Direct naar artikelinhoud

We fitnessen ons kapot

Te hard, te vaak en in de verkeerde houding: we fitnessen ons lichaam kapot. Kinesitherapeuten zien meer en meer patiënten met nek- en rugklachten door foute work-outs. Omdat fitnesscentra slecht begeleiden. Maar ook: omdat we zelf te veel te snel willen.

In zijn hoofd moesten agenten stoer en sterk zijn. Dus trok Rutger (26) na het opspelden van zijn politiebadge meteen naar de fitness. Voor wat extra spieren. En een sixpack, als het even kon.

Drie jaar na zijn laatste work-out moet de agent nog altijd minstens één keer per maand naar de kinesitherapeut. Trapeziussyndroom. De spieren tussen nek en schouder zijn volledig verkrampt. Overbelasting, luidde het verdict. Meer bepaald: overmatig bankdrukken en schouderoefeningen.

"Op een gegeven moment trainde ik tot zes keer per week, en hief ik tot 120 kilo. En blijkbaar nam ik van in het begin de verkeerde houding aan. Niemand in het fitnesscentrum die mij ooit corrigeerde. Ik vroeg geen uitleg, en depersonal trainerdie er rondliep liet me mijn gang gaan." Tot hij plots in elkaar zakte toen hij 40 kilo moest tillen.

Ruggenwervels

Rutger is niet alleen. Axxon, de beroepsvereniging voor kinesitherapeuten, waarschuwt dat het aantal patiënten met work-outblessures toeneemt. Nek- en lage rugklachten komen het vaakst voor, gevolgd door tennisellebogen. Meestal omdat ze fout trainen. Te veel gewicht heffen voor hun lichaamsbouw, te lang of te hard trappen op de crosstrainer. Ook oefeningen worden slecht uitgevoerd. Zo zetten veel mensen tijdens sit-ups hun voeten vast onder een sport of richel, waardoor ze zich vooral aan hun rug optrekken. Gewichten van op de grond optillen gebeurt niet zelden met gebogen rug en extra druk op de ruggenwervels. Bij bankdrukken sluit men dan weer te vaak de ellebogen en overbelast men de schouders.

"Er is veel onwetendheid", weet Wouter Rogge, kinesitherapeut en regent lichamelijke opvoeding. Veel mensen denken dat ze pas goed bezig zijn als ze zwemmen in het zweet of hijgend van de loopband zwalpen. Niet dus. "Het is niet omdat je afziet, dat je uithouding of spiermassa erop vooruit gaat. Het komt erop aan in de juiste 'zone' te trainen, naar je eigen vermogen of basisuithouding. Meestal trainen mensen te licht waardoor het resultaat uitblijft, of net te hard waardoor ze te veel melkzuur aanmaken en ze hun lichaam vergiftigen."

Als trainer sprint/hordelopen zag Rogge dat zelfs topatleten vaak verkeerd trainen. Het gaf hem het idee om Kine Fitness Rogge te openen, een sportschool met intensieve begeleiding door gediplomeerde instructeurs. Want het is net die begeleiding die in menig fitnesscentrum zou ontbreken. Contacten met de coaches zijn te vluchtig, trainingschema's te algemeen. "Personal trainersin fitnesscentra zijn vaak slecht opgeleid", zegt Job Fransen, onderzoeker sport- en bewegingswetenschappen aan de UGent. "Het zijn lang niet allemaal bachelors in lichamelijke opvoeding of kinesitherapie. Omdat die de fitnesscentra te veel kosten. Toen ik er zelf ooit solliciteerde, kreeg ik te horen dat er betaald werd volgens het barema van de schoonheidsspecialisten."

Papiertje met oefeningen

Met de opkomst van budgetketens wordt de personal trainer in sportcentra zelfs almaar vaker vervangen door een papiertje met oefeningen. Of je moest willen bijbetalen. En dat is meestal niet het geval. We denken vaak ten onrechte dat het zonder hulp ook wel lukt, zegt Fransen. Werpen een blik op het internet of een work-outvideo en proberen dat na te bootsen. "Maar elk lichaam is anders. Net daarom is er nood aan goede, individuele begeleiding. Begeleiders die polsen naar je medische achtergrond, je zwakke plekken detecteren, je schema aanpassen aan je doelen en je vermogen."

Dat we in het dagelijkse leven in het algemeen steeds minder bewegen, maakt het risico op blessures enkel groter. Overdag een zittend beroep, 's avond voor de televisie met de afstandsbediening. Naar de bakker nemen we eerder de auto dan de fiets. Fransen: "Om al die inactiviteit te compenseren, sloven we ons dan maar drie keer per week uit in de fitnesszaal. Maar als je met een lager beginniveau start, ben je ook vatbaarder voor kwetsuren. Je ziet zelfs tieners van een jaar of veertien krachttrainen, in de hoop op een gespierder lichaam. Ze zijn nog in volle groeispurt, hun beenderen zijn brozer. Dus krijgen ze last aan hun patellapees en nog meer kniepijn."

Alle schuld bij depersonal trainerleggen zou iets te makkelijk zijn. We willen met zijn allen ook te veel, te snel. Het zogenaamde schoonheidsideaal is tot nader order nog altijd: hoe strakker en sterker, hoe beter. Dus trekken we massaal naar de fitness voor eenkiller bodyen onmiddellijk resultaat. Als dat resultaat in eerste instantie uitblijft, pushen we onszelf nog wat harder. Vergeten we naar ons eigen lichaam te luisteren en gradueel op te bouwen. Want in fitnesscentra ga je nu eenmaal vergelijken en wedijveren met andere sporters: "Haar buik is strakker." En: "Hoe vaak kun jij 'benchen'?"

Ook Rutger ging in het rood. Zelfs toen er iets in zijn schouder begon te knagen, bleef hij nog maanden verder sporten. "Het was verslavend. Bovendien begin je te geloven dat pijn erbij hoort." Gekkenwerk, beseft hij nu. "Mijn rechterschouder zal altijd een zwakke plek blijven. Sporten doe ik nog amper: te veel pijn."