Nog nooit zoveel meldingen over discriminatie
Nooit eerder klopten er zoveel mensen aan bij Unia met de melding dat ze slachtoffer zijn van discriminatie als vorig jaar. In 2016 werden een vijfde meer dossiers geopend dan in 2015. Vooral het aantal meldingen over discriminatie op school en op het werk stijgt.
Behalve voor discriminatie op basis van geslacht, waarover het Instituut voor Gelijkheid van Vrouwen en Mannen zich bekommert, is Unia bevoegd op te treden wanneer personen zich slachtoffer voelen van eender welke discriminatie waartegen ze door de wet zijn beschermd.
Het centrum telt 96 personeelsleden en die hebben het drukker dan ooit. Komt er een melding binnen, dan wordt onderzocht of Unia bevoegd is, of er sprake is van een overtreding op de antidiscriminatiewet én of er bewijzen zijn. Zo ja, dan opent Unia een dossier en zal het in dialoog gaan met dader(s) en slachtoffer(s).
Van zulke dossiers waren er vorig jaar twintig procent meer dan het jaar voordien. Vooral op de werkvloer voelen steeds meer mensen zich gediscrimineerd of althans: ze doen niet langer alsof er niets is gebeurd.
Tijdens het werk
Het aantal dossiers 'discriminatie tijdens het werk' steeg met bijna de helft: van 343 in 2015 tot 504 vorig jaar. Nagenoeg de helft van de aangiftes komt uit de privésector. Het aantal aangiftes over discriminatie op basis van ras spant de kroon, maar in de periode tussen 2010 en 2013 waren er nog meer van dergelijke dossiers.
De stapels met dossiers afkomstig van mensen die zich benadeeld voelen omwille van hun handicap, hun geloof of levensovertuiging, leeftijd of gezondheid waren wél nooit hoger dan vorig jaar. Het aantal zaken die worden aangekaart op basis van discriminatie op basis van leeftijd op de werkvloer is meer dan verdubbeld in één jaar tijd.
Unia denkt trouwens dat het probleem in werkelijkheid nog groter is aangezien het voor veel werknemers niet evident is om een zaak aan te spannen tegen hun eigen werkgever, met wie ze - behalve in een geval van ontslag - nog verder moeten. Ook in het onderwijs wordt vaker melding gemaakt van discriminatie. Vorig jaar opende Unia 213 dossiers nadat ouders of leerlingen aangaven zich benadeeld te voelen op school. Dat is een stijging van een kwart tegenover 2015. Die komt er grotendeels door een forse toename van aangiftes afkomstig van studenten met een handicap.
De dossiers die handelen over discriminatie op basis van raciale criteria of geloof blijven constant. 33 procent van de aangiftes komen uit het secundair onderwijs, gevolgd door het basisonderwijs (29 procent) en het hoger onderwijs (21 procent).