Direct naar artikelinhoud
Kinderopvang

Hoe zorg je voor een betere work-life-balance? Maak kinderopvang beter en goedkoper

Hoe zorg je voor een betere work-life-balance? Maak kinderopvang beter en goedkoper
Beeld Joren Joshua

Kinderopvang moet beter en goedkoper. Dat vindt een meerderheid van de ouders die Gezinsbond bevroeg. Maar hoe dan? ‘De opvang is nog altijd sterk gericht op nine-to-five-banen.’ 

en

“Voor tweeverdieners met drie kinderen is er bijna geen tijd meer over om iets voor jezelf of als koppel te doen.” Het is een van de reacties die Gezinsbond kreeg in zijn enquête bij 2.378 (groot)ouders in Vlaanderen en Brussel. Als je het aan de Vlaamse gezinnen vraagt, is de work-life-balance zeker een prioriteit voor de komende regering. In meer dan drie op de vier gezinnen blijkt de combinatie van werk en privé nog altijd moeilijk.

Gezinsbond ziet zelf drie maatregelen om die balans recht te trekken, zegt Lutgart Vrints van de studiedienst: “Maak kinderopvang toegankelijker, breid het verlof rond de geboorte van een kind uit en zorg voor een betere vergoeding voor wie ouderschapsverlof opneemt.” Ook de bevraagde ouders lijken zich daarin te vinden. Vier op de tien vinden dat alle schoolkinderen betaalbare opvang moeten krijgen voor en na school en tijdens de schoolvakanties. Een vijfde vindt ook dat het geboorteverlof voor vaders en meemoeders moet uitbreiden van 10 naar 20 dagen.

De prioriteiten komen er na vijf jaar hameren op werkbaar-werk, waarbij flexibele uurroosters, thuiswerk en tijdskredieten werden versimpeld. Waren de maatregelen rond flexibilisering dan niet afdoende om de Vlaamse gezinnen ademruimte te geven? 

“Het is misschien makkelijker om aan de schoolpoort te staan, maar dat beleid heeft beperkingen”, zegt professor economie Ive Marx (UAntwerpen). “Mensen in heel flexibele sectoren, zoals horeca, schoonmaak of retail, hebben zelf weinig controle over de uren waarop ze werken. Terwijl het aanbod van kinderopvang nog altijd sterk gericht is op nine-to-five-banen. Die mensen hebben het dus vaak moeilijk om opvang te vinden.”

Professor arbeidseconomie Stijn Baert (UGent) noemt kinderopvang dé prioriteit voor de volgende regering en pleit ervoor om die opvang niet bij de Vlaamse minister van Welzijn, maar wel bij de minister van Werk onder te brengen. “Op die manier kan er makkelijker voor een goede afstemming worden gezorgd. De kinderopvang moet goedkoper, kwalitatiever en flexibeler.”

Flexibele kinderopvang

Een dag in de opvang kost vandaag voor de laagste inkomensgroepen nog altijd minstens 5 à 6 euro. Voor heel wat mensen blijft dat te veel, stelt professor human resource management Marijke Verbruggen (KU Leuven). “Laaggeschoolde vrouwen stoppen vaak met werken vanaf dat er kinderen zijn, gewoon omdat het inkomensverlies nog altijd lager is dan de kost van een crèche. Een financieel vangnet creëren om die mensen aan het werk te houden, is dus zeker belangrijk.” Voor de allerlaagste inkomens zouden de tarieven daarom lager moeten, vindt de Gezinsbond. 

Maar dan is er nog een plaatsgebrek in de kinderopvang, zegt Elisabeth Adriaens, lector gezinswetenschappen (Odisee Hogeschool). “Ouders die deeltijds werken, vinden moeilijk opvang voor maar twee of drie dagen in de week. Sommige partijen suggereren nu om de kinderopvang tijdelijk in overaanbod te laten gaan, zodat meer kinderen op die dagen opvang kunnen krijgen. Maar vanuit de positie van het kind is dat natuurlijk niet goed. We moeten naar een lager aantal kinderen per opvangbegeleider.”

Flexibele kinderopvang
Beeld Joren Joshua

Prijzen drukken en tegelijkertijd kwalitatief blijven, dat vraagt volgens Baert om gerichte subsidies naar de crèches en onthaalouders toe. Nu beslist de kinderopvang zelf op welke dagen en uren er gewerkt wordt. Vaak stemt dat niet overeen met de vraag die de ouders hebben. Via subsidies kan de overheid de organisatoren van opvang stimuleren om meer flexibiliteit aan de dag te leggen, en het aantrekkelijker te maken om opvang te organiseren. 

Ouderschapsverlof

Maar voordat de kinderen in de crèche belanden, vraagt de Gezinsbond ook om een uitbreiding van het geboorteverlof. Zo zouden vaders en meemoeders minstens vier weken verlof moeten krijgen na de geboorte van hun kind. Dat is een belangrijke aanzet om de zorg later beter te verdelen tussen man en vrouw, zegt Verbruggen: “Vrouwen werken vaker deeltijds dan mannen, omdat er nog altijd genderstereotiepe normen bestaan over wie de zorg van de kinderen op zich moet nemen. Door het geboorteverlof van vaders uit te breiden, neem je als overheid een stelling in dat de zorg van vaders ook belangrijk is.” 

Een andere mogelijkheid is om de duur van het verlof te verlengen als beide partners kiezen om hun verlof op te nemen. Voor Adriaens gaat het naast een uitbreiding van de verlofstelsels vooral om flexibiliteit: “Ik denk aan ouderschapsverlof via woensdagnamiddagverloven of aan schoolbelcontracten van 8 tot 16 uur. De overheid zou goede praktijken moeten suggereren aan bedrijven.” Vandaag blijken vooral grote bedrijven zoals banken op de familievriendelijke kar te springen, weten de experts. Bij kmo’s met minder personeel ligt die keuze vaak moeilijker. “De vergoeding van het ouderschapsverlof is vandaag nog laag, waardoor een beperkt aantal werknemers het opneemt”, zegt Vrints van de Gezinsbond. Zij pleit ervoor om de vergoeding op te trekken tot het minimumloon – vandaag is dat 1.563 euro bruto per maand. “Op die manier geef je ook een krachtig signaal als overheid: dat iedereen die dat wil, ouderschapsverlof kan opnemen. Ook wie een lager loon heeft of wie thuis de hoofdkostwinner is.”