Direct naar artikelinhoud
AchtergrondKolonisatie

Debat over Congo-excuses: ‘Politiek mag zich niet verstoppen achter historici’

Inheemse arbeiders en een witte chef in de Onafhankelijke Congostaat, 1899.Beeld Hollandse Hoogte / Sueddeutsche Zeitung Photo

Moet ons land excuses aanbieden voor de kolonisatie van Congo, Burundi en Rwanda? Dat debat woedt volop. Politici kijken daarvoor naar wetenschappers. Zij ergeren zich daar dan weer aan politici die zich wegsteken achter het excuus ‘dat er nog onderzoek nodig is’.

Op 30 juni van dit jaar is het zestig jaar geleden dat Congo onafhankelijk werd van België. Twee weken voor die verjaardag beheerst de Belgische koloniale geschiedenis het publieke debat. Maar de lont aan het vuur was deze keer niet die nakende herdenking, wel de gewelddadige dood van George Floyd, een Afro-Amerikaanse man, en de wereldwijde Black Lives Matter betogingen die erop volgden.

Dat toont hoe moeilijk het debat over de Belgische koloniale geschiedenis nog steeds ligt in ons land. Ook nu weer wordt er te makkelijk geschermd met argumenten die de kolonisatie vergoelijken of beweren dat er eerst nood is aan onderzoek om te weten wat er zich afspeelde in de Belgische kolonies. Dat schrijven enkele internationale historici in een opiniestuk voor De Morgen.

“Ze ontkennen niet echt wat er gebeurd is tijdens de koloniale periode, maar minimaliseren de feiten wel”, zegt historica Gillian Mathys (UGent), een van de auteurs van het stuk. “Als academici die onderzoek doen naar Onafhankelijke Congostaat en Belgisch Congo willen wij heel klaar en duidelijk zeggen dat daar al jaren een wetenschappelijke consensus over bestaat: er was wel degelijk een racistisch systeem dat gebaseerd was op geweld en segregatie en gericht op exploitatie, ook in Belgisch Congo. We weten dat Leopold II een verantwoordelijkheid droeg voor de gruwel die in de Onafhankelijke Congostaat plaatsvond.”

In hun open brief klagen de wetenschappers bijvoorbeeld over de manier waarop het paleis zich vorige week wegstak achter een citaat van de historicus Vincent Dujardin (UCL). Hij beweerde in een stuk in Le Soir dat “de fijne analyse over de verantwoordelijkheid van Leopold II niet helemaal voltooid is”.

Volgens de wetenschappers is dat klinkklare onzin. “Een blik op het geschiedkundig werk van de laatste dertig jaar maakt echter duidelijk dat deze consensus wel degelijk bestaat, en niet afhankelijk is van nieuwe detailstudies, zoals sommigen lijken te suggereren. Het debat over de verantwoordelijkheid van Leopold II voor het terreurbewind in Congo is vergelijkbaar met de discussie over de klimaatopwarming, in de zin dat een kleine minderheid blind blijft voor de overweldigende bewijslast.”

Kortom: de bal ligt in het kamp van de politiek. “De historische kennis die er al decennia is, moet nu doordringen in de samenleving, het beleid en het paleis”, zegt historicus Idesbald Goddeeris (KU Leuven), een van de andere auteurs. “Het is tijd dat er publiekelijk afstand genomen wordt van het koloniale verleden.”

Premier Sophie Wilmès (MR) (l.) legt de eed af bij koning Filip (r.).Beeld Photo News

Twee snelheden

Het is op die plek dat wetenschap en politiek botsen: wetenschappers zijn al decennialang voorbij aan de vraag wat de Belgen hebben gedaan in de kolonies, de politiek begint nog maar net aan dat vraagstuk. “Er is al veel gepubliceerd”, schrijft Kamerlid Wouter De Vriend (Groen) in een opiniestuk voor De Morgen. “Maar historicus Mathieu Zana Etambala vraagt zich terecht af wie al die boeken gelezen heeft.” Mede daarom pleit Ecolo-Groen dat de Kamer opdracht geeft om een officieel rapport te laten maken door de wetenschap: zodat de wetenschappelijke kennis beter verspreid kan worden.

Een soortgelijke analyse maakt ook Kamervoorzitter Patrick Dewael (Open Vld) die komende woensdag het idee van een waarheidscommissie voorlegt op de conferentie van voorzitters in de Kamer. Hij wuift het idee weg dat een waarheidscommissie niet nuttig is als de waarheid al gekend is. “Het is uiteraard niet de bedoeling om wetenschappers hun werk opnieuw te laten doen of nutteloos bezig te houden. Wel om hen die waarheid te laten toelichten in het huis van de democratie en daar een breed maatschappelijk debat over te voeren.”

Politiek is er dus eensgezindheid dat er wat moet gebeuren. Dat mag zelfs snel gaan. “Liefst nog dit jaar, de verjaardag van de onafhankelijkheid zou een mooi moment zijn voor de Belgische overheid om de problematiek van ons koloniaal verleden te erkennen”, zegt CD&V-voorzitter Joachim Coens.

Maar wat moet er gebeuren, dat is de vraag. Het onderwerp ligt voor binnen de regering. Al is het nog lang niet duidelijk welke richting men zal uitgaan. Het is twijfelachtig of een minderheidsregering als die van premier Wilmès (MR) daar een antwoord op kan vinden. Ook of het paleis – waar men gisteren niet wenste te reageren – daarbij betrokken zal worden, is nog maar de vraag. Daar pleitte Coens vorige week voor.

“Ik weet niet of het aan koning Filip is om zich verantwoordelijk te stellen voor de daden van zijn betovergrootoom”, zegt emeritus hoogleraar Mark Van den Wijngaert. “Het is toch een algemene regel dat we kinderen niet verantwoordelijk stellen voor de daden van hun ouders?” Hij acht de kans klein dat deze regering er in slaagt een eenduidig standpunt in te nemen. “In diepblauwe en conservatieve kringen is men niet zo happig op excuses”, zegt hij.

“Al hoop ik dat men de discussie nu wel echt eens voert. In het verleden is dat vraagstuk telkens weggeschoven onder het excuus dat er andere, meer dringende zaken behandeld moesten worden. Ook nu bestaat dat gevaar met corona en de regeringsvorming. Daarom is het uitermate belangrijk dat we telkens op dezelfde nagel blijven kloppen: er moet een uitdrukkelijke regeringsverklaring komen.”