Direct naar artikelinhoud

Over de viering van Jacques Brel in België

de Volkskrant, 27 maart

"Ver weg is Jacques Brel, hoewel bijna vijfentwintig jaar dood, nooit in België, ook niet voor generaties artiesten van uiteenlopende signatuur na hem. Zo getuigt Arno (ex-TC Matic) geregeld van zijn bewondering voor de icoon van het chanson. Stef Kamil Carlens van Zita Swoon en Joost Zweegers van Novastar maken er evenmin een geheim van, en Johan Verminnen en Stef Bos waagden zich aan zijn repertoire.

"Maar dat rappers inspiratie putten uit de nalatenschap vonden ook de Belgen opmerkelijk. De Luikse hiphopformatie Starflam kwam met de single 'Ce plat pays' - de verwijzing naar 'Het vlakke land' lag er duimendik op. Een aanhankelijkheidsbetuiging aan het koninkrijk was het overigens niet: 'Ce plat pays qui est le mien, qui lentement agonise / D'un trop plein de haine et de convoitise.'

"Nee, een land dat langzaam wegkwijnt aan een overmaat haat en hebzucht had Brel niet voor ogen, maar de manager van Starflam zei in De Morgen dat de rapversie een "zo integer mogelijke poging was zijn muzikale en emotionele erfenis te doorgronden". Want ze voelen verwantschap. Taal als wapen. 'Brel was een pionier, een boegbeeld en een durver. Zijn taalvaardigheid bleek sterker dan de hardste politieke retoriek'."

Over 'De mensenhater' van Molière

door De paardenkathedraal in een regie van Dirk Tanghe Het Financieel Dagblad, 29 maart

"Tanghe richt zijn pijlen vanuit een visuele en muzikale invalshoek en zijn acteurs vallen de taalkunstenaar Molière aan alsof zij lijf en leden moeten redden. (...) Tegen het einde van de voorstelling gaat vermoeidheid aan beide kanten van het voetlicht heersen. Gespeelde en echte moeheid. De zaal was na de pauze uitgedund; het stuk moet zeker ingekort worden."

Over 'Vrijdag' van Hugo Claus

door ZT Hollandia NRC Handelsblad, 24 maart

"Vrijdag (1969) is een dorpsdrama in West-Vlaams dialect, maar Simons blijft ver van zijn gebruikelijke vette boerenrealisme. Het decor is schoon en abstract: de eerste helft spelen de acteurs voor het voordoek en op een catwalk die de zaal in steekt. Twee grote banken staan gespiegeld opgesteld, de ene met de achterkant naar de zaal. Dit is de schuldige bank, waarop de echtelieden hun overspel pleegden. De gordijnen, de banken en de kleding, alles is rood, de kleur van de liefde. Later blazen windmachines de gordijnen van hun rails; dat is dit seizoen in de mode.

"De spelers spreken het Vlaams uit met harde noordelijke dictie, zodat het een gestileerde kunsttaal wordt. Ze spelen heel ingetogen. (...) Vrijdag is waarschijnlijk Claus' beste toneelstuk, een meesterwerk met prachtige dialogen dat vele thema's in een simpel verhaal vat. Dierlijke driften worden gepaard aan hogere liefde, omkleed met katholieke symboliek. Vrijdag is de dag dat het Lam Gods zijn bloed vergoot ter vergeving van onze zonden. De rode wijn vloeit dan ook rijkelijk in deze voorstelling. Alles valt als vanzelfsprekend op zijn plaats: het rustige tempo, het bijna berustende spel, het warme gevoel dat de vertelling oproept. Het is even wennen aan de milde aanpak, aanvankelijk lijken de rauwe kanten van het drama te verdwijnen onder de deken van liefde, maar schrijnen doet het toch wel. En het is ook wel eens prettig om met vrede in het hart het theater te verlaten."

Ons land stuurt zijn zonen en dochters onverdroten de wijde wereld in. Soms worden ze in den vreemde overladen met lof, soms zijn pek en veren hun deel. In ''s Lands Glorie' brengen we verslag uit van hun artistieke wedervaren.