Direct naar artikelinhoud

'Een tip voor Reynders? Twee keer zoveel luisteren als praten'

Na twaalf jaar Didier Reynders (MR) krijgt het departement Financiën een nieuw gezicht. Steven Vanackere (CD&V) neemt het van hem over, Reynders trekt naar Buitenlandse Zaken. Officieel is iedereen daar uiterst tevreden mee, maar heel hartelijk verliep de kabinetswissel niet.

- "Voila, dit is de sleutel van de kluis."

- "Ik hoop dat er nog iets in zit."

- "Hopelijk steeds meer de komende jaren."

Didier Reynders en Steven Vanackere maken het gezellig tijdens hun onderlinge machtsoverdracht. Reynders mag de spits afbijten en overhandigt in zijn oude kantoor de sleutels van zijn kabinet en van le coffre des finances aan de nieuwe minister van Financiën, samen met de instructies over hoe die kluis precies opengaat. De grapjes gaan over en weer, de goedbedoelde en iets minder subtiele 'tips voor de toekomst' evenzeer.

"Of ik het niet ga missen? Natuurlijk, na twaalf jaar voel ik wel een beetje nostalgie", geeft Reynders toe dat hij niet per se weg wilde op zijn oude post. En er fijntjes achteraan: "Ik heb altijd geprobeerd om een daling van de belastingen te organiseren en om de crisis correct te beheren. Het zal de komende jaren wel wat kalmer worden." "Dat betwijfel ik", pareert Vanackere met een uitgestreken gezicht.

Tips voor zijn opvolger heeft de Franstalige liberaal niet meteen. "We zullen allebei hard moeten werken om België een beter imago te bezorgen in het buitenland. En in het binnenland misschien ook." Vanackere heeft wel advies te geef. "Ik zou meneer Reynders aanraden om niet te vergeten dat we allemaal twee oren en één mond hebben. Dat komt omdat we twee keer zo goed moeten luisteren als praten. In de diplomatie is dat van onschatbaar belang."

Voor de deur van het kabinet Financiën aan de Wetstraat 12 staan vier vrachtwagens, de verhuizers zijn al sinds acht uur 's ochtends in de weer om de vele honderden dozen netjes in de laadruimten te stapelen. Daarin enkel en alleen de dossiers die getuigen van zeven jaar vicepremierschap. De documenten van de minister van Financiën blijven in het archief van het hôtel des Finances. Meubels, computers en zelfs de nietjesmachines, het behoort allemaal tot het kabinet en blijft dus achter. Het is ondertussen half elf en de verhuizers hebben net twee vrachtwagens gevuld. "We zijn halfweg. En straks nog eens alles uitladen en dan de omgekeerde richting, de verhuis van het kabinet Buitenlandse Zaken naar hier. Hopelijk zijn we klaar tegen vijf, zes uur."

In de Karmelietenstraat op een boogscheut van de Kleine Zavel is men duidelijk voorbereid op het nakende vertrek. Het kantoor van de minister van Buitenlandse Zaken is clean. Een kleine fonkelende kerstboom zorgt nog voor wat sfeer, op tafel enkel een bundeltje papieren en vier sleutelbosjes. "Zo veel sleutels", reageert Reynders verbaasd. Vanackere sust. "Dat is gewoon om indruk te maken."

Droomdepartement

Terwijl Vanackere vertelt dat een minister van Buitenlandse Zaken jaarlijks 200.000 kilometer aflegt per vliegtuig, "maar dat veel buitenlandse partners gelukkig graag naar Brussel komen", kijken een aantal medewerkers van de twee excellenties toe. Wie de overstap mee zal maken, is nog niet overal even duidelijk. Diplomaten zijn slechts zelden fiscale experts. En of een liberaal zich graag omringd met een christendemocratisch kabinet, is ook maar de vraag.

Het zijn niet alleen voor toppolitici spannende tijden. "Maandag was ook voor ons een ontzettend zenuwachtige dag", vertelt een medewerkster van Vanackere. "De hele dag hebben we onzeker zitten afwachten wat er uit de bus zou vallen. Op het kabinet hadden we een pronostiekje lopen, jammer dat we er geen inzet aan verbonden hebben. Ik zou gewonnen hebben, denk ik", lacht ze. Met het resultaat kan ze best leven. "Buitenlandse Zaken was natuurlijk een droomdepartement, maar nu Financiën is ook niet slecht. Het is technischer, maar zeker niet minder belangrijk en eveneens met internationale contacten. Er valt veel te doen."

In het kamp-Reynders zijn ze al even tevreden. Maar ongerust zijn ze nooit geweest. "Het was fifty-fifty. Ofwel bleven we op Financiën, ofwel kregen we Buitenlandse Zaken. Een andere optie is nooit bij ons opgekomen. Het is de tweede geworden en dat is prima na twaalf jaar. Volgens mij is het ook voor hem (de medewerker beweegt het hoofd in de richting van zijn baas, avb) best een goede zaak."