Direct naar artikelinhoud

Sloop dreigt voor stroopfabriek

Het was al lang een tongbreker en nu splijt de stoomstroopfabriek ook Borgloon zelf. Het stadsbestuur wil geen geld meer stoppen in de renovatie. 'De droom lijkt begraven', zegt ook Stijn Meuris, zes jaar geleden peter van dit project in de Monumentenstrijd op Canvas. Die Borgloon won.

Ze noemen zichzelf 'de parel van Haspengouw' en volgens burgemeester Danny Deneuker (sp.a) wil Borgloon dat ook blijven. "Maar dat kan alleen als we gaten in de wegen kunnen vullen, nieuwe voetpaden aanleggen en geen personeel moeten ontslaan." Dus zag Deneuker, samen met coalitiepartners CD&V en N-VA, eind april geen andere oplossing dan te beslissen dat de stad de 1,7 miljoen euro, voorzien voor de renovatie van de stoomstroopfabriek, in zal houden. Net als het miljoen voor 2014 en de 975.000 euro voor 2015. Licht ambtelijk: "In het kader van de Beleids- en Beheerscyclus die ons oplegt dat we tussen 2014 en 2019 een sluitende begroting moeten hebben, past dit hier gewoon niet in."

Even terug naar 2007. Op Canvas loopt de Monumentenstrijd, BV's worden ingezet om elk een project te promoten dat restauratiesubsidies verdient en na die strijd wint dus de stoomstroopfabriek uit Borgloon. Onder meer ten nadele van de Gentse Boekentoren. "Ook een mooi project", zegt Stijn Meuris, in die strijd peter van Borgloon. "En ze waren een beetje op hun tenen getrapt. Maar ze hadden het, ietwat geëxplodeerde, Limburggevoel inderdaad een beetje miskend. Daarom is het ook zo spijtig dat dit nu gebeurt. Ik klink bijna politiek als ik zeg dat er een 'maatschappelijk draagvlak voor bestond'. Dat was ook zo. Zelfs buiten de provincie. En dat eindigt nu in mineur."

Niet dat er nog niks gebeurde. En vanuit Vlaamse en Limburgse subsidiepotten werd in totaal al meer dan 4 miljoen euro vrijgemaakt om van die oude fabriek weer een trekpleister te maken. Maar dat volstaat niet. Au contraire zelfs: Raf Bleus, die met zijn vader in 2006 in de oude fabriek ("we begonnen met één inox ketel") opnieuw stroop begon te maken onder de merknaam 'Loonse stroop', dreigt weg te trekken. Want te gevaarlijk. "Het gebouw waar wij nu in zitten, valt nog mee", zegt Bleus. "Maar de gebouwen naast ons zijn gevaarlijk bouwvallig. Het is frustrerend. Oude nest is het."

Was het natuurlijk al toen ze hier begonnen, maar toen was er hoop. Door die wedstrijd. Door het beloofde geld. Door de plannen van Borgloon om bijvoorbeeld de toeristische dienst permanent in het gerenoveerde gebouw te zetten. Het zou toeristen aantrekken. "Maar zoals het er nu bij staat, is het heel moeilijk om mensen nog toe te laten", zegt Bleus nog die jaarlijks zo'n 40.000 kilo stroop maakt. Nog lang, dat wel. Maar misschien niet hier."De droom is nog niet weg. Zolang mensen stroop lusten, zal de stroop bestaan."

Gemiste kans, mooie droom

"Ik kan er niet van over dat ik dit niet kon afwerken", zegt Eric Awouters, tot 31 december burgemeester en na de verkiezingen met zijn lijst Open Vld/Stroop (jawel) naar de oppositie verwezen. "We hadden nochtans een voorakkoord met Danny Deneuker en daarin stonden onze plannen om te durven kiezen voor investeringen in de stoomstroopfabriek. Drie jaar lang. Waardoor andere investeringen werden ingehouden. In de wetenschap dat het moeilijke tijden zijn, maar juist dan kun je je onderscheiden. Als het minder gaat, kun je een voorsprong nemen."

Awouters was bereid dat te doen. Elders niét te investeren en, door natuurlijke afvloeiingen van 10 personeelsleden ("geen naakte ontslagen") en één schepenambt minder, dat geld vrij te maken. "Maar ze braken het voorakkoord en doen nu dit. Onbegrijpelijk. Wat gaan ze doen? Het is een beschermd monument. Je moet er toch voor zorgen."

Terug naar burgemeester Deneuker. Hij zegt dat hij zich afvraagt hoe Awouters dat geld bij elkaar zou krijgen. Dat hij niet bereid is mensen te ontslaan en de belastingen te verhogen. "Ik kan een bevolking van 10.600 mensen die inspanningen niet vragen. Waarmee ik de hele stoomstroopfabriek niet wil opgeven. Maar als het klopt dat dit bovenlokaal belang heeft, dan vraag ik ook bovenlokale steun. Het Gallo-Romeins Museum in Tongeren is van de provincie. Idem voor Bokrijk. Wel."

Awouters en Deneuker gebruiken gek genoeg wel dezelfde woorden: gemiste kans, helaas, een mooie droom. Alleen zegt Deneuker, in de vorige legislatuur schepen in het college dat Awouters leidde ("maar niet bevoegd voor financiën en misschien was ik niet attent genoeg") dat het achteraf gezien misschien inderdaad geen goed idee was om Vlaanderen zo op te stoken voor die Monumentenstrijd naar Limburg. "Ik herinner me de woorden van toenmalig deputé Sleyen: 'Het project is schitterend, maar Borgloon is er te klein voor.' Maar goed, ik ben ook geen cultuurbarbaar en ik wil blijven vechten. Ik wil mee naar geld zoeken. Maar het is één voor twaalf." Anders gezegd: gebeurt er niet snel iets, dan dreigt de sloop voor de stroopfabriek.

Gapende wonde

Het slotwoord is, zoals in 2007, voor Stijn Meuris. Hij kan begrip opbrengen voor de 'andere tijden'. Vijf jaar later ziet de wereld er economisch anders uit, ook in Borgloon. En hij wil het spel van de democratie en de, hier lokale, politiek een kans geven. "Komt er een nieuwe coalitie, dan kan dit gebeuren. Dat is zo."

Maar spijtig blijft het wel. "Ik vermoed dat Eric Awouters dit als een cadeau aan de gemeente zag. En ook ik was ervan overtuigd dat dit iets kon worden voor Borgloon en de regio. Allee, behalve de fantastische natuur is daar niet veel. Dit zou mooi aansluiten, een trekpleister die géén Plopsaland is. Maar waarom het ondertussen al vijf jaar moest duren en waarom het zo duur moest zijn, begrijp ik ook niet. Het is dus een dubbel verlies, want er wérd al geld in geïnvesteerd. Helaas ligt de site er vandaag als een gapende wonde bij. Jammer. Want puur pragmatisch zal het in crisistijden wel makkelijker zijn mensen te mobiliseren voor investering in zorg en scholen en lokale wegen. Maar je moet toch af en toe kunnen dromen. En dan mag de rest van Vlaanderen daarmee lachen, het is zonde dat zo'n droom begraven wordt."