat dit het proces niet beïnvloedt.”

Ook vakbond ABVV is er bijzonder ontstemd over. Vakbondsman Rudi Kennes kondigt aan dat hij vandaag tekst en uitleg zal vragen op de ondernemingsraad in Antwerpen en dat hij volgende week hetzelfde zal doen op de Europese ondernemingsraad in Duitsland. “Ik vind dat dit niet kan”, zegt hij. “Terwijl er nog een overnemer wordt gezocht, gaat GM al op zoek naar iemand om de terreinen te kopen?” Zijn collega Luc Van Grinsven van het ACV reageerde gematigder.

Als het uitdraait op een pure vastgoedverkoop, dan draaien alle ogen richting het Gemeentelijk Havenbedrijf Antwerpen. Dat beschikt over over een optie tot aankoop, die werd bedongen bij de verkoop van de terreinen in 1965 aan GM. De haven heeft ook een voorkooprecht (vanuit het Havendecreet) waarop ze al meermaals een beroep heeft gedaan om gronden aan te kopen die in privéhanden waren.

Maar het Havenbedrijf zegt de onderhandelingen met mogelijke industriële overnemers niet te willen dwarsbomen. “De aanstelling van een vastgoedconsultant om een koper te zoeken voor de Opel-terreinen heeft hier toch tot verbazing geleid”, zegt Tine Vandendriessche van het Havenbedrijf. “Men gaat immers nog tot 30 september op zoek naar een overnemer en het Havenbedrijf ondersteunt die visie van Vlaanderen. We willen de zoektocht naar een investeerder alle kansen geven en maken onze rechten daaraan ondergeschikt.”

Op de vraag of het Havenbedrijf ook werkelijk wil overgaan tot een eventuele aankoop, wenst ze niet in te gaan. “Die vraag ligt op dit moment niet voor”, besluit Vandendriessche.

In elk toekomstscenario zullen de overblijvende Opelarbeiders recht hebben op een vertrekpremie bij GM, zoals de collega’s die al vertrokken zijn. Dat hebben de vakbonden eerder dit jaar bedongen.

General Motors heeft 400 miljoen euro gereserveerd voor de vertrekpremies bij Opel Antwerpen, wat neerkomt op gemiddeld 153.250 euro per werknemer. Dat blijkt uit GM-documenten die De Tijd kon inkijken. “De 400 miljoen is het maximumbedrag dat bestemd is voor de afvloeiingsregelingen”, zegt woordvoerster Wittemans.

Dat moet ruimschoots volstaan om alle beloofde vertrekpremies voor arbeiders en bedienden te betalen. De hoogte van de premies verschilt van persoon tot persoon, afhankelijk van leeftijd, functie en anciënniteit en is voor arbeiders maximaal 148.000 euro bruto. Van de brutovertrekpremies blijft na aftrek van de sociale bijdragen en bedrijfsvoorheffing doorgaans ongeveer de helft als nettobedrag over.