Direct naar artikelinhoud
InterviewMSK-directeur Manfred Sellink

Nieuwe MSK-directeur: ‘Ondanks alles denk ik dat ik onder een goed gesternte begin’

Manfred Sellink.Beeld Thomas Sweertvaegher

Het Museum voor Schone Kunsten in Gent kwam drie jaar geleden in opspraak door de Toporovski-affaire. Corona deed de bejubelde Van Eyck-tentoonstelling vroegtijdig sluiten. En de nieuwe directeur Manfred Sellink revalideert nog van een bijna fataal ongeluk. Maar dat kan de goesting niet drukken.

“Excuses dat ik het nog even vanuit mijn bed doe”, zegt Manfred Sellink wanneer we hem via Zoom spreken, “maar ik ben nog maar twee weken weer thuis en ben nog aan het revalideren.” Begin oktober verwachtte de Nederlandse museumdirecteur het verlossende telefoontje waarin zijn aanstelling als directeur van het Gentse Museum voor Schone Kunsten (MSK) bekrachtigd zou worden. Maar op het moment dat dat kwam, kon hij niet opnemen.

“Ik fietste ’s ochtends langs de Watersportbaan in Gent en ik zou later die middag gebeld worden met de uitslag van de selectieprocedure. Maar aan het einde van de ochtend ben ik aangereden, met bijna fatale afloop. Ik heb tweeënhalve maand min of meer in coma gelegen. Mijn echtgenote heeft telefoon gekregen toen ik buiten bewustzijn op intensieve zorg lag. Pas kort voor kerst, toen ik weer helemaal bij bewustzijn kwam, heb ik gehoord dat ik de nieuwe directeur van het MSK werd.

Zaterdag, wanneer de nieuwe permanente opstelling van het MSK wordt geopend, zal Sellink voor het eerst sinds zijn aanstelling in het Gentse museum komen. “Mijn volledige herstel zal nog zeker een halfjaar duren, misschien nog langer. Maar dat belet me niet om bij het MSK te beginnen. Ik heb een zeer zwaar bekkenletsel maar dat herstelt, en ik hoef voor Stad Gent gelukkig niet de honderd meter te winnen.”

Sellink: 'Voor de Stad Gent hoef ik gelukkig niet de honderd meter te winnen.'Beeld Thomas Sweertvaegher

De in het Nederlandse Nijmegen geboren Sellink woont al vier jaar in de Arteveldestad. Hij werkte eerder bij de Brugse musea en bij het Koninklijk Museum voor Schone Kunsten in Antwerpen (KMSKA), waar hij in 2014 als directeur werd aangesteld. Het museum was toen al drie jaar dicht voor renovatiewerken: de heropening werd keer op keer uitgesteld en begin 2020 scheidden de wegen van Sellink en het KMKSA ‘in onderling overleg’. Als het museum in de toekomst weer de deuren opent, hoopt Sellink erbij te zijn. “Uiteraard. Het is een museum dat mij dierbaar is.”

“Ik ga niet doen alsof mijn passage in het KMSKA alleen maar een jubelverhaal was. Zowel bestuurlijk als met de architecten zijn er moeilijke momenten geweest. Ik ben uiteindelijk meer iemand die al vele decennia ervaring heeft met de publiekswerking, met de inhoud, met een open museum dus. Ik denk dat dat mij beter ligt dan een museum waar je bezig bent met juridische zaken en onderhandelingen met architecten. Toen ik in 2014 werd aangenomen, was er sprake van dat het al in 2018 zou heropenen. Het is anders gelopen, maar ik koester geen enkele wrok. Ik heb daar met heel veel enthousiasme en heel veel goesting, om dat mooie Vlaamse woord maar eens te gebruiken, gewerkt.”

Toporovski

Als directeur van het KMSKA ondertekende Sellink in 2018 met zestien andere museumdirecteurs een open brief in De Standaard, over het MSK. Toenmalig directeur Catherine de Zegher was in opspraak gekomen omdat een aantal bruiklenen uit de privécollectie van Igor Toporovski mogelijk vervalsingen waren. “Het MSK heeft op flagrante wijze alle deontologische codes en regels van het gezond verstand geschonden”, klonk het.

“Dat was geen persoonlijke aanval op een collega. We hebben die brief geschreven uit bezorgdheid voor museale ethiek en de imagoschade die de museumsector leed”, zegt Sellink. In hoeverre is die imagoschade is al hersteld? “In alle reacties die ik heb gekregen op mijn aanstelling in Gent – en ik heb er best veel gekregen – is er niet één die refereerde aan die periode. Het was een zeer ongelukkige periode, voor alle betrokkenen: voor het museum, voor Catherine de Zegher, voor de stad. Maar die onfortuinlijke episode is voorbij. Dat hoofdstuk is helemaal afgesloten.

“Ik was als informeel adviseur betrokken bij de Van Eyck-tentoonstelling vorig jaar. In de gesprekken die ik toen had en in de onderhandelingen die ik heb gevoerd met collega’s uit Wenen, Londen en Berlijn, heb ik geen enkele twijfel geproefd. De Toporovski-affaire heeft daar helemaal geen rol in gespeeld. Ik durf echt te zeggen dat de Van Eyck-tentoonstelling ook internationaal heel veel goodwill heeft gecreëerd.”

Sellink: 'Door corona kunnen bezoekers ook in een langzamer tempo van kunst genieten.'Beeld Thomas Sweertvaegher

De Van Eyck-tentoonstelling moest helaas vroegtijdig sluiten, vanwege het coronavirus. Er zijn betere tijden om als museumdirecteur te beginnen dan in volle pandemie, merken we op. “Musea konden – gelukkig – weer de deuren openen na de eerste lockdown. Nog los van het financiële beperkt corona wel heel wat mogelijkheden, als het op tentoonstellingen en publieksbereik aankomt bijvoorbeeld. In heel de wereld wordt gezocht naar oplossingen om daarmee om te gaan.

“Maar er zitten ook positieve – voor zover je ‘positief’ kunt gebruiken als het over corona gaat – kanten aan dit verhaal. Dat we worden teruggeworpen op de eigen collectie, bijvoorbeeld. En dat bezoekers meer tijd hebben om in een langzamer tempo van kunst te genieten. Die tendens van ‘slow looking’ was in musea al voor corona ingezet: met meer rust, meer reflectie en meer aandacht naar kunstwerken kijken. Het gaat niet langer enkel om het aantal bezoeken, maar ook om hoe je mensen zoveel mogelijk kunt betrekken bij het museum. We moeten, meer dan in het verleden, oog hebben voor de tijd en kwaliteit van een museumbezoek. Dat geldt niet alleen voor het MSK, maar voor alle musea. Dat is een belangrijke en positieve evolutie.”

Mecenaat

Dat wil echter niet zeggen dat corona geen financiële sporen nalaat. “Er zijn veel kosten verbonden aan de coronacrisis en het is onduidelijk hoe die verder zal verlopen. We weten ook niet wanneer het internationaal toerisme weer op gang zal komen”, zegt Sellink. “We zullen rekening moeten houden met minder inkomsten, dat is de realiteit. En het afgelopen decennium wordt er van culturele instellingen, dus ook van musea, steeds meer verwacht dat ze eigen inkomsten genereren. Dat dwingt ons tot creativiteit.”

Tot samenwerkingen met privé-investeerders en mecenassen bijvoorbeeld, zoals in Sellinks geboorteland gebeurt. “Daar wordt veel naar gekeken, maar het is niet vanzelfsprekend. Het is wel zo dat er in Nederland en Engeland de afgelopen jaren een opvallende verschuiving is geweest van geldstromen naar culturele instellingen: van bedrijfssponsoring naar privémecenaat. Musea hebben steeds meer contacten met particuliere investeerders en verzamelaars. Ik denk dat er op dat vlak nog onderbenutte mogelijkheden zijn in België. Het MSK heeft overigens traditioneel sterke banden met particulieren, als je kijkt naar de opbouw van de collectie. Maar die banden koesteren en uitbouwen vraagt geduld en tijd. Je moet vertrouwensbanden opbouwen.”

Zet een intensere samenwerking met privéverzamelaars de deur open voor schandalen als de Toporovski-affaire? “Ik denk dat de Vlaamse museumsector en uiteraard ook het MSK zelf daar lessen uit hebben getrokken. Het is niet omdat er in één geval duidelijk sprake is van foute keuzes en verkeerde beslissingen dat je geen contacten moet en mag onderhouden met privéverzamelaars. Tegenover dat ene zware, complexe incident kun je honderden voorbeelden stellen van samenwerkingen die tot prachtige resultaten hebben geleid, zowel in het MSK als in andere musea. Maar de juiste ethische en juridische grenzen moeten we steeds scherp in het oog houden.”

Sellink: 'We gaan niet concurreren met het SMAK, maar samen kijken naar projecten met een wisselwerking tussen eigentijdse kunst en kunst uit het verleden.'Beeld Thomas Sweertvaegher

Sellink heeft er alle vertrouwen in dat het MSK een mooie toekomst heeft. “Onder Cathérine Verleysen (die na het vertrek van De Zegher interim-directeur werd, EWC) is niet alleen die bladzijde van een moeilijke episode omgeslagen, maar is ook de Van Eyck-tentoonstelling tot stand gekomen. De ploeg van het MSK is heel gemotiveerd: iedereen betreurt het dat Van Eyck vroeg is moeten sluiten, maar is trots op wat het museum heeft bereikt. In die zin denk ik dat ik onder een goed gesternte begin.”

Ambitie

In april start Sellink officieel als directeur en mag hij de koers van het MSK bepalen. Een nauwe samenwerking met de overburen van het SMAK behoort alvast tot de ambities. “We moeten het MSK niet positioneren als een concurrent voor het SMAK. We moeten samen kijken naar projecten waarin er een wisselwerking is tussen eigentijdse kunst en kunst uit het verleden.

“2022-23 is een jubileumjaar, dan bestaat het MSK 225 jaar. De Vrienden van het Museum, de oudste museale vriendenvereniging in België, is dan 125 jaar. Daar zijn al allerlei ideeën en plannen rond, maar ik hoop dat je begrijpt dat ik daar nog niets over kan zeggen. Wat ik zelf belangrijk vind: dat de geschiedenis van het museum en de collectioneurs ruime aandacht krijgt. Ik vind dat veel musea nog tekortschieten in het belichten van de eigen geschiedenis, in alle transparantie. In elk museum zijn er ook moeilijke aspecten aan het verleden, met betrekking tot kolonialisme en het beleid tijdens de wereldoorlogen bijvoorbeeld. Die transparantie, die openheid, die koester ik echt.”

Eerst is er nog de opening van de nieuwe permanente opstelling in het MSK, dit weekend. “Dat is het afgelopen jaar uitgetekend, onder leiding van Cathérine Verleysen en curator Johan De Smet. Na wat ik hoorde, koester ik heel hoge verwachtingen. Ik ken het museum al twintig jaar behoorlijk goed en ik ben zelf al heel lang Vriend van het Museum. Zaterdag ga ik er voor het eerst weer naartoe sinds mijn ongeval.”