Grondwettelijk Hof vernietigt Vlaams vuurwerkverbod

Vlaanderen voerde in april vorig jaar een totaalverbod op vuurwerk in. Gemeentebesturen kunnen daar wel van afwijken en het toch toelaten, maar dan enkel op bepaalde plaatsen en momenten. Het verbod geldt ook voor voetzoekers, wensballonnen en carbuurkanonnen. Het werd onder meer ingevoerd om het dierenwelzijn te verhogen.

Het Grondwettelijk Hof vernietigt het decreet nu, omdat het de Vlaamse bevoegdheden overschrijdt. De regeling van het gebruik van ontplofbare stoffen behoort immers tot de residuaire bevoegdheid van de federale overheid, stelt het Hof vast.

Ter verduidelijking: residuaire bevoegdheden zijn niet uitdrukkelijk toegewezen bevoegdheden, die aan de federale overheid toekomen. Vlaanderen kan dus niet op eigen houtje een verbod invoeren op het afsteken van vuurwerk, het laten ontploffen van voetzoekers en het afvuren van carbuurkanonnen.

Ook met het verbod op wensballonnen ging Vlaanderen haar boekje te buiten, oordeelt het Hof. Wensballonnen zijn dan wel geen ontplofbare stoffen, maar het komt aan de federale overheid toe om productnormen in te voeren. Door een product te verbieden, staat Vlaanderen dit recht in de weg.

Het Vlaamse vuurwerkverbod heeft overigens niets te maken met het verbod op vuurwerk bij de overgang van oud naar nieuw. Dat werd bij ministerieel besluit ingevoerd voor heel België, om samenscholingen te vermijden.