Vlaamse regering biedt noodleningen aan: sportclubs kunnen tot 1 miljoen lenen aan 1 procent rente

“Clubs krijgen niet makkelijk een lening op de private markt”, zegt Vlaams minister van Sport Ben Weyts. “Vlaanderen komt daarom over de brug, om te vermijden dat corona zorgt voor faillissementen in de sportwereld.”

Onder meer eersteklasseclubs in basketbal en volleybal, die geen toeschouwers meer mogen verwelkomen en die niet kunnen terugvallen op tv-inkomsten, kunnen beroep doen op de noodleningen. “Sportclubs die op de private financieringsmarkt op zoek gaan naar een lening hebben het niet makkelijk om interessante voorwaarden te bekomen”, zo klinkt het.

Om in aanmerking te komen voor een noodlening moet er wel een financieel plan zijn waarin aangetoond wordt dat de financiële schade aangericht is door de coronacrisis én dat de club de capaciteit heeft om de lening op termijn terug te betalen.

“Er zijn clubs die sportief én financieel perfect gezond zijn, maar nu in ernstige problemen komen door de coronacrisis”, stelt Weyts. “Deze sportleningen helpen om deze tijdelijke noodsituatie te overbruggen. Dat is zeker interessant voor de clubs met een grote omzet en clubs die nu groot inkomstenverlies lijden. We moeten zorgen dat die clubs er straks nog zijn, als de coronamaatregelen opgeheven worden en we allemaal weer willen genieten van álle sport.”

“Ook onze sportclubs worden getroffen door de coronacrisis”, zegt Vlaams minister van Economie Hilde Crevits. “De inkomsten van de clubs zijn sterk verminderd. Net als andere bedrijven hebben sportclubs kosten die ze verder moeten betalen. Daarom wordt het nu mogelijk om een noodlening aan te gaan. Zo kunnen ze ook de toekomstige werking verzekeren.”