Direct naar artikelinhoud
#MeToo

Sven Mary niet onder de indruk van kritiek op #MeToo-uitspraak: ‘Breng mij maar voor de rechter’

Advocaat Sven Mary.Beeld AFP

Advocaat Sven Mary is niet onder de indruk van de commotie na zijn uitspraak dat hij ‘geen vrouwen meer aanneemt’ na #MeToo. De uitspraak leverde hem veel kritiek op en al een tiental klachten bij het Instituut voor Gelijkheid van Vrouwen en Mannen. ‘Breng mij maar voor de rechter, ik zal me wel verdedigen’, zegt Mary in Het Nieuwsblad.

Wat heeft #MeToo voor mannen betekend? In Nina, het magazine van Het Laatste Nieuws, geeft onder meer ‘alfaman’ en advocaat Sven Mary daarop een antwoord. Toen hem een vraag gesteld werd over het feit dat mannen minder geneigd zouden zijn om knappe vrouwen aan te nemen, reageerde hij met: “Dat kan ik bevestigen. Wij nemen op het advocatenkantoor geen vrouwen meer aan.”

Mary had naar eigen zeggen ooit “een probleem met een stagiaire die beweerde dat ze haar slechte evaluatie te danken had aan het feit dat ze niet op mijn avances ingegaan was”. De strafpleiter wil zichzelf niet meer aan dat soort risico blootstellen, klonk het. “Uiteraard heeft ze bot gevangen omdat haar klacht nergens op gebaseerd was, maar vandaag ben je kwetsbaar als man en zo’n etiket kan je achtervolgen.”

De uitspraken leverden Mary heel wat kritiek op. “De balie moet dit publiekelijk veroordelen”, schreef confrater Mieke Van den Broecke onder meer in een open brief. Een tiental mensen deed dit weekend ook al een melding via het onlineformulier van het Instituut voor de Gelijkheid van Vrouwen en Mannen (IGVM).

In een reactie aan Het Nieuwsblad wijst Sven Mary erop dat de uitspraak binnen haar context moet gezien worden. “Het klopt dat als ik in Brussel moet kiezen tussen twee gelijkwaardige kandidaten als stagiair-advocaat - een man en een vrouw - ik geneigd zal zijn om voor de man te kiezen. Daar zit het voorval met die stagiaire voor veel tussen. Dat is een beroepskeuze, meer niet. Ik zeg ook niet dat alle vrouwen zo zijn. Ik ben voorzichtig, mag ik?”

Hij wijst erop dat in de regionale kantoren in Antwerpen en Limburg wel vrouwelijke advocaten werken. “Onze secretaresses en boekhoudsters in Brussel zijn vrouwen”, vervolgt hij.

De advocaat beschouwt zichzelf als “een galante, hoffelijke man”. “Maar tegenwoordig mag dat blijkbaar niet meer en moet je ­nadenken over elk woord dat je zegt en elke daad die je stelt. Ik werk op een kantoor waar de medewerkers tegen 250 kilometer per uur werken. Ik heb geen tijd en geen zin om rekening te houden met eenieders fijngevoeligheid”, aldus Mary.