Direct naar artikelinhoud

Satellietje kopen? Straks kan het

Een persoonlijke satelliet? Het klinkt als sciencefiction, maar dat eigen plekje in de ruimte komt steeds dichterbij. Wetenschappers slagen er immers in om steeds kleinere - en dus goedkopere - satellieten te maken. 'Een gsm was ooit ook heel duur en exclusief, maar nu heeft bijna iedereen er eentje.'

Even een rondje boven uw tuin vliegen? Het kan relatief goedkoop met een drone, die makkelijk verkrijgbaar is. Maar een rondje in de ruimte lijkt hoogstwaarschijnlijk nog niet voor morgen. Toch hoeft dat niet noodzakelijk het geval te zijn. Kleine satellieten maken immers furore. Waar ze vandaag louter nog door universiteiten, onderzoeksinstellingen en grote bedrijven worden gebruikt, voorspellen experts dat ze binnen niet al te lange tijd beschikbaar zullen zijn voor het grote publiek.

Vooral de zogeheten CubeSat, die niet groter is dan een pak melk en niet meer dan 1,3 kilogram weegt, gooit hoge ogen. Volgens de Amerikaanse National Academy of Sciences wacht deze kubusvormige satelliet, die in 1999 werd ontwikkeld aan de Californische Stanford University, een gouden toekomst en moeten onderzoekers er meer gebruik van gaan maken. Helemaal onlogisch is die conclusie niet. Want waar de lancering van een grote satelliet al gauw enkele miljoenen euro's kost, krijg je al een CubeSat in de ruimte voor minder dan 100.000 euro.

"Tegen 2020 zullen er zo'n 2.000 in een baan rond de aarde zitten", zegt Tjorven Delabie, die aan de KU Leuven onderzoek verricht naar CubeSats. "Wij gaan vanaf volgend jaar met een CubeSat de opwarming van de aarde monitoren, maar grote bedrijven gaan er ook al mee aan de slag. Zo wil Google er veertig omhoogschieten om elke dag een realtime beeld van de hele planeet te kunnen maken. Ik zit nu op een conferentie in Malta en hier wordt vaak de vergelijking gemaakt met de gsm. Ooit waren ze heel duur en exclusief, maar nu heeft bijna iedereen er eentje."

Te koop op Amazon

Een opvallende ontwikkeling is alvast dat de minisatellieten steeds goedkoper worden. Aan de Amerikaanse Arizona State University werd zo de SunCube, een kubus van drie bij drie centimeter met een gewicht van 35 gram, ontwikkeld. Net als de CubeSat kan hij worden uitgerust met een camera en een radio, waardoor de eigenaar naar de aarde kan kijken of verder in de ruimte kan turen. Teamleider Jekan Thanga maakt zich sterk dat zijn satelliet voor slechts 3.000 euro in een baan rond onze planeet kan worden gebracht en daarom "ooit" op bijvoorbeeld Amazon verkocht zal worden.

"Ons uiteindelijke doel is een stukje ruimte voor iedereen", stelt Thanga. "Met een ruimtetuig van deze grootte kan elke universiteit, elke onderzoeksinstelling en elke hobbyist ermee aan de slag gaan. Het is alsof je een GoPro in de ruimte hebt. We kunnen de wereld tonen dat we allemaal in de ruimte kunnen vliegen. Actief meewerken aan een ruimtemissie is de volgende stap in ruimteverkenning."

Huisje, tuintje, satellietje dus? Delabie wil de pret niet drukken, maar hoopt toch dat het zo'n vaart niet zal lopen. "Het lijkt mij onverantwoord. Er zijn maar een paar nuttige banen rond de aarde waar satellieten goed werk kunnen leveren. Je moet die niet gaan vullen met die van hobbyisten. Ik zie wel gebeuren dat je binnenkort satelliettijd kunt reserveren, zodat je gedurende twintig minuten bijvoorbeeld foto's van je huis kunt maken."

Maar zover is het dus nog niet. Niet zozeer omdat de technologie er nog niet klaar voor is, wel omdat praktische problemen blijven bestaan. Zo worden de kleine satellieten vandaag in de laadruimte van grote satellieten of raketten gestopt. De Amerikaanse ruimtevaartorganisatie Nasa en haar Europese tegenhanger Esa verloten zulke felbegeerde plaatsen, maar stellen die doorgaans alleen beschikbaar voor scholieren, studenten of onderzoekers. Andere lanceringen zijn bijzonder kostbaar en eerder schaars.

Het maakt een grote expansie voorlopig onmogelijk. En daar is de National Academy of Sciences niet bijzonder rouwig om. Zij menen dat eerst moet worden nagegaan hoe botsingen in de ruimte kunnen worden vermeden voordat we duizenden extra satellieten in een baan rond de aarde brengen. "Als een vijs tegen het ISS botst, dan zorgt dat al voor een groot probleem", zegt Delabie. "Dat gaat natuurlijk ook op voor een kleine satelliet. Je mag dat risico niet negeren, maar tegelijkertijd moeten we ook niet overdrijven. Er kunnen bijvoorbeeld kleine stuwraketten op de satelliet worden geplaatst, zodat die in een enigszins andere koers kan worden gebracht."