Direct naar artikelinhoud

Staatshervorming blijft mogelijk na 25 mei

Kan een grote staatshervorming na de verkiezingen? In theorie niet zonder artikel 195. Maar de praktijk leert: als er een politieke wil is, vinden de grondwets-specialisten wel een juridische weg.

Artikel 195 van de grondwet zorgt voor een politieke rel. Alweer.

Tot "ongeloof" van N-VA hebben de federale regeringspartijen beslist om het intussen beruchte artikel niet voor herziening vatbaar te verklaren. Volgens de geel-zwarten blokkeert de coalitie hiermee een nieuwe staatshervorming na de verkiezingen, want zonder artikel 195 kan de grondwet niet ingrijpend aangepast worden. MR klopt zich precies daarom op de borst, omdat de partij "de toekomst van het land heeft veiliggesteld".

Wie verder kijkt dan het politieke gespin, merkt echter dat de partijen vooral verkiezingslucht verkopen. Het klopt dat een staatshervorming niet kan zonder artikel 195, althans niet op een volledig correcte manier, maar dat heeft onze politici in de praktijk nooit tegengehouden. Het is zoals oud-premier Jean-Luc Dehaene (CD&V) altijd zei: als er een politieke wil is, vinden grondwetsspecialisten wel een juridische weg.

Om te beginnen gebeurt de overdracht van bevoegdheden niet via een aanpassing aan de grondwet maar via bijzondere wetten. Denk aan de bijzondere financieringswet, die de geldstromen tussen de verschillende overheden regelt. De vijfde staatshervorming onder Guy Verhofstadt (Open Vld) is zelfs volledig afgehandeld via bijzondere wetten. Goed negentig procent van de federale bevoegdheden kunnen gesplitst worden zonder dat daarvoor een letter aan de grondwet moet wijzigen. Het gaat onder meer over de sociale zekerheid, pensioenen, arbeidsmarkt en zorg. De domeinen die wel een probleem vormen, zijn buitenlandse zaken, justitie en fiscaliteit. En ook instellingen zoals de monarchie, Kamer en Senaat zitten niet in bijzondere wetten vervat.

Vaak genegeerd

Al is ook dat probleem relatief. Er is geen enkel grondwetsartikel dat zo vaak genegeerd is als artikel 195. Een resem belangrijke hervormingen van ons staatsbestel zijn doorgevoerd zonder het artikel. Een kleine bloemlezing: in 1919 wordt het algemeen meervoudig stemrecht ingevoerd, in strijd met het bewuste artikel. De grondwet bepaalde immers dat verkiezingen moesten gebeuren via het cijnskiesrecht. In 1951 treedt België toe tot de nieuwe Europese instellingen, opnieuw zonder de grondwet aan te passen. In 1970 worden ook de gewesten en de gemeenschappen zo ingevoerd. Bij de laatste staatshervorming is de regering trouwens eveneens op zijn zachtst gezegd creatief omgesprongen met de grondwet. Om BHV te splitsen, wordt artikel 195 tijdelijk herzien.

Deze inbreuken passeren ongestoord. Ja, er is hier en daar protest vanop de oppositiebanken. The duty of the opposition is to oppose, weet u wel. Maar fundamentele problemen hebben al die manoeuvres zelden opgeleverd. De enige keer dat er echt een crisis uit ontstaat, is in 1978 rond het Egmontpact. Wanneer premier Leo Tindemans (CVP) vanop het spreekgestoelte van de Kamer buldert dat de grondwet "geen vodje papier is".

Vraag is of we dit gefoefel allemaal door de vingers moeten zien? Specialisten pleiten voor een duidelijk keuze: ofwel houden we ons aan onze rigide grondwet, ofwel werken we een lossere vorm uit. Zo heeft het Verenigd Koninkrijk een grotendeels ongeschreven grondwet, die vlot aanpasbaar is. Op die manier blijft de grondwet altijd een afspiegeling van de maatschappij, en niet omgekeerd: dat een juridische tekst onze maatschappij in een bepaalde vorm dwingt. Het tegenargument is dat elke toevallige meerderheid op die manier in staat is om ons leven fundamenteel te veranderen.

Hendrik Vuye, professor staatsrecht en sinds kort kandidaat van N-VA, is voorstander van het Britse systeem: "Juristen overschatten vaak het belang van het recht. De maatschappij moet onze grondwet bepalen. Burgers hoeven geen angst te hebben voor wilde avonturen, alle belangrijkste grondrechten worden sowieso gewaarborgd door internationale verdragen, zoals het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens."