Direct naar artikelinhoud
Belgisch voetbal

Bart Verhaeghe: ‘Sorry, maar Club Brugge zal niet blijven stilstaan’

Voorzitter Bart Verhaeghe poseert trots naast Gouden Schoen Hans Vanaken in Brugge.Beeld BELGA

Bart Verhaeghe maakte in 2011 zijn intrede in het Belgisch voetbal. Intussen is Club Brugge een topclub dat statuut waard en staat de voetbalbond onder zijn toezicht als een gezond huis. ‘Ik panikeer niet zo snel.’

Bart Verhaeghe is nog in de roes na de Gouden Schoen van Hans Vanaken. Vier op een rij… “Dat is een gezelschapsspel", lacht hij. 

Er is zo’n clichévraag die luidt: denkt u nog vaak aan hoe het allemaal begon? Maar de Club-voorzitter leeft niet met het verleden. “Ik ben bijvoorbeeld iemand die thuis heel veel heeft weggegooid. Medailles, bekers, lintjes omdat ik als jonge gast ergens beste speler van een toernooi was: ik heb niks meer. Natuurlijk ken ik het traject dat ik samen met Vincent Mannaert hier heb afgelegd. Ik had op vraag van het toenmalige bestuur weliswaar een doorlichting van de club gemaakt, maar het was niet mijn bedoeling om de reorganisatie operationeel te leiden. Ik weet nog toen ik Mannaert vroeg om CEO te worden, dat hij antwoordde: ‘Alleen als jij je ook engageert.’”

Zegt u hem niet soms: ‘Zie je wel dat het geen praatjes waren?’

Bart Verhaeghe: “Ik denk niet dat Mannaert twijfelde aan de slaagkansen van het project, alleen had ik zélf in het begin erg last van de enorme visibiliteit in het voetbal. Alles wat ik zei of deed, werd uitvergroot. Zoiets maak je niet mee in andere ondernemingen. Ik voelde mij een clown in het verkeerde circus. Echt, het frustreerde mij.”

“Nu ben ik meer op mijn gemak in het voetbal. Plus, ouder worden heeft ook voordelen. Op den duur ga je makkelijker relativeren. Ik denk dat ik op een punt ben gekomen dat ik elke medewerker van Club kan begeesteren, vooruitduwen.”

Tijdens het Gala van de Gouden Schoen verzuchtte de CEO van de voetbalbond, Peter Bossaert, eens te meer: ‘Wat een gemiste kans om geen nationaal stadion te hebben.' Veel voetbalfans vinden dat u daarvoor verantwoordelijk bent.

“Inderdaad, Nederland bijvoorbeeld kan op het EK in eigen land spelen, maar in het stadion van Ajax. Spanje zal in dat van Athletic Bilbao spelen, Rusland in dat van Zenit. Het nationale stadion is er niet gekomen door de wetgeving. De overheid besliste: dit kan hier en nu niet gerealiseerd worden. 

“Ik blijf herhalen dat het niet de taak is van de voetbalbond om te investeren in een stadion – het heeft daar de middelen niet voor – maar integendeel de clubs moet faciliteren opdat zij zouden kunnen bouwen. Elke club met een budget van 10 à 12 miljoen euro kan een stadion zetten voor 10.000 toeschouwers. Dat staat gelijk met één of twee spelers op je budget. Met goed bestuur kun je de banken overtuigen om een lening aan te gaan. Wat is er beter: één fonkelnieuw stadion in Brussel en de rest in krotten laten spelen, of tien nieuwe stadions overal in het land?”

Alleen maakt de aard van het komende EK natuurlijk dat de ambitie om Europees kampioen te worden niet vanzelfsprekend wordt.

“Wel, ook daar zal ik tegengas geven. ‘Op een ander’ spelen heeft ook voordelen. De druk om voor eigen publiek te moeten presteren valt weg. Roberto Martínez heeft een ploeg die zich leent om op verplaatsing te excelleren. Wij hebben de spelers om snel om te schakelen, dat is genoeg bewezen. Ik zou zeggen tegen Martínez en zijn staf: rustig, alles komt in orde.”

Kan België Europees kampioen worden?

“Ja, al vind ik een EK moeilijker dan een WK. Op een wereldbeker is het aantal goede Europese ploegen gelimiteerd. Op een EK zijn de kleinere landen sterker. Je hebt geen Panama om je in het toernooi te spelen. Oranje ontwikkelt zich, Frankrijk zal niet minder zijn, Duitsland en Spanje zullen nijdig zijn om iets recht te zetten, Italië is een goeie ploeg, voor Engeland zullen wij een rode lap op een stier zijn, zolang Ronaldo niet met pensioen is kun je op een dag van Portugal verliezen…”

Mist u Martínez en de Duivels? Als ondervoorzitter van de voetbalbond maakte u deel uit van de dynamiek van de ploeg.

“Eerlijk? Ja, ik mis hen. Die mensen zijn bezig met topsport. Ik voelde mij daar thuis. Ik praat graag over sport, ik luister graag naar atleten. Martínez, Hazard, Courtois, zij boeien mij. Tijd doorbrengen met deze generatie spelers is een geschenk.”

Bart Verhaeghe: "Mijn rol is om met Club Brugge klaar te zijn voor een hertekend voetballandschap."Beeld BELGA

Bent u ontgoocheld hoe het gelopen is? (Verhaeghe stelde zich niet meer kandidaat voor een stek in de raad van bestuur.)

“Neen. We hebben de bond financieel gezond gemaakt, we lieten zware investeringen toe in de corebusiness, de nationale ploeg en het trainingscompex in Tubize, we zorgden voor een professionele structuur, voor een ethische code, de arbitrage kreeg een budget om professioneel te werken… Ik ben niet getrouwd met de bond. Ik zit bij de topclub in België.”

Waarom dringt u er zo op aan om over de grenzen te kijken en te gaan spelen? Een collega van u van een G5-club vindt uw houding arrogant.

“Ik weet niet of iedereen in ons voetbal goed beseft wat er staat aan te komen. Het Europees voetbal is op weg naar een grondige revolutie. Er komt vroeg of laat een Europese topcompetitie in het weekend, we krijgen binnenkort Bayern München-Real Madrid op zondagmiddag om 13 uur of zo. Ik kan niet spreken voor mijn collega-voorzitters, maar ik verdiep mij in de teksten van UEFA, FIFA en ECA (vereniging van Europese clubs, SK), ik lees, ik luister, ik hoor. Onlangs ben ik een lezing gaan geven in Turijn. De mensen van Juventus waren daar. Ik zeg je, de drang van de machtigste clubs om een soort NBA-competitie op te zetten is reëel. Mijn rol is om met Club Brugge klaar te zijn voor een hertekend voetballandschap.

“Wat dat betreft, is een Beneliga op het niveau van België en Nederland net hetzelfde doen als het initiatief van de grote clubs in Europa: de sterkste krachten bundelen. Alleen zo zorgen we ervoor dat onze competitie leefbaar blijft na 2024. Ik doe hier een oproep aan alle critici. 

“Mensen zijn toch zo snel in het oordelen en veroordelen zonder kennis van zaken. Er wordt gereageerd op de Beneliga vanuit vijandigheid. Wij arrogant? Als Infantino (voorzitter van de wereldvoetbalbond FIFA, SK) aanstuurt op een wereldbeker voor clubs, met de beste ploegen uit Europa, Zuid-Amerika, Azië en Afrika, moet er een tekening bij? Natuurlijk is niets zwart-wit. Er zouden grote middelen doorstromen vanuit de Beneliga naar de Belgische en Nederlandse competitie, zodat de basis veel gezonder wordt dan nu het geval is. 

“Sorry, maar Club Brugge zal niet blijven stilstaan. Zoals een Chinees zijn designerschoenen in Italië koopt, moeten wij ervoor zorgen dat ons Belgische kwaliteitsproduct ‘voetbal’ even aantrekkelijk blijft voor geïnteresseerden. Als de Europese topclubs de handen in elkaar slaan, wil ik in België niet gemarginaliseerd worden. Een Beneliga kan een prima antwoord zijn.”

Kunt u een timing kleven op een Beneliga?

“Dat houd ik liever discreet.”

En in afwachting wilt u af van een competitieformule met play-offs?

“Club Brugge wil eerst en vooral dat we in België op een gezonde basis kunnen voortdoen. De licentievoorwaarden moeten worden afgestemd op de toenemende eisen van UEFA en het Europese topvoetbal, sportief en extra-sportief.”

Moeten we de forse investeringen van Club Brugge (8 miljoen voor Mignolet en Okereke) zien in het licht van de zoektocht naar een nieuwe positie in het internationale voetbal?

“Dat is een van de redenen, ja. We zullen toch moeten dúrven als we de trein niet willen missen. Een beetje van de Hollandse branie overnemen kan geen kwaad. Wel zal ik erover waken dat we blijven zaaien volgens onze zak. Maar Club Brugge durft te springen.”

Nemen jullie sportieve en financiële risico’s?

“Wij nemen zeker sportieve risico’s en onze financiële risico’s zijn berekende risico’s. Van dag één heb ik Mannaert gezegd: ‘Ik ben een ondernemer, ik zal geen defensief beleid voeren.’

“Ik hoop dat we een naam kunnen worden zoals Ajax. Waarom zouden wij ons niet mogen spiegelen aan hen?”

U haakt bij de Argentijnse spits Gaich af op een paar miljoen, terwijl Ajax gewoon 14 miljoen betaalde voor Tadic, 16 miljoen voor Blind en evengoed De Jong verkoopt voor 75 miljoen en De Ligt voor 65. Ajax speelde de halve finale in de Champions League, schakelde Real Madrid en Juventus uit. Maakt u niet een beetje al te makkelijk de vergelijking met Ajax?

“Wij besturen even goed. Ajax verkoopt zich beter, mede dankzij de erfenis van Johan Cruijff, maar hun grote voorsprong is het stadion natuurlijk.”

Voorzitter, bent u niet te snel gegaan in uw aankondiging van een nieuw stadion voor het seizoen 2022-2023? U hebt zelfs nog geen omgevingsvergunning.

“Dat is het verhaal van de kip en het ei. Als de burgemeester eerst iedereen consulteert om een draagvlak te vinden, laat de eerste de beste het in de gazet zetten. Ach, op een bepaald moment moet je open en eerlijk zijn. Jan Breydel staat er al 44 jaar. Veel mensen zijn er later komen wonen. Maar wees gerust, wij zullen zorgen dat er minder overlast zal zijn dan nu.”

Jan Breydelstadion.Beeld Photo News

Er is nog geen maquette. Wat moeten we ons voorstellen bij het nieuwe stadion?

“Dat van Juventus vind ik een mooi voorbeeld: compact, met een enorme belevenis in het stadion. We voorzien parking voor minstens drieduizend wagens op de site. Een groene parking, met bomen en planten, zodat mensen er kunnen joggen en wandelen met de hond.

“Ik ga er geen concerten houden, wel een museum en een overloop naar een grote Club-fanshop zoals in Camp Nou. Binnenkort vertrek ik naar Texas om de stadions te gaan bekijken in Dallas (Cowboys Stadium), Houston (NRG Stadium) en Austin (Austin FC Stadium), vanwaar ik doorvlieg naar Miami om de plannen te horen voor het stadion (Miami Freedom Park) van de nieuwe club van Beckham. Ik ben vooral benieuwd naar de technologische apparatuur om in een stadion álle mensen te betrekken bij een wedstrijd. Amerika heeft bovendien een traditie van hele gezinnen naar sport te lokken. Wij willen straks veel meer vrouwen en kinderen in ons nieuwe stadion.”

No women, no glory.

“Voetbal wordt steeds meer een sociale belevenis van verwonderen en bewonderd worden. Ik vergelijk het een beetje met op restaurant gaan. Daarom moet Club Brugge iets unieks kunnen aanbieden. Ons enthousiasme voor het stadion is potverdomme groot. In mijn drive voel ik mij nog steeds 26 jaar.”