Direct naar artikelinhoud
EssayJoël De Ceulaer

Hoe deze catastrofe ook helemaal ánders had kunnen lopen

'Fearless Girl', bronzen beeldje in de financiële wijk van New York.Beeld Getty Images

Het vermaledijde virus heeft ook heel wat discussies doen opflakkeren. Tijd voor een kennismaking met het werk van Nassim Nicholas Taleb, een denker die ons heel anders naar catastrofes leert kijken. Hoe moeten we leven met onzekerheid? Een essay van Joël De Ceulaer.

Wie in de illusie vertoefde dat een gemeenschappelijke vijand ons nader tot elkaar zou brengen, is eraan voor de moeite. De coronacrisis heeft ons niet verenigd in de zoektocht naar de beste aanpak. Integendeel, over een aantal onderwerpen groeit de verdeeldheid met de dag. Hadden we deze virale ravage kunnen zien aankomen, of is het begrijpelijk dat we allemaal zo verrast waren? Hadden we iedereen die terugkwam uit skivakantie in Italië een paar weken in quarantaine moeten zetten, of was dat met de kennis van dat moment een overbodige maatregel? Hadden we vroeger in lockdown gemoeten of was daar helemaal geen draagvlak voor? En, natuurijk, de twistappel bij uitstek in de talloze discussies: hadden we allemaal al veel vroeger een mondmasker moeten gebruiken? En moeten ze vandaag niet overal verplicht worden waar mensen elkaar ontmoeten?

Dit essay bevat geen finale antwoorden, maar hopelijk toch wat stof tot nadenken. Ik heb mij een paar weken stevig verdiept in het werk van Nassim Nicholas Taleb, de Libanees-Amerikaanse wiskundige en schrijver die wereldberoemd werd met zijn boek De Zwarte Zwaan, een concept dat door de coronacrisis weer brandend actueel is.

Nassim Nicholas Taleb  • geboren in 1960 in Libanon • emigreerde naar de VS, werd Ameri­kaans staatsburger • maakte fortuin op de beurs • schreef invloedrijke boeken, waaronder De zwarte zwaan (2007) en Skin in the Game (2018); zijn werk verschijnt in het Nederlands bij uitgeverij Nieuwezijds   

De term verwijst naar een verrassende ontdekking die pas in 1696 werd gedaan. Tot drie eeuwen geleden ging men er in Europa van uit dat alle zwanen wit zijn. Elke nieuwe waarneming van een zwaan bevestigde dat alleen maar: zwanen zijn wit. Tot een simpele ontdekkingsreiziger eind zeventiende eeuw vlak bij het Australische Perth ineens een zwarte zwaan zag – in Australië en Nieuw-Zeeland, zo weet iedereen ondertussen, zijn niet alle zwanen wit.

Dat er ook zwarte zwanen bestaan, in Australië bijvoorbeeld, weten Europeanen pas sinds eind 17de eeuw. Het verraste ons en is daarom de favoriete metafoor van Taleb.Beeld Yannick De Spiegeleir

Taleb gebruikt de Zwarte Zwaan, met hoofdletter, als metafoor voor een erg zeldzame, onvoorspelbare gebeurtenis met een enorme impact. Iets dat niemand zag aankomen en dat de wereld helemaal op z’n kop zet. De aanslagen van 11 september 2001 waren een Zwarte Zwaan: niemand kon ze voorzien en ze hebben de wereld compleet veranderd – er is een vóór en een wereld ná 9/11. De geschiedenis, aldus Taleb, wordt in hoge mate gestuurd door Zwarte Zwanen: gebeurtenissen die een stevige ruk aan het roer geven. De burgeroorlog in Libanon, die een paradijselijk land veranderde in een slagveld, was een Zwarte Zwaan – de eerste die Taleb, toen nog als jongeman, aan den lijve ondervond. Maar ook de Eerste Wereldoorlog, het internet en de computer waren Zwarte Zwanen – niemand kon ze voorzien en ze hebben de wereld veranderd. Er is een vóór en een ná.

De financiële crisis

Zeker weten we dat nog niet, maar vandaag gaan we ervan uit dat er ook een verschil zal zijn tussen de wereld vóór en ná Covid-19. De neiging kan bestaan om ook deze crisis een Zwarte Zwaan te noemen. Toch doet Taleb dat niet. In een interview met Bloomberg zei hij het onlangs klaar en duidelijk: deze pandemie is gewoon een witte zwaan, iets wat iedereen perfect had kunnen voorspellen. Een virus dat de wereld zo genadeloos treft, is erg zeldzaam, dat wel. Ook de impact qua mensenlevens en economische schade is groot, groter dan die van 9/11. Maar onvoorspelbaar? Nee. Deze pandemie is al verschillende keren voorspeld. Door Bill Gates, om maar iemand te noemen. En door Nassim Nicholas Taleb zelf, in – jawel – De Zwarte Zwaan, een boek dat dateert uit 2007.

Wie Taleb leest en langzaam tot zich laat doordringen, kijkt op een andere manier naar deze crisis en álles wat ermee te maken heeft.Beeld Bloomberg via Getty Images

Aan dat boek dankt Taleb zijn reputatie als relevant denker, omdat hij daarin niet alleen een pandemie voorspelde, maar ook de financiële crisis, die de wereld een jaar later op z’n grondvesten deed daveren. Taleb had al enige tijd in de gaten dat het financiële systeem ziek was, gedoemd om te crashen. De echte crisis was volgens hem de constructie van dat systeem, dat de banken omvielen was alleen maar het symptoom.

Voor hij De Zwarte Zwaan publiceerde, had Taleb zijn wereldbeeld al ontvouwd in het boek Misleid door toeval. Na De Zwarte Zwaan publiceerde hij nog Antifragiel en Skin in the Game. In elk van die vier boeken ontvouwt hij hetzelfde centrale idee, maar telkens via een andere invalshoek. Wie ze alle vier na elkaar leest, raakt doordrongen van een diep en fascinerend inzicht over de manier waarop de wereld in elkaar zit. Taleb is niet de enige die dat inzicht heeft en te boek stelde, maar hij doet het wel een op briljante en meeslepende manier. Wie zijn werk nu leest en langzaam tot zich laat doordringen, kijkt op een andere manier naar deze coronacrisis en álles wat ermee te maken heeft.

Voor ik naar best vermogen probeer uit te leggen wat Taleb ons leert, past nog een forse disclaimer: de man is niet de meest fijnbesnaarde en elegante tegenstander in een debat. Hij staat bekend om zijn scheldpartijen op Twitter en deinst er vandaag niet voor terug om pakweg de Wereldgezondheidsorganisatie ‘een bende imbecielen’ te noemen. In een van de voetnoten in De Zwarte Zwaan vertelt hij wat hij ooit antwoordde aan iemand die hem vroeg waarom hij niet wat beleefder kon zijn: “Fuck off.” Voor de meeste academici, maar ook voor journalisten koestert hij slechts diepe minachting. Kranten lezen vindt hij de beste manier om slecht geïnformeerd te worden. Interviews geven doet hij niet.

Die soms ongepast baldadige houding kan hij zich veroorloven omdat hij al lang vóór zijn dertigste over genoeg fuck-you-money beschikte, zoals hij dat zelf noemt: hij heeft zoveel geld dat hij bij niemand meer hoeft te slijmen en aan niemand meer schatplichtig is. Hij kan volledig zijn eigen zin doen. Dat zijn boeken bestsellers zijn, helpt natuurlijk ook.

Leven in Extremistan

En toch zou hij het niemand aanraden, boeken schrijven. Velen die dat wel doen, hopen vroeg of laat een bestseller te scoren. Maar de meesten slagen daar natuurlijk niet in. De meeste schrijvers verkopen maar een habbekrats, het is een minuscule minderheid die schatrijk wordt met schrijven. Dan kun je beter tandarts worden, aldus Taleb.

Het nadeel is dat je dan betaald wordt per geleverde inspanning, en dus nooit zo veel zult verdienen als J.K Rowling met Harry Potter of E.L. James met Vijftig tinten grijs. Het voordeel is dat je nooit zult verhongeren, zoals vele miskende romanschrijvers in hun zolderkamertjes. Niet alle tandartsen verdienen evenveel, maar de meesten zitten ergens in het midden – een paar doen het slecht, een paar doen het erg goed, de meesten verdienen gemiddeld, zeg maar. Tandartsen leven in Mediocristan, schrijvers in Extremistan.

Joël De Ceulaer.Beeld Eric de Mildt

In Mediocristan zegt het gemiddelde iets: lichaamslengte, schoenmaat, intelligentie – het zijn allemaal eigenschappen die een normale verdeling kennen, volgens de zogenoemde gausscurve. In Extremistan zegt het gemiddelde niets: verkoopcijfers in het boekenvak, of pakweg ons vermogen – het zijn dingen die helemaal niet normaal verdeeld zijn. Als u en ik, beste lezer, ons met z’n tweetjes in een café bevinden en Bill Gates komt plotseling binnen, dan zal de gemiddelde schoenmaat van alle bezoekers ongeveer dezelfde blijven, terwijl het gemiddelde vermogen met een paar tientallen miljarden omhoog zal schieten. Sommige mensen hebben hele grote voeten, sommige mensen hebben hele kleine voeten, de meesten van ons zitten ongeveer in het midden. Bij vermogen is dat anders: héél veel mensen hebben héél weinig geld, en héél weinig mensen hebben héél veel geld.

In Mediocristan gebeurt niet zoveel van betekenis. In Extremistan, daarentegen, kan één gebeurtenis alles op z’n kop zetten. Denk aan Bill Gates die het café komt binnengestapt en het gezamenlijke vermogen van de gasten doet exploderen. Hetzelfde fenomeen kan ook met een veel tragischer voorbeeld worden uitgelegd, dat van de kerstkalkoen. Die is zich van 1 januari tot en met 24 december van geen kwaad bewust. Elke dag wordt hij door zijn baas met de beste zorgen omringd: lekkere en tijdige maaltijden, een warm nest, een dak boven het hoofd – de kerstkalkoen voelt zich de koning te rijk. Tot hij op de ochtend van 24 december uit zijn hok wordt gesleurd, onthoofd en gebraden. Net voor de bijl valt, beseft de kerstkalkoen dat hij er altijd iets té gerust in is geweest.

De centrale boodschap van Nassim Nicholas Taleb laat zich als volgt samenvatten: wees geen kerstkalkoen. Besef dat de wereld waarin wij ons bevinden niet gehoorzaamt aan de wetten van Mediocristan, maar aan die van Extremistan. Het is niet omdat u elke dag te eten krijgt dat zulks morgen nog het geval zal zijn. Het is niet omdat u alleen nog maar witte zwanen hebt gezien dat alle zwanen wit zijn. Houd altijd rekening met de kans op een extreme gebeurtenis. Organiseer uw leven zo dat u in de eerste plaats catastrofes probeert te vermijden. Dat advies geldt bij uitbreiding natuurlijk ook voor het beleid.

Pech en geluk

Als je Taleb leest, begin je op een andere manier na te denken over pech en geluk. Zo leert hij je – voor zover je dat nog niet wist – dat succes in hoge mate een kwestie is van toeval. Van geluk, dus. Als je duizend ondernemers gelijk aan de start laat verschijnen, en die ondernemers zijn allemaal even gedreven en werken allemaal even hard en zijn allemaal even getalenteerd, dan zullen er over pakweg tien jaar toch maar een stuk of tien echt succesvol zijn geworden. Door dat talent en al dat harde werk? Dat speelde zeker mee, zonder talent en inspanning lukt het niet. Maar de factor die we al te vaak vergeten, is: geluk. Die tien succesvolle overlevers hebben óók chance gehad.

Vergelijk het met Russische roulette. Als je een toernooi begint met duizend deelnemers, en elk duel laat plaatsvinden tot een van de twee tegenstanders zichzelf een kogel door het hoofd jaagt, dan zal er aan het einde van de rit ook één iemand overblijven die nog leeft. Had die een speciaal talent? Niet echt, hij is gewoon de bofkont van het toernooi.

De werkelijkheid lijkt volgens Taleb op een spel Russische roulette: er kan altijd een kogel klaarzitten. (Foto: scène uit de film 'The Deer Hunter')Beeld RV

De metafoor van de Russische roulette gebruikt Taleb ook om aan te geven hoe wreed de werkelijkheid in elkaar zit. De realiteit, schrijft hij, is een soort Russische roulette – alleen heeft de revolver die wordt gebruikt geen zes, maar duizenden kamers. En van die duizenden kamers zijn de meeste leeg en dus volkomen ongevaarlijk. Waar je voor moet uitkijken, is die éne kogel. De Zwarte Zwaan. Jarenlang zag je alleen maar witte zwanen, en ineens zet één zwarte zwaan je wereldbeeld op z’n kop. Jarenlang haalde je zonder enig gevaar de trekker over, en ineens schiet je een kogel door je kop. Zoals je dacht dat alle zwanen wit waren, zo dacht je dat alle kamers van de revolver leeg waren.

Hoewel deze pandemie dus geen Zwarte Zwaan is, omdat ze perfect voorspelbaar was en door velen ook voorspeld wérd, is de metafoor ook vandaag bruikbaar. Omdat zoveel virussen uit het recente verleden – van SARS en MERS tot zika – de wereld niet zo massief en fataal hebben getroffen, waren de meeste virologen er te gerust op dat het ook deze keer zo’n vaart niet zou lopen. Zij leden, in het denkraam van Taleb, aan een gebrek aan verbeelding. Dat doen we allemaal. We gaan er te vlot van uit dat de wereld van morgen zich ongeveer hetzelfde zal gedragen als die van gisteren. Zoals de kerstkalkoen.

Omdat Taleb zelf geen interviews geeft, heb ik erover gebeld met Yaneer Bar-Yam, die samen met Taleb heeft gepubliceerd en die in Massachusetts het New England Complex Systems Institute leidt – complexe systemen bevinden zich in Extremistan, waar kleine oorzaken gigantische gevolgen kunnen hebben.

Complexiteitsdenker Yaneer Bar-Yam: ‘Flatten the curve? Nee, crush the curve!’Beeld RV

Ter info: op 26 januari 2020 schreef Bar-Yam samen met Taleb een paper waarin ze aandrongen op doortastende maatregelen om de verspreiding van het nieuwe virus te verhinderen. “In de klassieke statistiek kijk je als het ware naar het verleden om de toekomst te voorspellen”, vertelt Bar-Yam mij via Skype. “Maar dan ben je blind voor het feit dat onze onderlinge afhankelijkheid en verbondenheid vandaag zo groot is dat systemen zich volstrekt onvoorspelbaar kunnen gedragen. Dat is wat we nu zien. Wetenschappers zijn te gefocust op voorspellen. Ze bouwen wiskundige modellen en vragen zich af wat er zal gebeuren. Maar dat is niet de goede vraag. De vraag is: wat willen we vermijden? En wat willen we dat er wél gebeurt.”

Crush the curve

De waarschuwing van Bar-Yam en Taleb kwam dus niet achteraf, maar ruim op tijd. Als de wereld hen had gevolgd, dan was deze catastrofe vermeden. Bar-Yam is overigens geen dramaqueen, want vandaag is hij juist veel hoopvoller dan de meesten onder ons. Wij denken dat we moeten leren leven met het virus, dat de anderhalvemeterwereld ‘het nieuwe normaal’ wordt. En dat stoort hem. “Wie denkt dat de huidige situatie het nieuwe normaal wordt, maakt dezelfde fout als wie dacht dat het zo’n vaart niet zou lopen”, zegt Bar-Yam. “Het hele idee van normaliteit verhindert mensen om te denken in termen van uitzonderlijke acties en maatregelen.

“Eind januari zou niemand het hebben aangedurfd om alle vluchten uit China stop te zetten. Dat zou veel geld gekost hebben, en men was bang dat het vervolgens het nieuwe normaal zou worden. Maar dat hoefde niet zo te zijn. Als we nu zouden kunnen terugkeren naar eind januari, zouden we al dat vluchtverkeer meteen stilleggen. Dat zou veel minder gekost hebben dan de economische crisis waar we nu op afstevenen. Maar ook nu kunnen we nog goede maatregelen nemen.”

Hij haalt de Belgische cijfers erbij. “België verdient krediet”, zegt hij. “Uw land werd sterk getroffen, maar heeft de voorbije weken de cijfers flink naar beneden gedrukt. Het beste wat u kunt doen, is nog even doorbijten – en massaal testen, tracen en isoleren. De meeste experts gaan ervan uit dat we op een tweede golf afstevenen. Maar zo bestellen ze een tweede golf. Het wordt bijna een zelfvervullende voorspelling. We kunnen dit virus ook de kop indrukken, als we dat echt willen. We have to crush the curve.”

Bar-Yam vindt ‘flatten the curve’, het devies waar de meeste Europese landen op varen, een ongelukkig concept, legt hij uit. “Het betekent dat je geen hel van vijf maanden wilt, waarin 15 procent van je bevolking sterft, maar een hel van drie jaar, waarin 5 procent van je bevolking sterft en 10 procent zwaar ziek wordt. De epidemie vertragen, zodat ziekenhuizen niet in de problemen komen, dat is ‘flatten the curve’. Met de kans op nieuwe golven. Maar waarom zou je dat willen? Er zijn landen waar men het virus echt de kop heeft kunnen indrukken, en niet alleen in Azië: ook in bijvoorbeeld Luxemburg, Kosovo en Griekenland is dat bijvoorbeeld gelukt.”

Hoe? “Door vele kleine acties te combineren”, zegt hij. “Zo snel mogelijk testen, contacten opsporen en isoleren. Ook gezinsleden die besmet zijn: die breng je twee weken onder in een hotelkamer. Je voert mondmaskers in op alle publieke plaatsen, en laat alleen hoogst essentiële verplaatsingen tussen verschillende dorpen of steden toe. Dat hou je vol tot je de curve tot bijna nul hebt doen dalen. Daarom komt de exit in België nog te vroeg. Jullie hadden moeten beginnen testen en tracen en isoleren terwijl je nog een paar weken in lockdown bleef. Ik begrijp dat daar een kost aan verbonden is, maar we moeten leren denken in functie van extreme gebeurtenissen: wat als het virus opflakkert, zou u in België dan niet gewenst hebben dat u nog even in lockdown was gebleven?”

Talloze onbekenden

Zo naderen we stilaan de kern van het coronaprobleem, en de bakens waarbinnen de soms bitse discussies zich de voorbije weken afspeelden. De onzekerheid. De talloze onbekenden. Het voortschrijdend inzicht. Twijfelende wetenschappers, politici onder druk van de publieke opinie. De onmogelijkheid om álle risico’s uit te bannen. Het leven is nu eenmaal een riskante onderneming. Je kunt niet alleen Covid-19 oplopen, je kunt ook omkomen in het verkeer of van de ladder vallen bij het ledigen van de dakgoot.

Of kanker krijgen, of een hartaderbreuk. Van geboren worden ga je dood.

9/11 was volgens Taleb een echte ‘zwarte zwaan’: een onvoorspelbare, zeldzame gebeurtenis met extreme gevolgen.Beeld AFP

Eerst even terug naar Taleb en zijn algemene visie op het nemen van risico’s, zoals die al eerder in dit stuk werd vermeld: probeer maximaal de catastrofes te vermijden. Dat doet hij naar eigen zeggen bijvoorbeeld met zijn geld. Ik moet het eenvoudig uitleggen, want de finesses van portfoliobeleid ken ik niet, maar het komt hierop neer: Taleb gaat niet akkoord met de vele adviseurs die zeggen dat je risico’s evenwichtig moet spreiden. Dat je met andere woorden je geld in verschillende mandjes moet leggen. Als het ene mandje dan lek slaat, heb je tenminste die andere mandjes nog. Wie dat de voorbije jaren heeft gedaan, zit bij een stevige val van de beurs sowieso in de problemen.

Taleb doet het anders, legt hij uit: negentig procent van zijn vermogen belegt hij hyperconservatief, zo conservatief dat hij er waarschijnlijk regelmatig een klein beetje op verliest – zoals de gewone sterveling met zijn spaarrekening. De overblijvende 10 procent van zijn geld stelt hij bloot aan de meest extreme risico’s: hij noemt zichzelf een crisisjager, die als het ware wedt op het voorkomen van hoogst uitzonderlijke gebeurtenissen. Zoals, om maar iets te noemen, een pandemie die de wereldeconomie doet krimpen. Net zoals bij de beurscrash van 1987 en de financiële crisis van 2008 is Taleb nu naar verluidt met een aantal fondsen flink geld aan het verdienen. Al valt dat niet te controleren.

Wie hem op Twitter volgt, krijgt een veeleer onaangename indruk van de man. Hij kan zoals gezegd een stevig potje schelden. Hij leeft op voet van oorlog met gerespecteerde denkers zoals Steven Pinker, maar ook met bijvoorbeeld chemiebedrijf Monsanto, dat hij er ooit van beschuldigde wetenschappers te hebben gekocht om studies in hun voordeel te publiceren – Taleb is een fel tegenstander van genetisch gemodificeerde organismen, omdat hij ook daarvan vreest dat de potentieel schadelijke impact enorm kan zijn.

Dat roept natuurlijk de vraag op hoever het voorzorgsprincipe kan gaan: wie elk risico schuwt, geraakt op den duur niet meer vooruit. Ook het omgekeerde is waar: wie elke noodkreet wegzet als overbodig alarmisme, loopt geheid zijn ongeluk tegemoet. Deze crisis doet ons wel opnieuw grondig nadenken over het juiste evenwicht, over de gave des onderscheids: welke risico’s zijn welke voorzorgsmaatregelen waard? En hoe had een talebiaanse benadering van deze coronacrisis ons kunnen helpen?

Asymmetrische maskers

Om maar meteen het heetste hangijzer eerst te behandelen: dat we met z’n allen al lang een mondmasker hadden moeten dragen, is een no-brainer, zoals dat heet. Voor Taleb is het vanzelfsprekend. Mondkapjes bestaan al vele eeuwen, chirurgen gebruiken ze bij het opereren, en dat is geen toeval. Dat de Wereldgezondheidsorganisatie niet onmiddellijk een algemeen mondmaskeradvies gaf, vindt ook Bar-Yam onbegrijpelijk. “De WHO denkt te politiek”, zegt hij. “Ze zijn te voorzichtig, om niet politiek in de problemen te komen. Ze durven niet te leiden waar ze vrezen dat landen niet zullen volgen. En dat hadden ze hier wel moeten doen.”

Een centraal concept in het denken van Taleb en Bar-Yam is asymmetrie, onevenwicht. Stel dat iedereen een mondkapje draagt en het blijkt achteraf geen noemenswaardige rol te hebben gespeeld – wat bij de verspreiding van een virus wel buitengewoon vreemd zou zijn, maar stél nu even: welnu, dan heb je niets verloren. Dan heb je alleen maar een paar weken met een raar voorwerp over mond en neus rondgelopen. Een voorwerp dat bijna niets kostte, bovendien. Stel daarentegen dat mondmaskers wél zouden helpen en je ze toch niet draagt – dan heb je mogelijkerwijze een catastrofe veroorzaakt. Dat is het onevenwicht: een minuscule investering versus een mogelijke catastrofe.

Behalve deze pandemie voorspelde Taleb in 2007 ook al de financiële crisis van 2008. (Op de foto: paniek en massale ontslagen in Wall Street).Beeld REUTERS

Een argument dat sommigen nu gebruiken, is dat het mondmaskeradvies onderhevig was aan voortschrijdend inzicht. Aanvankelijk wist men immers niet dat het virus ook kan worden verspreid door mensen die drager zijn zonder symptomen. Vandaag weet men dat asymptomatische besmetting wel degelijk mogelijk is – en is het dus slim om ook als je niet ziek bent een mondmasker te dragen bij nauw contact met bijvoorbeeld ouderen in woon-zorgcentra – of met klanten en kassiers in supermarkten.

De vraag is nu: wat had het uitgangspunt van virologen moeten zijn? Over het antwoord bestaat niet de minste twijfel: virologen hadden er veiligheidshalve onmiddellijk van uit moeten gaan dat het virus zich asymptomatisch kan verspreiden. Je hoeft geen viroloog te zijn om dat meteen te begrijpen. Het virus was onbekend, en dan moet je veilig spelen.

Zeker als je weet dat vandaag wordt gezegd dat ‘iets’ beter is dan ‘niets’, en dat je in het openbaar vervoer desnoods neus en mond mag bedekken met een sjaal, was het totaal onverantwoord dat politici en experts wekenlang het nut van mondmaskers hebben geminimaliseerd – zeker gelet op het feit dat mensen zelfs tijdens de lockdown naar de supermarkt moesten, waar afstand houden nu eenmaal niet altijd mogelijk is.

Om het eens te formuleren zoals Taleb het zou kunnen doen: zoiets weet zelfs je oma, daar heb je de Wereldgezondheidsorganisatie niet voor nodig. Sterker nog: het zijn grote en logge bureaucratieën zoals de WHO die de wereld volgens Taleb fragiel en kwetsbaar hebben gemaakt. De moderniteit heeft een bijzondere eigenschap weggenomen die zo kenmerkend is voor het menselijke bestaan: antifragiliteit.

Als stress goed is

Er zijn, kort gezegd, drie soorten systemen of dingen. Een porseleinen kopje is fragiel – laat het vallen en het is kapot, aan gruzelementen. Een blok beton is robuust – laat die vallen, vanaf geringe hoogte dan toch, en er is niets aan de hand. Ons immuunsysteem is antifragiel: als het wordt blootgesteld aan een zekere mate van stress, zal het daar sterker van worden. Antifragiele systemen worden beter van druk en tegenwind. Een mooi voorbeeld: doordat individuele restaurants af en toe failliet gaan (omdat de kok niet deugt, of de kakkerlakken door de keuken lopen, of omdat de specialiteit uit de mode is), wordt de restaurantbusiness als geheel sterker. Dat er vandaag zoveel lekkere restaurants zijn, hebben we mede te danken aan de vele mislukte experimenten.

Om nog wat meer zicht te krijgen op het denken van Taleb en die antifragiliteit, heb ik gebeld met Bert Slagter, die met zijn broer Peter de website lekkercryptisch.nl beheert. Bert Slagter is een wiskundige die een techbedrijf uit de grond stampte en zich in Nederland volop in het coronadebat mengt, met als invalshoek het talebiaanse denken. “Wat deze crisis ons leert, is dat we inderdaad een wereld hebben gecreëerd die zeer fragiel is”, zegt hij. “Onze gezondheidszorg is erg efficiënt georganiseerd, alles staat al jaren in het teken van de efficiëntie, en daardoor zijn wat buffers weggevallen. Tegelijk hebben we door de globalisering veel onderlinge afhankelijkheden gecreëerd, waardoor een kleine gebeurtenis aan de ene kant van de wereld gigantische gevolgen kan hebben aan de andere kant. Dat is de essentie van de complexiteitstheorie: een kleine input kan een enorme en compleet onverwachte output hebben.”

Het concept antifragiliteit kan ons wel helpen om een strategie te ontwikkelen om ons uit deze crisis te loodsen, zegt Slagter. “Wat we kunnen doen, is veel lokale experimenten opzetten, waarvan we héél snel feedback krijgen. Zo weten we snel wat werkt en vooral: wat niet werkt. Je kunt beter lokaal en klein falen dan meteen heel groot. Door op lokale schaal eventuele mislukkingen vast te stellen, wordt je globale aanpak wel sterker. Zoals elke vliegtuigcrash de luchtvaartindustrie veiliger maakt. Omdat men kan nagaan wat er fout ging en ervoor zorgen dat die fout voortaan niet meer voorkomt.”

Op die manier omarmen we als het ware de onzekerheid, aldus Slagter. “We leven in onzekerheid. Maar we kunnen heel veel dingen uitproberen. En de foute ideeën er zo snel mogelijk uitwieden. Zoals de natuur dat doet door middel van natuurlijke selectie. De natuur is bij uitstek een antifragiel systeem: kwetsbaarheid op individueel niveau creëert een enorme veerkracht op collectief niveau.”

De kleine en grote bosbranden zijn een mooie metafoor, vindt Slagter. “Als je regelmatig kleine brandjes toestaat om het dorre hout weg te werken, voorkom je dat er vroeg of laat een inferno uitbreekt, zoals in Australië onlangs.”

Skin in the game

Blijf over, tot slot: skin in the game – letterlijk: vel in het spel. Staat er voor jezelf iets op het spel bij de beslissingen die je neemt? Als je vindt dat klanten in de supermarkt geen mondmasker hoeven te dragen om het personeel te beschermen, zou je oordeel dan nog hetzelfde zijn mocht je vrouw of je man of je kind kassier zijn in zo’n supermarkt? Neem je dezelfde maatregelen voor woon-zorgcentra als je eigen ouders of grootouders in zo’n centrum gehuisvest zijn? Staat er voor jezelf iets op het spel? In het universum van Taleb moet je meer vertrouwen hechten aan het oordeel van mensen die skin in the game hebben dan aan mensen die dat niet hebben. Een concreet voorbeeld: vraag niet aan de beleggingsadviseur welke aandelen hij jou aanraadt, maar vraag in welke aandelen hij zélf belegt. Kijk niet naar zijn woorden, maar naar zijn daden.

“Een voorbeeld”, zegt Bert Slagter. “In Nederland heeft even de piste van de zogenaamde groepsimmuniteit op tafel gelegen. In dat scenario laat men het virus door de bevolking razen, zonder lockdown of andere ingrijpende maatregelen. Zoals Taleb zelf onlangs tweette, ik parafraseer nu even: een viroloog die zo’n scenario aanbeveelt, moet bereid zijn om zichzelf live op televisie met het virus in te spuiten. Dán zou hij recht van spreken hebben. Anders niet.”

Het dreigt steeds vaker voor te komen, besluit Slagter. Dat we varen in de mist, dat we beslissingen moeten nemen in totale onzekerheid, zonder het comfort van de kennis. We zijn het eigenlijk altijd gewoon geweest om eerst kennis te verzamelen en dán pas te beslissen. Dat leren we op school. En soms gaat dat eenvoudigweg niet. Zoals bij deze coronacrisis. Het advies van Taleb is dan eenvoudig samen te vatten: vergis je in zulke situaties bij voorkeur aan de kant van de veiligheid.”

Een persoonlijk advies tot slot? “Hou je opties open”, zegt Slagter. “Wees voorbereid. Zorg dat je een financiële buffer hebt. Zorg voor een fit en gezond lichaam. Want je weet nooit wat de toekomst nog allemaal brengt.”