Direct naar artikelinhoud

'Ja, je kunt echt doodgaan aan een gebroken hart'

'Tako tsubo', zo heet het in het vakjargon van de wereldvermaarde cardioloog Pedro Brugada (60): sterven aan een gebroken hart. Het gebeurt. En vrouwen zijn er vatbaarder voor. Een gesprek, in de aanloop naar Valentijn, over het fascinerende orgaan dat 'hart' heet. 'Het is mijn hartenwens om een Instituut voor Ritmologie op te richten. Ik wil zoveel mogelijk uit mijn leven halen, en zoveel mogelijk teruggeven aan de maatschappij.' Margot Vanderstraeten

Wie met Pedro Brugada over zijn vakgebied spreekt, wordt geconfronteerd met de waarheid achter het spreekwoord 'waar het hart van vol is, loopt de mond van over'. Misschien hebben zijn roots daar ook iets mee te maken. Hij is geboren in Girona, een stadje vlak boven Barcelona. Het Spaanse temperament is hij, in de ruim dertig jaar die hij inmiddels in Nederland en België werkt, niet kwijtgeraakt. Hij praat honderduit over die spier die bij een volwassen persoon vuistdik is, en die hem zodanig intrigeert dat hij er zijn hele leven aan heeft gewijd. Ook zijn twee jongere broers heeft hij met zijn passie besmet; ze werden eveneens cardioloog.

Tussen het spreken door maakt Brugada potloodtekeningen die zijn woorden illustreren. Hij zet zijn computer aan: "U moet deze dia's zien, kijk naar deze statistieken, naar deze cardiogrammen." Op zijn bureau staat een anatomisch accuraat, levensecht model van een mensenhart; Denoyer-Geppert, manufactured and handpainted in USA. Hij plaatst het plastic model meermaals tussen ons in, wijst de drie kransslagaders aan, de hartkamers, -boezems en -kleppen, en nog zo veel meer.

"Ik hou van het hart; het is een schitterend, transparant orgaan dat volkomen autogeen is; het heeft de hersenen niet nodig om te werken, het levert zijn werk geheel op zichzelf. Weet u, in wezen omhelst het hart drie technische gebieden: mechanica, loodgieterij en elektronica.

"Mechanica; daarmee doel ik op het pomp-en persmechanisme waarmee het hart het bloed door ons lichaam pompt. De loodgieterij slaat op het hele buizensysteem van aders en kransslagaders. En als ik elektriciteit of elektronica zeg, verwijs ik naar de spiercellen van het hart die samentrekken en daardoor elektriciteit genereren; het is dat elektrisch veld dat we met behulp van een ECG kunnen meten.

"Deze drie gebieden beïnvloeden elkaar de hele tijd. Als de buizen verstopt zijn, sputtert de mechaniek en hapert de elektriciteit. Schort er wat aan de spiercellen en de elektrische prikkels, dan zal de pomp protesteren. Dat samenspel boeit me mateloos."

Het is deze nooit aflatende interesse die, gekoppeld aan kennis en volharding, aan de basis lag van Brugada's ontdekking van de oorzaak van een specifieke hartritmestoornis. Een ernstige hartritmestoornis die onder meer tot onverklaarbaar flauwvallen leidt, en een plots overlijden tot gevolg kan hebben. Naar schatting zouden er ook nu nog jaarlijks tussen de 200 tot 400 Belgen aan deze aandoening overlijden; terwijl ze niet eens weten dat ze eraan lijden.

De oorzaak, die een genetische hartafwijking is en zich op het niveau van de elektriciteit situeert, werd het Brugadasyndroom genoemd, en de ontdekking ervan bezorgde Pedro Brugada en zijn broers grote internationale erkenning. Sinds deze baanbrekende ontdekking, in 1992, werden er wereldwijd talrijke levens gered.

In het Centrum van Genetica van de VUB leidt Pedro Brugada vandaag een onderzoeksteam van jonge cardiologen en 'ritmologen' uit verschillende hoeken van de wereld. In zijn praktijk in Aalst en bij consultaties in Brussel ontvangt hij jaarlijks nog gemiddeld drieduizend patiënten.

U zegt: 'Ik houd van het hart.' Maar waarom wordt 'houden van' altijd met het hart geassocieerd? Hoe komt het dat we liefde met ons hart voelen, of denken we dat alleen maar zo te voelen?

"Liefde voel je wel degelijk in het hart. Dat komt doordat de samentrekking van ons hart niet wordt aangestuurd door zenuwen vanuit de hersenen - waarmee het uiteraard nauw verbonden is. Het hart functioneert autonoom. Het is een centrum dat informatie zelfstandig verwerkt, en dat een geheel eigen zenuwstelsel heeft, met eigen neuronen die op prikkels en indrukken reageren.

"Als je sterke emoties ervaart, verandert dus je fysiologie. Je lichaam gaat anders functioneren. Je hart gaat sneller slaan, de bloeddruk gaat omhoog, de verdeling van het bloed in het lichaam verandert - je wordt bleek, of heel rood. Soms lijkt je hart in je keel te kloppen.

Bestaat een gebroken hart, medisch gezien?

"Ja, en mensen kunnen sterven aan een gebroken hart. Ik heb enkele patiënten met een gebroken hart gehad. Een postbode die tijdens een gewapende overval uit angst gewoon neerzeeg: hartinfarct door extreme stress. En onlangs nog een vrouw die door de stress, veroorzaakt door roddel en burenruzies, in een psychische toestand was beland die haar hart letterlijk niet langer aankon.

"Door enorme stress kunnen bepaalde mensen, die verder over een geheel gezond hart beschikken, aan een infarct bezwijken. Bij alle andere infarcten is de verstopping van de kransslagaders de oorzaak, maar in deze gevallen niet. Tako tsubo, heet deze aandoening in de geneeskunde, het is een Japanse term. In Japan werd dit syndroom voor het eerst ontdekt. De term tako tsubo verwijst naar een typische octopusval waarmee Japanse vissers inktvissen vangen. Een gebroken hart heeft de vorm van zo'n octupusval; het hart vervormt, de kransslagader komt in een soort kramp terecht, en het bloed kan niet meer naar behoren door het lichaam worden gestuwd. Weet u dat varkens die naar het slachthuis worden gebracht, ook aan een tako tsubo kunnen bezwijken? Ze voorvoelen het drama dat hen te wachten staat, en sommigen vallen, voor ze de slachtbank bereiken, dood neer.

"Niet elke tako tsubo is fataal. Gelukkig kun je ervan herstellen. Maar: vrouwen hebben meer kans om aan een acuut gebroken hart te lijden - of eraan te sterven - dan mannen. Vrouwen reageren namelijk anders op heftige emoties, je zou kunnen zeggen dat ze gevoeliger zijn. Er is een biologische, evolutionaire verklaring voor dit verschil met de man. Ik ga er hier niet over uitweiden, maar het heeft met het limbisch systeem in de hersenen te maken.

"Dat is niet alles. Het medisch korps vertoont nog steeds de neiging om hartklachten bij vrouwen te minimaliseren. Als een vrouw naar de arts gaat en klaagt over een druk op haar borst, wordt haar klacht anders geïnterpreteerd dan wanneer een man met diezelfde druk komt aankloppen. Men zal haar klacht sneller aan stress wijten. Men zal sneller zeggen dat ze last heeft van hyperventilatie en 'het even rustig aan moet doen'. En dat terwijl de kans reëel is dat de patiënte aan vernauwingen van de kransslagaders lijdt, want die zijn meestal de werkelijke oorzaak van een angina pectoris, de term waarmee we de druk op het hart beschrijven, het beknelde, benauwde gevoel op de borst. Deze bagatelliserende houding heeft voor de vrouw vreselijke consequenties. De realiteit is zelfs nog erger.

"Gezonde, jonge vrouwen die naar de arts gaan omdat ze hartritmestoornissen hebben, krijgen hetzelfde liedje te horen. 'Er is niets aan de hand, u bent jong, u bent gewoon overwerkt.' Met als gevolg dat deze vrouwen al te vaak kalmeerpillen voorgeschreven krijgen, naar antidepressiva worden gejaagd en soms, uiteindelijk, zelfs in de psychiatrie belanden. Terwijl ze aan hartritmestoornissen lijden, en hun aanvankelijke klachten helemaal niets met stress te maken hadden. Stress is er pas later bijgekomen. Om maar te zeggen: foutieve diagnoses kunnen gigantische consequenties hebben."

Pijn in het hart is in feite vooral een drukkend gevoel op de borst?

"Zo is dat. Mensen die echt een hartkwaal hebben, zullen zelden of nooit over stekende pijn spreken, of over een mes dat in hun hart geplant lijkt. Wie met stekende pijnen naar de cardioloog stapt - en ze zijn met velen - zal na het onderzoek waarschijnlijk te horen krijgen dat hij aan spierletsel lijdt. Bij hartpijn die echt van het hart komt, is er altijd sprake van beklemming. Het gevoel dat er een olifant op je thorax is neergeploft. Dat je geen adem meer kunt krijgen. En dat je denkt dat je bijna dood gaat.

"Maar ik wil graag nog even terugkomen op het hart van de vrouw. Dat is kleiner dan dat van een man. Ook dat heeft weer consequenties: bij een infarct is het moeilijker om de kransslagaders weer open te krijgen door het simpele feit dat ze kleiner en smaller zijn, en daardoor dus moeilijker doordringbaar. In de VS heeft men zelfs een tijd gedacht dat de vrouw bij bepaalde hartingrepen werd gediscrimineerd, omdat men vaststelde dat de resultaten van vrouwelijke patiënten minder goed waren dan bij mannelijke patiënten. Maar met discriminatie hebben deze resultaten niets te maken. Wel met de biologische realiteit.

"Er overlijden jaarlijks meer vrouwen dan mannen aan een hartinfarct. Schrijnend vind ik dat. En neen, bij een donorhart kijkt men niet naar het geslacht. Het is goed mogelijk dat een man een vrouwelijk hart ingeplant krijgt, en omgekeerd. Net zoals de leeftijd van de donor niet altijd van doorslaggevend belang is. Je kunt een vrouw van veertig zijn, en een gezond hart van een zestigjarige man geïmplanteerd krijgen. Je kunt niet wachten op het ideale hart. Die keuze heb je niet. De bloedgroep is de grootste prioriteit. Er is een nijpend gebrek aan donoren. Door de strengere snelheidscontroles vinden er, en dat valt alleen maar toe te juichen, minder fatale auto-ongelukken plaats, en zijn er dus minder hartdonoren. Vergis je ook niet. Een cardioloog is geen hartchirurg. Operaties worden door een hartchirurg uitgevoerd."

Toen u begon, dertig jaar geleden, moet uw werk er heel anders hebben uitgezien.

"Absoluut. Iemand die dertig jaar geleden een hartinfarct kreeg, werd in het ziekenhuis opgenomen en kreeg daar vooral platte rust voorgeschreven. Men behandelde de complicaties ten gevolge van de hartaanval, maar behalve dat werd er niets gedaan. Die situatie is vandaag totaal veranderd. Bij een hartinfarct is de oorzaak altijd de verstopping van de kransslagaders. Bij patiënten die met een infarct opgenomen worden, zullen we met een dun, flexibel slangetje dat we via de lies of de arm inbrengen, de vernauwde kransslagaders meteen weer openmaken. We doen dat met behulp van ballonnetjes en stents, veertjes die de ader open houden. De klonter, een mengeling van bloed en vet, is verwijderd, het bloed kan weer stuwen, en de schade wordt beperkt.

"Grote infarcten zoals die twintig jaar geleden bestonden, komen hier vandaag niet meer voor. In Europa werd de eerste defibrillator in de jaren 1990 ingeplant. En kijk waar we nu zijn. Ik kan, dankzij robotische navigatie, op afstand een hartingreep leiden. Ik zou van hieruit de kransslagaders van een patiënt in Kazachstan schoon kunnen maken. Het internet, dit digitale tijdperk, heeft onze wetenschap ingrijpend veranderd."

Voorlopig bestaat de behandeling van het Brugadasyndroom uit de inplanting van een defibrillator. Zou u zo'n apparaatje ook op afstand kunnen

programmeren?

"Hier, kijk, dit is een defibrillator. Een apparaatje, nog geen handpalm groot, iets groter dan een pacemaker. Het toestelletje regelt de elektrische activiteit van het hart dat aan levensbedreigende ritmestoornissen lijdt: klopt het hart te traag, dan wordt het bijgestuurd (zoals een pacemaker doet); klopt het te snel of te onregelmatig, dan wordt het ook bijgestuurd. Hiermee geef ik dus ook het grote verschil tussen een pacemaker en een defibrillator aan: de eerste vertraagt de hartslag alleen, de andere regelt het hartritme op alle niveaus.

"In principe kan ik zo'n defibrillator op afstand programmeren, alleen staat de wet dat niet toe, nog niet, moet ik misschien zeggen. De technologische ontwikkelingen zijn crazy. Ik ontvang van al mijn patiënten met een ingeplante defibrillator dagelijks een uittreksel van hun hartritmegegevens. Naast het bed van de patiënt staat een transmitter, die stuurt om drie uur 's nachts alle gegevens naar een satelliet, de satelliet stuurt alles naar de server in Berlijn, en als er bij een van die patiënten een zorgwekkende evolutie plaats vindt, kom ik dat meteen te weten, en volg ik - en mijn team - die patiënt nauw op. Indien nodig, laat ik hem zo snel mogelijk naar mijn kabinet komen. Of gaan wij naar hem toe. Maar je kunt je voorstellen dat dit systeem verder zal evolueren. Met een GPS-systeem dat op de defibrillator wordt aangebracht, zou je de patiënt meteen kunnen lokaliseren. En dan is het nog maar een stap verder, om dat systeem ook met een ambulance te verbinden. Het is geen utopie."

Misschien is het vanuit financieel oogpunt wel een utopie. Wie gaat dat, in tijden als deze, betalen?

"Oh, maar ik vind het hoog tijd dat dit maatschappelijk debat gevoerd wordt. Want wat willen we doen met de beperkte middelen die we hebben? Gaan we blijven investeren in rokers die na een hartingreep blijven roken? Roken is een risicofactor voor hartfalen. Als ik morgen met 250 per uur over de weg rijd, betaal ik een boete. Als ik overmorgen weer hetzelfde doe, betaal ik voor die overtreding opnieuw een boete. Maar een roker zou niet beboet worden voor de onveilige en ongezonde situatie die hij bewust veroorzaakt. Integendeel, de overheid betaalt hem nog terug.

"De gezondheidszorg moet zich meer op preventie richten. De overheid moet de burgers op hun verantwoordelijkheden wijzen. Er is gebrek aan kennis. Het je-m'en-foutisme regeert, bij artsen en bij patiënten. Maar dat is geheel fout. Je brengt je auto toch ook naar de garage voor een groot onderhoud? Waarom zou je dat met je lichaam niet doen? Waarom betaal je voor de reparatie, als je die reparatie op een goedkopere wijze kunt voorkomen?

U vindt ook dat elk kind een preventief hartonderzoek zou moeten ondergaan.

"Ja! Elke week valt er een kind dood. Als die kinderen voetballertjes of wielrenners zijn, halen ze het nieuws. Maar meestal zijn ze geen fanatieke sportertjes. De meeste mensen die plots neervallen, halen de media niet. En per jaar sterven in ons land gemiddeld 10.000 personen aan een plotse dood. Daaronder dus ook vele kinderen en jonge mensen.

"Ik pleit voor preventie en responsabilisering. Op dit moment werk ik, samen met de Europese instellingen, aan het zogenaamde Prestige Project, waarvan Herman Van Rompuy waarschijnlijk de peter zal worden, en waarvan ik echt mijn werk wil maken.

"Ik wil de regel van zes in Europa implementeren. Vanaf de geboorte zou een kind in Europa, tot zijn vierentwintigste, om de zes jaar een basisonderzoek (met doelgerichte vragenlijst en elektrocardiogram) moeten laten uitvoeren. Onder meer de suiker-en cholesterolwaarden in het bloed zullen worden gemeten. Deze waarden zijn belangrijke indicatoren voor het functioneren van het hart.

"Als het kind twaalf is, gaat dat basisonderzoek gepaard met een reanimatiecursus en een cursus over gezonde levensstijl. Het is toch al te gek dat we onze kinderen dik laten worden, en dat we zelf ook aan overgewicht lijden. Het is al evenzeer al te gek dat in Europa nog minder dan 5 procent van de reanimaties buiten het ziekenhuis gebeurt! Minder dan 5 procent!

"Ik heb, samen met mijn vrouw die verpleegster intensieve zorgen is, op een feest twee keer iemand moeten reanimeren. Wel, die twee keer wisten de andere aanwezigen niet wat ze moesten doen. Integendeel. Ze bleven champagne drinken. Ze hadden niet het flauwste besef van de ernst van de zaak. In een geval moest ik zelfs echt roepen om te verzoeken de auto's voor de ingang weg te halen, opdat de ambulance makkelijk doorgang zou vinden. Dat is confronterend, hoor. Voor mij is het ook geheel onaanvaardbaar: het onderwijs moet de toediening van reanimatie als een verplicht onderdeel van haar programma maken.

"Op zijn achttiende krijgt de jonge burger dan weer een reanimatiecursus voor gevorderden, en wordt hij nogmaals ingelicht over de voordelen van een gezonde levensstijl. Plus: pas als hij voor deze vakken slaagt, zal hij zijn diploma ontvangen. En op zijn vierentwintigste volgt dan nog een screening.

"In het totaal kost deze regel van zes van mijn Prestige Screeningsprogramma pakweg 250 euro per persoon, verspreid over 24 jaar. Tien euro per jaar, dat is dus wat deze gezondere en bewustere samenleving zou kosten."

Aandoeningen aan hart en bloedvaten worden met

cholesterol geassocieerd. Helpen al die zogenaamde

cholesterolvriendelijke producten onze gezondheid,

of spijzen ze vooral de rekening van de producenten?

"Verstopte kransslagaders hebben altijd te maken met een teveel aan cholesterol. Tegen de wand van kransslagader hoopt het vet zich op. De ader scheurt. Het bloed van de ader en het vet gaan stollen. De kransslagader raakt verstopt. Het hart kan niet meer pompen. Een infarct - of de aanzet ertoe - heeft altijd met een te hoge cholesterolspiegel te maken. Alleen is het een misverstand dat de mens zijn cholesterolgehalte volledig in de hand heeft. Hij kan slechts 20 procent van dat gehalte extern - met middelen van buitenaf - controleren. De rest gebeurt binnen zijn lichaam, is genetisch bepaald en wordt door zijn eigen metabolisme gecre- eerd.

"Dus als je aan een familiaire hypercholesterolemie lijdt, een genetische aandoening die gekenmerkt wordt door hoge cholesterolwaarden, dan kun je die waarden maar met 20 procent naar beneden halen door gezonde voeding en gezond te bewegen. Die 20 procent is bij deze genetische ziekte niet genoeg om de cholesterol naar een gezond niveau te halen; je zult in dit geval dus hoe dan ook statines - cholesterolremmers - moeten nemen, die inwerken op je metabolisme. Het belachelijke is dat een jonge vrouw die perfect gezond leeft en hoge cholesterolwaarden van haar voorgangers geërfd, in dit land een deel van haar medicijnen zelf moet betalen. Terwijl een vrouw van zestig die haar hele leven als een ketter rookt, alleen maar fastfood schrokt en constant aan de fles zit, de behandeling van haar kwalen zo goed als volledig terugbetaald krijgt.

"Nogmaals: de solidariteit moet herbekeken worden. Maar voor een ingrijpend debat is lef nodig. Politieke lef. En dat is niet vanzelfsprekend."

U werkte als cardioloog in het ziekenhuis van Aalst, waar ook het hart van de koning werd behandeld. Voordien gaf

u les aan de universiteit van Maastricht. En nu geeft u weer les, en leidt u een onderzoekscentrum aan de VUB. Is dat uw oude liefde? Het werken met jonge mensen?

"Ik denk dat het een van mijn grote liefdes is, ja. Ik verzamel graag jong talent om me heen. Er is ook een toenemende behoefte aan cardiologen, en aan verplegers die cardiologen bijstaan. Alleen al de bevolkingspiramide wijst dat aan: de babyboomers belanden in de fase waarin ze met hartproblemen geconfronteerd zullen worden.

"Gelukkig is er veel talent in dit land. Zo veel dat het mijn hartenwens is om een Instituut van Ritmologie op te starten. Een instituut dat aan de top van de wereld staat op het vlak van hartritmestoornissen. We zouden echt het verschil kunnen maken. Ik zal dan ook alles op alles zetten om deze wens te verwezenlijken. Er is een syndroom naar mij genoemd, maar het zou nog mooier zijn als ik na mijn dood een kenniscentrum achterlaat waar de hele wereld van kan leren."

Heet dat ambitie?

"Ja, maar je kunt het ook gepassioneerde responsabilisering noemen. Ik wil mijn verantwoordelijkheid nemen als toonaangevend cardioloog. Ik wil zoveel mogelijk uit mijn leven halen. En zoveel mogelijk aan de maatschappij teruggeven. Op dat vlak ben ik nog dezelfde jongeman als dertig jaar geleden."

En uw hart? Hoe staat het daarmee?

"Tot nog toe zijn er geen problemen, gelukkig. In tegenstelling tot het gros van de Vlaamse mannen laat ik me regelmatig onderzoeken. Weet u dat de gemiddelde Vlaming van veertig jaar nog nooit de cholesterol- en suikerwaarden in zijn bloed heeft laten meten?"