28 procent Vlamingen kan niet zonder sociale media, 22 procent zoekt hulp bij smartphoneverslaving
Smartphones, tablets, digitale televisie, online radio en nu ook het āslimme horlogeā. Het zal u niet verbazen als we zeggen dat we met zān allen jaar na jaar ādigitalerā worden. Een trend waar u duidelijk niet al te gerust in bent, zo blijkt uit de Digimeter van imec.Ā Net als vorig jaar maken zeven op de tien Vlamingen zich zorgen over het toenemende gebruik van digitale toepassingen.Ā
Afhankelijk van smartphone
Een beperkte groep - net geen 20 procent - geeft aan zich afhankelijk te voelen van zijn of haar smartphone.Ā Zij kunnen naar eigen zeggen geen dag zonder en voelen dat als problematisch aan.
Om een dergelijke verslaving te voorkomen - of te genezen - nemen heel wat mensen maatregelen. āDe meest drastische maatregel is de smartphone buitengooien en inruilen voor een standaard telefoon", zegt professorĀ Lieven De Marez van UGent en imec. Het gaat om een kleine groep, die wel groter aan het worden is.Ā āVorig jaar koos 1,5 procent van alle smartphonegebruikers daarvoor. Dit jaar is dat opgelopen naar 3 procent.ā
Zo drastisch hoeft het voor velen niet te zijn en is zeker ook niet voor iedereen nodig.Ā āHeel wat mensen kiezen voor zelfregulering en leggen zichzelf of hun kinderen regeltjes opā, zegt De Marez. Hier gaat het om een groep van 22 procent, eveneens een stijging ten opzichte van de 15 procent van vorig jaar. āHet gaat vaak om simpele regeltjes zoals het weren van de smartphone in de slaapkamer, het toestel tijdens een autorit in de koffer of de handtas leggen of tijdens een vergadering hem uitzetten."
Afhankelijk van sociale media
De smartphoneverslaving blijkt nog mee te vallen als we ze vergelijken met de mensen die zich afhankelijk voelen van sociale media. Zo'n 28 procent van de Vlamingen geeft aan geen dag zonder te kunnen en er vooral veel tijd in te stoppen.Ā
Opvallend: het zijn vooral de twintigers en dertigers die hier last van blijken te hebben en niet de tieners, zoals velen misschien zouden verwachten. āDe twintigers en dertigers hebben het meeste schrik om iets te missen als ze niet constant checken. Dat komt vooral omdat zij veel tijd spenderen op Ć©Ć©n platform: meestal Facebook. Daar doen ze bovendien alles op, zoals het delen van fotoās. Tieners zijn op verschillende sociale media actief en spreiden het risico dus meer. Daardoor wordt het voor hen makkelijker om iets (Ć©Ć©n sociale medium, nvdr.) te laten vallen. Voor twintigers of dertigers lijkt het alles of niets."
Ook hier leggen mensen regeltjes op voor zichzelf om een verslaving tegen te gaan, zoals bijvoorbeeld het afzetten van de meldingen die ze krijgen van verschillende apps. EenĀ kleine groep - zoān 17 procent - heeft het afgelopen jaar minstens Ć©Ć©n sociale media-account verwijderd. Dat is bijna het dubbele van een jaar geleden.Ā
Digibesitas
13 procent van de Vlamingen - ofwel 1 op de 8 - geeft aan zowel afhankelijk te zijn van zijn of haar smartphone als van de sociale media. Zij lijden aan ādigibesitasā, een term die vorig jaar voor het eerst opdook in het onderzoek. āZij zeggen een impact te voelen op hun dagelijks leven. Dat kan problematisch zijnā, zegt De Marez.
Digitale kloof
Hoewel bijna iedereen ondertussen een digitaal Ć©n slim toestel in huis heeft - enkel 6 procent, vooral ouderen, niet - lijkt toch niet iedereen aan dezelfde snelheid mee te surfen op de digitale golf. āWe zien een soort digitale kloof ontstaanā, zegt De Marez. ā65 procent van de Vlamingen is volledig mee, maar de overige 35 procent is dat niet. Een deel onder hen kiest daar bewust voor omdat ze een duidelijke grens trekken, maar het andere deel - zoān 11 procent - is de groep die wij de strugglers noemen. Zij willen wel, maar kunnen niet.ā
āIn de categorie strugglers zitten mensen van alle leeftijdenā, zegt de professor. āUiteraard zitten er veertigers en vijftigers in, maar verrassend genoeg gaat het hier ook om jongeren. Het gaat om negen procent van de groep, wat betekent dat het om zoān 60.000 jongeren gaat. Zij komen uit minder mediarijke huishoudens, waar de ouders bijvoorbeeld geen smartphone hebben en waar er maar Ć©Ć©n computer is voor het hele gezin.ā
De professor pleit voor een basiscursus bewust omgaan met de verschillende digitale platformen, vooral in het middelbaar. "De dertigers en veertigers - waar we nu de grootste problemen zien - hebben ondertussen kinderen die stilaan met een smartphone beginnen te werken. Het is belangrijk dat zij daar juist mee leren omgaan."