Direct naar artikelinhoud
Wonen

Belg gokt dat woonlening nóg goedkoper kan: meer dan de helft kiest voor variabele rente

Foto ter illustratie.Beeld thinkstock

Voor nieuwe woonleningen kiest meer dan de helft van de Belgen voor een variabele rentevoet. Dat blijkt uit cijfers van BNP Paribas Fortis. In 2017 gold dat nog maar voor 15 procent, vorig jaar voor 31 procent.

Economen vallen van de ene verbazing in de andere. Ze zagen gisteren de Belgische langetermijnrente voor de eerste keer ooit onder nul zakken, terwijl al jaren voorspeld werd dat de bodem bereikt was. De langetermijnrente is ook de referentie voor de woonkredieten. “Het is een duidelijke aanwijzing dat hypothecaire leningen nóg goedkoper kunnen”, zegt Brecht Coene van Spaargids.be. 

Zo denkt de Belg er blijkbaar ook over: bij BNP Paribas Fortis kozen klanten in de eerste vijf maanden van dit jaar in 54 procent van de gevallen voor een variabele rentevoet. Vorig jaar was dat 31 procent, in 2017 zelfs maar 15 procent. Ook bij Belfius en ING zit de vraag naar een variabel krediet stevig in de lift. Historisch kiest de Belg nochtans liever voor de zekerheid van een vaste rente.

Wie aanvaardt dat zijn maandelijkse aflossing kan veranderen tijdens de looptijd, heeft geluk als de rente verder zakt. Tegelijk biedt de wet bescherming tegen een stijging: een variabele rentevoet mag maximaal verdubbelen. Hoe lager de rente waarmee je start, hoe veiliger je dus bent voor een renteschok. Hoe dan ook is de impact op de maandelijkse aflossing beperkt.

Kandidaat-kopers of -bouwers hoeven niet te dromen van een woonkrediet met negatieve rente: in quasi elk hypothecair contract staat dat 0 procent de absolute bodem is.