Direct naar artikelinhoud
NieuwsIran-visa

Staatssecretaris Mahdi: ‘Toekenning humanitaire visa moet transparanter worden’

Sammy Mahdi (CD&V).Beeld Photo News

Het Belgische visasysteem moet transparanter worden. Staatssecretaris Sammy Mahdi (CD&V) wil dat de aanvragen met dezelfde contactpersoon eerst aan zijn kabinet worden gemeld.

Opnieuw leiden humanitaire visa tot politieke spanning. Deze krant meldde vorige week dat staatssecretaris Mahdi bij het federaal parket melding had gemaakt over mogelijke fraude met visa door Saeed Bashirtash. Die laatste is een Iraanse tandarts in ons land, een lid van de oppositie tegen het regime in Teheran en de echtgenoot van N-VA-Kamerlid Darya Safai. In 2020 hielp hij een tiental Iraniërs op de vlucht aan een humanitair visum voor ons land. 

Mahdi werd gealarmeerd door een nota van de Staatsveiligheid over ‘geruchten in de Iraanse gemeenschap’ over de mogelijke fraude. Bashirtash ontkent. “Ik heb deze mensen geholpen, door hen te bellen, hun dossier door te geven aan de advocaat en de kosten te betalen”, vertelde hij maandag zelf op een persconferentie.

In de Kamer werd Mahdi ondervraagd over de kwestie. Het systeem moet transparanter en objectiever worden, klinkt het eensluidend. “Waarom zij (de Iraniërs die met behulp van Bashirtash in 2020 naar België kwamen, JVH) wel en andere die zich aanbieden bij een Belgische ambassade of consulaat niet?”, vroeg sp.a-parlementslid Ben Segers. “We weten dat humanitaire visa waarbij de aanvragers ervan geen familiebanden of prangende humanitaire situatie kunnen aantonen meestal worden afgewezen. Waarom is dat dan deze keer niet gebeurd?” Bij PS, Groen en Ecolo leefde dezelfde vraag.

Contactpersoon

De toekenning van humanitaire visa is in België een bevoegdheid van de staatssecretaris voor Asiel en Migratie. In uitzonderlijke situaties heeft die de mogelijkheid om iemand een nieuwe thuis te bieden, los van de standaardasielprocedures. De facto worden de humanitaire visa beoordeeld door de Dienst Vreemdelingenzaken, na adviezen van de politie en Staatsveiligheid. Humanitaire visa kunnen collectief worden uitgedeeld, bijvoorbeeld bij politiek gestuurde reddingsoperaties, zoals in 2015 gebeurde voor christenen op de vlucht voor IS. 

Individueel een humanitair visum aanvragen kan ook, via een ambassade of consulaat. Daarbij kan dan de naam van een contactpersoon of sponsor worden opgegeven. Dat is het geval in deze kwestie. Zo’n aanpak kan evenwel de deur openen voor willekeur of voorkeursbehandeling. Die deur wil staatssecretaris Mahdi nu sluiten. “Ik heb uitdrukkelijk gevraagd dat als iemand in een reeks visadossiers opduikt als contactpersoon, dat mijn kabinet dan steeds wordt geïnformeerd”, verklaarde de staatssecretaris in de Kamer. “Vandaag wordt de categorie ‘Contactpersoon’ niet systematisch opgevolgd door DVZ, die instaat voor de behandeling van de aanvragen. (...) Het is noodzakelijk om te objectiveren wie zich als contactpersoon opstelt bij mijn diensten.”

Mahdi blijft wel achter het principe van de humanitaire visa staan. “Ik denk nog steeds dit het middel is waarmee we in noodsituaties snel mensen kunnen helpen. Op die manier maken we een verschil in de bescherming van mensenrechten. Tegelijk, om willekeur te voorkomen, is er meer transparantie nodig over de manier waarop humanitaire visa worden toegekend.”

Melding

N-VA’er Peter De Roover wilde vooral weten waarom staatssecretaris Mahdi een melding maakte aan het federaal parket over de mogelijke visafraude – de melding waar deze krant over berichtte. “Volgens de Staatsveiligheid gaat het hier om een uiterst genuanceerde nota. Waarom heeft u die dan bezorgd aan het parket?” De Roover vond dat Mahdi eerst contact hadden moeten nemen met Buitenlandse Zaken, aangezien Staatsveiligheid niet uitsluit dat de geruchten over Bashirtash gestuurd zijn door intra-Iraanse rivaliteit, met het regime of binnen de diaspora zelf.

“De geruchten insinueerden onder meer dat er voor de tussenkomst (van Bashirtash, JVH) geld werd gevraagd. Aangezien ik zelf niet alle informatie uit deze geruchten kan verifiëren, heb ik hiervan op 16 februari het federaal parket op de hoogte gebracht”, zei Mahdi. “Wanneer ik persoonlijk op de hoogte wordt gebracht van mogelijke strafrechtelijke inbreuken in mijn bevoegdheidsdomein, zal ik niet aarzelen om justitie op de hoogte te brengen. Dat lijkt me de taak van elk regeringslid die zijn of haar taak ernstig neemt. Het is wat elke goede huisvader zou doen.”