Direct naar artikelinhoud
ReportageSekswerkers

Sekswerkers in Antwerps Schipperskwartier zien amper klanten: ‘Nochtans perfect veilig’

Het Antwerpse SchipperskwartierBeeld Klaas De Scheirder

De tweede coronagolf laat zich goed voelen in de Antwerpse rosse buurt. Uit schrik voor het virus blijven de klanten er massaal weg. En het ziet er niet meteen naar uit dat ze snel zullen terugkeren. ‘Er gebeuren sociale drama’s’, zegt Violett, het steunpunt voor sekswerkers in Vlaanderen.

en

Het Antwerpse Schipperskwartier lag er vanmiddag — net als het Glazen Straatje in Gent — doods bij. Af en toe struinen er wel geïnteresseerde mannen langs de vitrines, maar zelden stapt iemand ook echt binnen. “De enigen die nog een prostituee willen bezoeken, zijn vaste klanten. Heb je er — zoals ik — geen, dan kan je het schudden”, merkt een Roemeense op, die op de stoep een sigaret staat te roken.

Het is duidelijk: de schrik bij klanten zit er flink in. Alweer. Want ook begin dit jaar, toen de eerste coronagolf uitbrak, bleven ze massaal weg uit het Schipperskwartier. “De situatie is deze keer nóg schrijnender”, weet Wendy Gabriëls van Violett, het steunpunt voor sekswerkers in Vlaanderen. “Sommige sekswerkers beschikten tijdens de eerste coronagolf over een beetje spaargeld waarop ze even konden teren. Nu is die financiële buffer er bij velen niet meer. Bovendien hebben heel wat sekswerkers de voorbije maanden schulden opgebouwd. Die kunnen ze nu niet meer aflossen. Nee, de toestand is zorgelijk. Er voltrekken zich sociale drama’s.”

Smetvrees

Dat de klanten wegblijven, zal alleszins niet liggen aan een gebrek aan voorzorgsmaatregelen. De Bulgaarse Angelina (40) trekt ons — nogal hardhandig — haar werkruimte binnen om het zwart op wit te bewijzen. “Mondmaskers, alcoholgel: ik heb het hier allemaal liggen. Na élke klant worden de lakens vervangen én dan wordt ook de hele kamer gedesinfecteerd. Ikzelf ga bovendien wekelijks langs bij het gezondheidscentrum om de hoek, waar onder meer mijn temperatuur gemeten wordt. Het is hier perfect veilig, schrijf dat maar op.”

Wanneer we Angelina vragen hoeveel inkomen ze verloor, barst ze in tranen uit. “Het is verschrikkelijk”, snikt ze. “Normaal moet ik per dag minstens vijf klanten afwerken om rond te kunnen komen. Nu zie ik er hoogstens twee. Echt waar, ik heb de grootste moeite om de eindjes aan elkaar te knopen. Ik heb ook kinderen. Gisteren was mijn man jarig, en ik had zelfs geen centen om  een cadeau te kopen. Eerlijk? Ik verwacht niet snel beterschap. Sinds de coronacrisis is iedereen zó smetvrezig geworden. Misschien blijven de mensen dat ook.”

Even schrijnend is het verhaal van de Bulgaarse Nicoletta. Zij is net 18  geworden en arriveerde pas enkele weken geleden in Antwerpen. “Sindsdien heb ik nog maar weinig klanten gezien en dus amper iets verdiend. Maar ondertussen blijven mijn kosten wel doorlopen. Omdat ik nog maar pas in Antwerpen ben, huur ik een kamertje in een hotel. Dat alleen al kost me 65 euro per nacht. En dan is er ook nog de huur van mijn werkruimte. Als de toestand niet snel betert, sta ik op straat.”

Slordige mannen

Kunnen de sekswerkers dan geen aanspraak maken op steunmaatregelen van de overheid, zoals bijvoorbeeld een tijdelijke werkloosheidsuitkering? Wendy Gabriëls van Violett: “In ons land is er geen officieel statuut voor sekswerkers. Er zijn wel een aantal mensen die als zelfstandige aan de slag zijn, maar dat is allesbehalve evident. We vragen de overheid al zéér lang om eens grondig na te denken over een verbetering van de levens- en werkomstandigheden van sekswerkers. In het nieuwe regeerakkoord staat dat men dat gaat doen. Hopelijk houdt de nieuwe regering woord.”

Om de coronapiek van dit voorjaar te bekampen, ging — een week na de cafés en de restaurants — het Schipperskwartier helemaal op slot. De Albanese Melissa, die bijna 30 is, hoopt vurig dat we niet opnieuw op een volledige lockdown afstevenen. “Ik heb liever één klant per dag dan helemaal geen”, zegt ze. “En inderdaad, ook ik heb gehoord dat veel meisjes tijdens de lockdown ondergronds — bij klanten thuis, bijvoorbeeld — hun activiteiten zijn blijven verderzetten. Maar ik weiger zo te werken. Hier voel ik me veilig. De politie patrouilleert en ik kies mijn klanten zélf. Slordige, vuile mannen komen er niet in.”