Direct naar artikelinhoud
Vier vragenZuid-Afrika

Virus ontsnapt aan vaccin in Zuid-Afrika: ‘Dit kon wel eens een groot probleem worden’

Inentingen in Soweto.Beeld REUTERS

Net terwijl België op het punt staat om het massaal te gaan inzetten, staakt Zuid-Afrika de inentingen met het coronavaccin van AstraZeneca en de Universiteit van Oxford. Reden: het vaccin blijkt niet goed te werken tegen de Zuid-Afrikaanse variant van het virus. Moeten we ons zorgen maken?

Wat is er precies aan de hand?

Bij een analyse van de eerdere proeven met het vaccin in Zuid-Afrika kwam iets zorgwekkends aan het licht. Van de 748 ingeënte mensen die besmet raakten met de Zuid-Afrikaanse variant van het virus, werden er 19 ziek; in een controlegroep waren het er 20. Geen enkel verschil dus. Het vaccin werkt blijkbaar niet tegen de mutant van het virus.

Dat komt doordat het virus enkele cruciale veranderingen aan zijn stekels heeft ondergaan waardoor ons door inenting opgepepte afweersysteem het niet meer goed herkent. Eerder bleken ook de vaccins van Johnson & Johnson en Novavax in Zuid-Afrika minder goed te werken; van de vaccins van Pfizer en Moderna is dat nog onzeker. “Slecht nieuws, een stuk zorgwekkender nog dan de Britse variant”, vindt hoogleraar coronavirologie Eric Snijder (LUMC). “Dit kon wel eens een groot probleem worden.”

In Zuid-Afrika besloot men de inentingscampagne met het AstraZeneca-vaccin tot nader order stil te leggen om de zaak nader te bestuderen. Een enorme klap, want het land had net een miljoen doses van het vaccin ontvangen.

Moet België nu ook de inentingen staken?

Zulke plannen zijn er nog niet, zeggen experts. In ons land gaat immers vooral de Britse variant rond, en daartegen lijkt het vaccin van AstraZeneca nog goed te werken, blijkt uit cijfers die de Universiteit van Oxford afgelopen weekeinde indiende bij vakblad The Lancet.

Maar vlak de Zuid-Afrikaanse mutant niet uit. De variant, technisch bekend als B 1.351, is al in 32 landen gesignaleerd, en België valt daaronder.

Een ander probleem is dat de verandering waarmee het naar men aanneemt vaccins ontwijkt, in Engeland ook al 11 keer is waargenomen in de Britse variant. Misschien heeft het virus die truc zelf ‘geleerd’, misschien heeft het virus de mutatie opgepikt door genetisch materiaal uit te wisselen met een B 1.351-virus.

Zulke ‘recombinante’ virussen zullen steeds zichtbaarder worden nu de diversiteit van het virus toeneemt, verwacht Snijder. “Deze virussen kunnen heel goed recombineren. Naarmate er meer mutaties rondgaan, wordt de kans groter dat twee mutaties die het virus voordeel geven samenkomen in één nieuwe variant.”

Dat klinkt somber. Dus doe maar weg, die vaccins?

Nee, dat ook weer niet. Een lichtpuntje komt uit het onderzoek naar het vaccin van Johnson & Johnson, ook in Zuid-Afrika. Het vaccin beschermde weliswaar niet zo goed tegen ‘gewone’ corona; wél leek het alle ziekenhuisopnames en sterfgevallen te voorkomen. Misschien gaat dat ook wel op voor het vaccin van AstraZeneca.

En dat is natuurlijk belangrijk, benadrukt moleculair viroloog Marjolein Kikkert (LUMC). “De immuniteit is dan misschien niet volledig, maar wel genoeg om te voorkomen dat een lichte infectie verergert tot ernstige ziekte”, vermoedt ze. “De grootste problemen van de coronacrisis – namelijk de sterfte aan covid en de overbelasting van de zorg – kun je met deze vaccins zo alsnog terugbrengen. Zelfs al zou de hele wereld de Zuid-Afrikaanse variant hebben.”

Wel is het zaak de vaccins snel aan te passen, zodat ze ook met nieuwere versies van het virus uit de voeten kunnen, denkt zowel Kikkert als Snijder. “Je krijgt dan een griepachtig scenario, waarbij je in februari gaat gokken: welke varianten kunnen we komende winter verwachten?”, zegt Snijder. Zo’n aanpassing van de vaccins is niet ingewikkeld en kan technisch gezien tamelijk snel worden doorgevoerd, maar zou wel kunnen betekenen dat we voorlopig ieder jaar, naast de griepprik, een ‘coronaprik’ moeten halen.

Er is nog een mogelijkheid, denkt Kikkert: dat we geluk hebben en de gevaarlijke mutaties ‘op’ raken. “Het kan best dat dit het uiterste is wat het virus kan. Dat als het verder muteert, het op de een of andere manier niet goed meer werkt. Misschien is alles wat er kan gebeuren, al gebeurd.”

Wedden we, met alle nadruk op vaccins, niet op het verkeerde paard?

Nu de vaccins barstjes beginnen te vertonen, is dat inderdaad kritiek die hier en daar opleeft. Zo is men in Zuid-Afrika massaal aan het behandelen geslagen met allerlei middelen waarvan de werking vaak niet of maar half is bewezen, vertelt Snijder, zoals het antiparasietenmiddel ivermectine. “Het is duidelijk dat er ook een belangrijke rol is weggelegd voor antivirale middelen”, zegt hij. “Het moet niet het een of het ander zijn: virusremmers en vaccins kunnen elkaar aanvullen.”

Ook is de vraag of de huidige vaccins niet te eenzijdig zijn. Haast alle vaccins richten zich immers maar op één onderdeel van het virus, het uitsteekseleiwit ‘spike’. “Er is zorg dat als spike te veel evolueert, er nieuwe vaccins nodig zijn”, voorzag viroloog Sarah Caddy van de Universiteit van Cambridge al in december op wetenschapssite The Conversation. “Na de eerste golf vaccins zal er een voortdurende zoektocht op gang komen naar betere vaccins die effectief blijven bij die evolutie.”

Allemaal waar, “maar zo lang er geen nieuw vaccin is, zou ik zeggen: gewoon door vaccineren”, raadt Kikkert aan. “We hebben nu eenmaal nog weinig te kiezen. En van de huidige vaccins weten we in elk geval dat ze duidelijk effect hebben.”