"4 op de 5 besmettingen bij kinderen en leerkrachten gebeuren buiten school" bevestigt nieuwe studie
Een nieuwe studie van gezondheidsinsituut Sciensano bevestigt opnieuw dat scholen niet de motor van de corona-epidemie zijn. Minder dan één op de vijf gerapporteerde besmettingen bij kinderen en schoolpersoneel vindt plaats op school, blijkt uit de resultaten. "Het bewijst dat scholen geen voorlopers of aanjagers zijn van de epidemie, maar eerder nakomers", zegt viroloog Steven Van Gucht.
Sciensano heeft een nieuw rapport klaar over het aantal coronabesmettingen in de Belgische scholen tijdens het eerste semester van dit schooljaar. Uit de resultaten blijkt opnieuw dat het aantal besmettingen op school gelijkloopt met het aantal besmettingen in de hele samenleving.
"Het aantal besmettingen in de scholen stijgt pas nadat het aantal gevallen in de algemene bevolking begint te stijgen", benadrukt viroloog Steven Van Gucht, die de resultaten vanochtend heeft voorgesteld op de persconferentie van het Crisiscentrum. "Deze gegevens bevestigen opnieuw dat scholen geen voorlopers of aanjagers zijn van de epidemie, maar eerder nakomers."
Leerkrachten worden vermoedelijk vooral door collega's besmet en minder door de leerlingen
Zo blijkt uit de resultaten dat het merendeel van de besmettingen bij leerlingen en personeel buiten de school plaatsvond. "In minder dan 20 procent van de gevallen gebeurde de besmetting vermoedelijk op school", zegt Van Gucht.
"Leerkrachten en schoolpersoneel werden van september tot het begin van de herfstvakantie vermoedelijk vooral besmet door collega's en in veel mindere mate door leerlingen. Voor de periode nadien zijn er nog onvoldoende gegevens om al uitspraken te kunnen doen."
Verschil in leeftijd
Het rapport toont aan dat er wel duidelijke verschillen zijn volgens leeftijd.
"Aan het begin van de tweede golf midden september zagen we eerst een toename van het aantal besmettingen bij de oudere tieners tussen 16 en 18 jaar en jongvolwassenen van 19 tot 25 jaar. Daarna stegen de infecties bij de beroepsbevolking en pas in de laatste fase bij de kinderen jonger dan 12 jaar", zegt Van Gucht.
"Ook op de piek lag in alle regio's de besmettingsgraad bij kinderen jonger dan 16 lager dan in de algemene bevolking. Bij tieners vanaf 16 jaar en jongvolwassenen gedraagt het virus zich wel al zoals bij volwassenen. Zij kunnen dus een belangrijke rol spelen in de vooruitgang van de epidemie."
(lees verder onder de grafiek)
Volgens Sciensano bewijst het rapport vooral nog eens dat de scholen zo lang mogelijk open moeten blijven. "Onderwijs is een maatschappelijke prioriteit en een nulrisico bestaat niet. Maar met gepaste maatregelen moet het wel mogelijk zijn om van de school een relatief veilige omgeving te maken", concludeert Steven Van Gucht.
Sciensano baseert zich in het rapport op gegevens van het aantal besmettingen tussen 1 september en 13 december. De gegevens werden verzameld door het contactonderzoek van het CLB (en het PMS-PSE in het Franstalig onderwijs) en gegevens uit de databank van Sciensano.
Lees hier het volledige rapport.