Direct naar artikelinhoud

Jaloezie: een gifgroen spoor in de literatuur

Jaloezie sluipt als een gif door de literaire geschiedenis. Van de Odyssee tot Othello, van A la recherche du temps perdu tot Sneeuwwitje. Jaloezie gezond? Niet in de literatuur.

Het begint, zoals zo vaak, al in de Bijbel. Kaïn die Abel vermoordt, koning Saul die David "aan de wand wil spiesen", Mirjam die in opstand komt tegen Mozes en door God getroffen wordt met melaatsheid, ... Telkens is er één boosdoener: afgunst. Of, zoals het in het Eerste Boek Samuël staat: "Jaloezie verblindt het hart."

Niet dat in het Boek der Boeken het warm water wordt uitgevonden. Ook de Oude Grieken waarschuwden in hun geschriften voor het groene monster, ook al benoemden ze het niet als dusdanig. Aristoteles heeft het in zijn Retorica wel over 'nemesis' (misnoegen, verontwaardiging), 'phthonos' (pijn om het geluk van anderen) en 'zêlos' (wedijver, rivaliteit), maar de pure jaloezie ontbreekt. Sommige experts trokken daaruit de conclusie dat de Grieken die emotie niet kenden. Vreemd, aangezien Homeros het thema zo duidelijk aansneed in zijn Odyssee. Of hoe anders Odysseus' wraak op de vrijers van Penelope te catalogeren?

Bloedrood

Vanuit die twee oerboeken loopt een gifgroen spoor doorheen de literatuurgeschiedenis. En niet zelden is er liefde in het spel. Scheve ogen en gebroken harten: ze zijn legio in de wereldliteratuur. Anthony Trollope laat hoofdfiguur Louis Trevelyan in zijn He Knew He Was Right verteren door jaloezie wanneer kolonel Osborne naar de gunsten van zijn vrouw dingt. Marcel Proust laat zijn hoofdpersonage en naamgenoot in zijn A la recherche du temps perdu ten prooi vallen aan obsessieve jaloezie om Odette, Gilberte et les autres. Leo Tolstoj, zowat dé literaire meester in jaloezie, laat de liefde van zijn Anna Karenina voor graaf Wronski omslaan in ziekelijke amoureuze afgunst. Enzovoort enzovoort.

Het groene pièce de résistance uit de wereldliteratuur echter is een toneelstuk: Othello van William Shakespeare, het verhaal van de Moor van Venetië die uit onterechte jaloezie zijn geliefde Desdemona neersteekt en, wanneer hij zijn fout inziet, zichzelf. "O, beware, my lord of jealousy; / It is the green-ey'd monster which doth mock / The meat it feeds on" , waarschuwt Iago, de aanstoker van het kwaad, valselijk, maar profetisch.

Het groene van de jaloezie eindigt wel meer in het rode van het bloed. En opnieuw: dat was al zo bij de Oude Grieken. Denk aan Medea van Euripides die uit jaloezie om de amoureuze escapade van haar man het ondenkbare doet: haar kinderen, haar eigen bloed, ombrengen. Of denk aan Sophokles' Oedipus, die dankzij Freud zijn naam gaf aan een heus complex, dat verwijst naar het door jaloezie ingegeven, onbewuste verlangen de vader te willen vermoorden.

Ook sprookjes laven zich gretig aan het thema jaloezie. Vele lezen als fantasierijke waarschuwingen voor het groene gevaar. Wanneer de spiegel de koningin vertelt dat haar stiefdochter Sneeuwwitje mooier is dan zij, wordt ze "groen en geel van jaloezie" en draait voortaan "haar hart zich om in haar borst" wanneer ze haar ziet. Ook die andere babe van de gebroeders Grimm zit ermee opgescheept. Assepoester krijgt er bij haar jaloerse stiefmoeder nog eens twee jaloerse stiefzusters bovenop. Eind goed, al goed, uiteraard, want die worden uiteindelijk de ogen uitgepikt door duiven. Lees: jaloezie komt ten val. Altijd.

Julian Barnes

En zo gaat het nog steeds. Afgunst en haar desastreuze gevolgen blijven ook voor hedendaagse romanciers gefundenes Fressen. Zo noemde de Franse schrijfster Catherine Millet de opvolger van haar taboeboek Het seksuele leven van Catherine M. simpelweg Jaloezie, een egodocument over de keerzijde van de vrije liefde. Maar het kan ook hoogstaander. Laten we afsluiten met een van de mooiste hedendaagse romans over jaloezie. Titel: Before She Met Me. Auteur: Julian Barnes. Het is het verhaal van een professor geschiedenis aan London University die, wanneer hij voor de tweede keer trouwt, in de greep raakt van een compleet irrationele vorm van seksuele afgunst en obsessief het verleden van zijn nieuwe geliefde begint uit te spitten. "Waarom moest deze jaloezie blijven voortduren, ongewenst, veracht, enkel daar om je te verneuken?", vraagt hij zich op een bepaald moment af. Een antwoord komt er niet. Nooit, wellicht.