Direct naar artikelinhoud

Steenhaut zegt zomaar wat

Elke vrijdag gooit Bart Steenhaut een bloemetje of bommetje in de muziekwereld.

Het was een vreemde gewaarwording toen eerder deze week bekend werd dat de Brielpoort in Deinze straks opnieuw als concertzaal zal worden gebezigd. De jubelende toon waarop het persbericht was geschreven, gaf alvast aan dat de opsteller van dienst er nooit een optreden had meegemaakt.

De Brielpoort - niet meer dan een groentenhal, eigenlijk - werd er met veel zin voor euforie als het mekka van de alternatieve muziek afgeschilderd. Dat kwam, zo ging de redenering verder, omdat er in de jaren tachtig en negentig een boel legendarische bands op het podium hadden gestaan. Dat laatste viel, en dat kan ik helaas uit eerste hand bevestigen, niet te ontkennen. Soundgarden verdronk er in een zee van feedback, Blur sloeg te pletter tegen de bakstenen muren, en Nick Cave stond er zo hulpeloos te klapwieken dat je hem achteraf nooit nog gevaarlijk kon vinden.

Om een lang verhaal kort te maken: de akoestiek is er van die aard dat je er in je eentje een quatre-mains kunt spelen. Zelfs voor de beste bands ter wereld - U2 en Red Hot Chili Peppers hebben er ook gestaan - bleek het een ongelijke strijd. De zucht van verlichting die destijds door het land sloeg toen de Brielpoort uit de tourschema's werd geschrapt, was zo oorverdovend dat je er met een beetje pech meteen tinnitus aan overhield.

Dat het ding straks aan een tweede leven begint, blijft bijgevolg te gek voor woorden, ook al is er dringend nood aan een zaal die qua capaciteit het gat tussen de Ancienne Belgique en de Lotto Arena vult. Gezien de exponentiële toename aan optredens - iedereen toert zich te pletter tegenwoordig - lijkt het daarom geen absurd idee om een nieuwe concertzaal te bouwen die aan de hedendaagse eisen qua comfort, geluid en zichtlijnen voldoet. Met de gepeperde prijzen in het achterhoofd die buitenlandse bands met een beetje renommee vandaag aanrekenen, lijkt me dat sowieso een olympisch minimum.

Maar goed: de wet van vraag en aanbod is wat ze is. Ik hou nu al mijn hart vast voor het moment dat ook Flanders Expo en de Brabanthal weer in gebruik worden genomen, nog twee ten grave gedragen rockbunkers die de gezelligheid van een mortuarium benaderen. Er wordt vaak gezeurd over het Sportpaleis en Vorst Nationaal, en knus kun je het er moeilijk noemen, maar wie er vaker komt, moet toegeven dat er enorme inspanningen zijn geleverd om tot een beter geluid te komen.

En gelukkig kwam er twee dagen later ook beter nieuws: met een beetje geluk wordt het Amerikaans Theater, een zaal met evenveel ziel als geschiedenis, straks een extra uitvalsbasis voor de Ancienne Belgique. Alleen al de locatie, midden in een park in de schaduw van het Atomium, is om duimen en vingers bij af te likken. Het Amerikaans Theater heeft al de troeven waar ze in Deinze tevergeefs van dromen.

Laat ons elkaar niets wijsmaken: de Brielpoort met een podium en een PA erin is geen concertzaal, net zoals een vrijzinnige niet plots katholiek wordt omdat hij toevallig een kerk binnenstapt. Vanavond vindt er, met gastoptredens van Kato, Rob De Nijs, Christoff en Lindsey, de tweede Nacht Van De Ambiance plaats. Ik sta erop hen langs deze weg veel succes toe te wensen.