Direct naar artikelinhoud

En de Ratten, zij zingen verbeten voort

De supporters zijn het enige kapitaal dat Beerschot nog heeft. Wat denken die? En waarom kwamen ze afgelopen donderdag massaal bijeen in Wilrijk?

Wilrijk, valavond. Na een kille dag vol regen schijnt plots de zon over het zeer bescheiden stadion van de plaatselijke voetbalclub. Zou het een teken zijn? Zachte, zoete zon, na een lange periode van kou en regen? Ook wanhoop is een vorm van hoop.

KFC Olympia Wilrijk speelt hier vanavond tegen KFC Sint-Job. Als Wilrijk wint, dan mag de club weg uit de diepste kerkers van het Belgische voetbal en promoveert ze naar vierde nationale.

Goed voor Wilrijk, maar de ambiance vertelt dat hier vanavond ook nog iets anders op het spel staat. Paars-witte vlaggen hangen over de rand van de tribune, en er is een spandoek. 'Beerschot voor altijd.' Daarachter: een man of driehonderd. Beerschotsupporters vooral. Ze gooien rookbomen, schelden de scheidsrechter verrot en zingen liederen die we in een kwaliteitskrant onmogelijk kunnen citeren.

Af en toe kijken ze ook naar de match, een match die eigenlijk niet om aan te zien is. Maar geen enkel heethoofd dat daarover zeurt. Vanavond is het van "We love you Wilrijk we do." Hier, op een goeie twee kilometer van het Kiel, en na afloop van een seizoen dat hen alleen maar treurnis heeft gebracht, hopen deze supporters straks eindelijk nog eens feestje te mogen bouwen. Een feestje dat mogelijk, wie weet, het begin kan zijn van een nieuw, mooi verhaal.

Lawine van jeugdspelers

Want voetbalclub Beerschot is - we vertellen niks nieuws - op zoek naar een partner. Er zijn er die die partner in West-Vlaanderen gaan zoeken. Maar dat zijn geen supporters. Voor die supporters is het klaar. "Geen boeren op het Kiel." Dus zoeken ze de oplossing iets dichter bij huis. In een fusie met Wilrijk, bijvoorbeeld. "Er is nog niks concreets beslist", zegt Marc Janssen, voorzitter van supportersclub De Mannekes. "Maar een fusie met Wilrijk wordt vooral door de jongere supporters gedragen. De harde kern, de Armata Viola, ziet in deze fusie de toekomst van de club."

De buren van Wilrijk als mogelijke reddingsboei, zo denken niet alleen de supporters erover. Ook voor een pak jeugdspelers van Beerschot was Wilrijk de oplossing. Sinds de ploeg in het sukkelstraatje verzeilde, vertrok de jeugd naar Mechelen, Beveren of zelfs aartsvijand Antwerp. Maar vooral in Wilrijk zagen ze plots de jonge voetballertjes bij bossen toestromen.

"Het jeugdbestuur van KFCO Wilrijk vraagt om geen e-mails meer te sturen voor een testaanvraag", zo verscheen vorige week plots op de site van de club. "Door de grote hype die momenteel rond KFCO Wilrijk leeft, zijn al onze jeugdploegen vol."

Overvol is vanavond ook het stadion, een plek van verbroedering, een plek waar supporters van Wilrijk en Beerschot gezamenlijk dromen over een nieuwe naam - Olympia Beerschot - een gezamenlijk stadion - het Kiel natuurlijk - en promotie naar de vierde klasse.

Nu nog winnen van KFC Sint-Job.

Helaas. Na 90 minuten is het nog altijd 0 tegen 0. Er komen verlengingen. Tegen de gang van het spel in scoort Sint-Job een eerste keer. En tegen de gang van het spel in scoort Sint-Job nog een tweede keer. Heel even blijft het ijzig stil in het stadion van Wilrijk. Maar dan begint er weer eentje te zingen. En nog eentje. Dat ze Kielse ratten zijn. Ratten van 't Kiel. En dat ze Antwerp haten, en Beerschot graag zien.

En zo blijft supporteren voor Beerschot een oefening in de kunst van het verliezen. Het is een kunst waar Elizabeth Bishop ooit een wondermooi gedicht over schreef. Het gedicht begint zo:

The art of losing isn't hard to master;

so many things seem filled with the intent

to be lost that their loss is no disaster