Direct naar artikelinhoud
AnalyseEuropese verkiezingen

En toen moest de B-ploeg plots Europa besturen

Ursula von der Leyen, de verrassende nieuwe voorzitter van de Europese Commissie.Beeld EPA

Europa wordt ook de komende jaren geleid door politieke B-figuren. Maar dat hoeft geen onoverkomelijk probleem te zijn. Hun nationaliteit misschien wel. ‘Het is zorgwekkend dat er geen Oost-Europeanen tussen zitten.’

en

Na een driedaagse top in Brussel raakten de 28 EU-regeringsleiders het dinsdagavond dan toch eens. Ze stelden vertrouwen in de Duitse Ursula von der Leyen (CDU) als nieuwe Commissievoorzitter, de Belg Charles Michel (MR) als voorzitter van de Europese Raad en de Française Christine Lagarde als baas van de Europese Centrale Bank (ECB). Met de schaduw van de brexit en de aanslepende migratiecrisis boven hun hoofd moeten zij drie Europa nu gaan besturen.

Niet iedereen heeft daar een goed oog in – om het met een understatement te zeggen. “De vrouw onder wier leiding de Duitse defensie verkruimelde moet van de EU een wereldmacht maken, de man die de Belgische regering niet bijeen kon houden moet Europese regeringsleiders verenigen en de vrouw die nooit bankier was, bestuurt straks de Europese Centrale Bank”, schrijft het Nederlands blad Elsevier over de benoeming van “een tweederangsequipe met vlekjes”.

Een streng oordeel. Al is duidelijk dat Von der Leyen, Michel en Lagarde vooral managers en bruggenbouwers zijn, eerder dan visionairen. Daar kan niemand omheen. Het nieuwe Europese trio past zo in de ‘Europese traditie’ van de grijze muizen. Wie tegen te veel schenen stampt maakt zijn kansen op een topcarrière in Brussel een stuk kleiner. Vraag maar aan Guy Verhofstadt (Open Vld) of Frans Timmermans (PVDA). Die laatste – een Nederlandse socialist met een duidelijke mening over zowat alles – bleek te omstreden in Oost-Europa om de nieuwe voorzitter van de Commissie te worden.

En toen moest de B-ploeg plots Europa besturen
Beeld AFP

Kop gekost

Is er in Europa dan alleen plaats voor kleurloze allemansvrienden? “De Europeanen krijgen in ieder geval meer van hetzelfde, terwijl ze voor een ander Europa hebben gestemd”, zegt Europees Parlementslid Kathleen Van Brempt (sp.a). Zij is naar eigen zeggen “triest” over de gemaakte keuze. “Het laatste wat Europa nodig heeft, zijn kleurloze mensen. Wel een duidelijke visie over waar de Europese Unie naartoe moet.” Iemand zoals Timmermans dus, die Polen en Hongarije meermaals op de vingers tikte omdat ze de rechtstaat aan hun laars lapten? “Dat heeft zijn kop gekost.”

Veel heeft te maken met de manier waarop de topjobs worden verdeeld, vindt professor Europese politiek Steven Van Hecke (KU Leuven). Volgens hem gaat het vooral om een negatieve keuze: wie mag het vooral níét worden? Niet zozeer de standpunten van de kandidaten wegen door, wel hun bekendheid. “Von der Leyen heeft bijvoorbeeld zeer pro-Europese standpunten, maar door haar beperkte bekendheid hebben die zich niet tegen haar gekeerd”, zegt Van Hecke.

Dat er Europees al eens verrassingen uit de bus vallen, is zeker niet nieuw. Denk aan de benoeming van ‘onze’ Herman Van Rompuy in 2009 of die van de Portugees José Manuel Barroso in 2004. Op het moment van hun aanstelling waren dat allesbehalve klinkende namen. De komst van Van Rompuy ontlokte de Britse brulboei Nigel Farage de ondertussen legendarische woorden: “U hebt het charisma van een natte dweil (‘a damp rag’) en het uitzicht van een bankbediende.” “Tweederangsfiguren kunnen wel aangenaam verrassen”, vervolgt van Hecke. “Met Van Rompuy – ook geen eersterangskeuze – viel het allemaal nog wel mee. De functie maakt de man of de vrouw. Een goed dossier kan veel keren.”

Er blijft dus hoop voor Von der Leyen, Michel en Lagarde. Meer zelfs: misschien heeft de Europese Unie in haar huidige vorm wel net nood aan voorzichtige bestuurders en onderhandelaars? Karel De Gucht (Open Vld), voormalig Eurocommissaris voor Handel, omschreef het in 2016 als volgt in deze krant: “De Europese Unie moet de shit van haar lidstaten oplossen. Met te weinig bevoegdheden, want dat gunnen de lidstaten hun Unie niet. De EU is de zondebok die zoals in de Bijbel beladen wordt met alle zonden van Israël, en de woestijn ingestuurd. En het er toch levend van afbrengt.”

De Gucht omschreef Europa als de omgekeerde Cloaca-machine van Wim Delvoye. Van stront wordt, na veel gekauw, iets moois gemaakt. Om zo’n machine aan de praat te houden, zoek je misschien beter politici met een (relatief) beperkt ego.

Visegradlanden

Politicoloog Van Hecke ziet wel een fundamenteel probleem voor het nieuwe Europese toptrio: het zijn allemaal West-Europeanen. Ook wie een niveau lager gaat kijken, komt bijna alleen maar West-Europeanen tegen. De nieuwe diplomatieke chef van de EU is een Spanjaard: de socialist Josep Borell. De nieuwe voorzitter van het Parlement is een Italiaan: David Sassoli. De vicevoorzitters van de Commissie zijn Timmermans en Margrethe Vestager, een Deense.

“De Oost-Europese Visegradlanden (de politieke coalitie tussen Polen, Hongarije, Slovakije en Tsjechië, red.) hebben Timmermans kunnen tegenhouden als nieuwe Commissievoorzitter, maar alternatieven hebben ze niet op tafel gelegd. Dat is zorgwekkend, want het voedt het imago van het oude Europa waar, als het puntje bij paaltje komt, de West-Europeanen voor zichzelf kiezen”, vertelt Van Hecke. “Oost en West groeien uit elkaar. De interne cohesie kalft af.”

Dit kan op termijn in de kaart spelen van eurocritici zoals de Hongaarse premier Viktor Orbán, vindt Van Hecke. “Als er moeilijke beslissingen over klimaat of migratie moeten worden genomen, zal het hen goed uitkomen dat de beslissing uit het Westen komt. Waarom zouden zij dan de klimaatverandering aanpakken of migranten opvangen?”