Direct naar artikelinhoud

Foute burger, foute buur, foute artiest

Open brief aan Jay-Z, de man die zijn reisje naar Cuba zeer leuk vond

Geachte heer Z,

Ik heb net uw nieuwe track gehoord, 'Open Letter'. Hij heeft alles wat ik zo knap vind aan uw muziek: binnenrijm, een aanstekelijke beat en beelden die me meenemen in een provocerende, bluffende fantasie.

Van fantasieën gesproken, ik heb het nieuws over uw recente reisje naar Cuba gevolgd. Als zoon van een Cubaanse vluchtelinge, met veel familie op het eiland, voel ik me ongemakkelijk wanneer Amerikanen voor een leuke eilandvakantie naar Cuba vliegen. Het is verboden (daar lijkt niemand zich aan te storen) maar belangrijker, het is een teken van onwetendheid over of onverschilligheid voor de problemen van de Cubanen op het eiland. U moet weten dat ik mijn vrienden aanmoedig om naar Cuba te reizen en getuige te zijn van een van de grote tragediën van onze tijd, het echte Cuba te ontdekken en een menselijk gezicht te geven aan de karikatuur van de Amerikanen die de Castro's verspreiden. Contacten en reizen tussen onze twee landen moeten een katalysator voor verandering zijn, zoals dat zelfs in mijn eigen familie het geval is. Maar voor mij is Cuba geen toffe, sexy vakantiebestemming. Want voor de Cubanen, op het eiland en in ballingschap, is het dat evenmin.

Toen ik dus over uw bezoek hoorde, dacht ik, Jay Z lijkt een slimme, nadenkende vent. Hij beseft niet waar hij aan begint. Waarschijnlijk denkt hij gewoon dat Cuba een chique plek is om met het gezinnetje te relaxen. Waarschijnlijk weet hij niet wat ik weet.

Sexy Che Guevara

Waarschijnlijk weet hij niet dat de Cubaanse toeristische sector in handen is van het Cubaanse leger en dat het geld dat hij in een door de staat erkend hotel of restaurant uitgeeft de onderdrukkers van het Cubaanse volk rechtstreeks financiert.

Hij weet niet dat de meeste Cubanen weinig of geen toegang hebben tot onafhankelijke nieuwsbronnen, het internet, boeken en eten.

Hij weet niet dat Cuba twee gezondheidssystemen heeft, een voor mensen met relaties en een voor de rest.

Hij weet niet dat de Cubaanse peso voor de komst van Castro evenveel waard was als de dollar en dat de Castro's de rijkdom van Cuba hebben geplunderd en een ooit welvarend land in armoede hebben gedompeld.

Hij weet niet dat mijn voorouders hebben gevochten om Cuba van Spanje te bevrijden en een democratie te scheppen die ervoor moest zorgen dat ze altijd vrij zouden zijn.

Hij weet niet dat mijn moeder en haar familie ondanks die dromen in 1960 samen met twee miljoen andere Cubanen voor hun leven moesten vluchten.

Hij weet niet dat Che Guevara, die zo sexy staat op T-shirts, duizenden mensen voor het vuurpeloton heeft gesleept.

Hij weet niets over de dissidenten, kunstenaars en bibliothecarissen die in de gevangenissen van Cuba wegrotten en over de duizenden anderen die in angst leven.

Hij weet niets over Orlando Zapata Tamayo, een Afro-Cubaanse dissident die in 2010 na een hongerstaking van tachtig dagen in een Cubaanse gevangenis stierf.

Hij weet niet dat een burger van de VS, Alan Gross, een straf van vijftien jaar uitzit in een Cubaanse gevangenis omdat hij leden van de Joodse gemeenschap op Cuba telefoons en computers heeft bezorgd. Hij weet niet dat alle pogingen van onze regering en van burgers om hem vrij te krijgen worden genegeerd.

Hij is waarschijnlijk alle mensen vergeten die in de Straat van Florida verdronken zijn toen ze in geïmproviseerde bootjes de vrijheid trachtten te bereiken.

Hij weet niet dat volgens Amnesty International de repressie van dissidenten in Cuba niet af- maar toeneemt, anders dan wat men meestal denkt.

Hij weet niet dat een bezoek van een wereldberoemde artiest aan Cuba door het regime als propaganda wordt gebruikt.

Hij weet niet dat het Cubaanse bewind de kunstenaar met wie hij zogezegd een uitwisseling heeft nauwlettend in de gaten houdt, en dat kunstenaars niet de vrijheid hebben om de president familiair aan te spreken, senatoren uit te schelden, te dreigen een kilo cocaïne te kopen, alleen maar om de regering een hak te zetten, of te suggereren dat ze daarna een schietpartij zullen aanrichten, zoals in 'Open Letter' wordt gerapt.

Hij weet niet dat ik, wanneer ik mensen hoor zeggen "ik moet Cuba bezoeken voor het verknoeid is", bedenk dat het land al verknoeid is. En zou het zo erg zijn dat de Cubanen vrijheid van meningsuiting kregen? Dat hun huizen niet langer op invallen zouden staan? Zijn ze bang voor Cuba of voor hun vakantie?

Hij weet niet dat ik, als ik echt over dat alles begin na te denken, zo woedend word dat ik er niet van kan slapen.

Hij weet niet dat hij er idioot uitziet met dat hoedje en die begeerde verboden sigaar.

Hij weet niet hoeveel goeds hij in Cuba en voor de Cubanen zou kunnen doen. Getuigen, de artistieke vrijheid steunen. Luisteren.

Hij beseft niet dat iemand die in een vrije samenleving is geboren, waar je met niets kunt beginnen en de top kunt bereiken in de muziek, de sport, de mode, de zakenwereld en de politiek, niet alleen de luxe maar ook de plicht heeft om het op te nemen voor wie minder fortuinlijk is.

Maar toen hoorde ik uw nieuwe song, Jay-Z, en luisterde ik naar de tekst. Ik hoorde u opscheppen over uw "toegang tot het Witte Huis". Ik hoorde u vertellen hoeveel u van Cubaanse sigaren houdt. En ik hoorde u zeggen, tegen de president op wie ik heb gestemd: "Vergeet die nonsens, ga mee chillen op het strand."

U weigert uw verantwoordelijkheid op te nemen voor een onderdrukt volk, terwijl u vol brio uw eigen zaak verdedigt.

En toen begreep ik het. U weet het natuurlijk allemaal, het kan u gewoon niets schelen.

Dat betekent niet alleen dat u een foute burger of een foute buur bent. Het betekent dat u een foute artiest bent.