Direct naar artikelinhoud
Voor u uitgelegdEconomie

Daar is het inflatiespook weer, en dat zult u als consument merken

Onze winkelkar is duurder geworden.Beeld Joel Hoylaerts

De rente op de financiële markt stijgt en uw boodschappenmandje is duurder geworden. Maakt de inflatie haar rentree op de bühne? En wat betekent dat?

Hoe groot is de kans op inflatie?

Net zoals personages in Game of Thrones wachten op barre tijden – ‘winter is coming’ – kijken de centrale bankiers met argusogen naar de oplopende inflatie. In de Verenigde Staten zijn de prijzen de laatste maanden geëxplodeerd. In april stegen ze met 0,8 procent, waardoor de Amerikaanse inflatie op jaarbasis uitkwam op 4,2 procent. Ook de inflatie in de eurozone trekt verder aan. In april waren consumptiegoederen gemiddeld 1,6 procent duurder dan in dezelfde maand vorig jaar. In België lag de inflatie in april op 2,1 procent, tegen 1,6 procent in maart.

Inflatie is een stijging van het algemene prijspeil. Goederen en diensten worden duurder. Dat is op zich niet ongezond, integendeel zelfs. Een beperkte scheut inflatie wordt de smeerolie van de economie genoemd. Een milde inflatie stuwt de prijzen, wat gezonde bedrijven oplevert en waardoor de lonen mee kunnen stijgen. Maar de snelle opstoot zorgt voor ongerustheid. De redenen voor de huidige toename zijn divers. Door corona, ja dat weer, is de internationale handel verstoord. Ook de olieprijzen en die van andere grondstoffen, die noodzakelijk zijn in tal van productieketens, zijn gestegen. Dit door de toegenomen vraag omdat post-corona de fabrieken wereldwijd uit hun gedwongen lockdownslaap zijn gekust.

Wat zijn de gevolgen voor de economie?

Economen bakkeleien hierover, daarvoor zijn het economen natuurlijk. Als dit een tijdelijke opstoot is, dan is er weinig aan de hand. De gestegen grondstofprijzen zullen snel weer dalen, zodra de productieketens normaliseren. Anderen vrezen een structureler verhaal. Om de wereldeconomie niet helemaal te laten kapseizen hebben de centrale bankiers gedaan wat iedereen hoopte: de geldkraan opengezet. Dat hebben de nationale overheden op hun beurt ook gedaan: hun economie bijgestaan met tal van premies en geldinjecties. Dat is het recept bij uitstek voor een stevige scheut inflatie. 

Het gevaar ligt hem in een economie die straks oververhit kan raken. Dat zit zo: we zitten met z’n allen op een enorme spaarbuffer. Vorig jaar werd in ons land alleen al ruim 22 miljard euro méér gespaard dan in een normaal jaar. Als we straks allemaal ons vaccin hebben gekregen en de economie weer op vol toerental kan draaien, zullen we ook weer meer spenderen. Op dergelijk ogenblik moeten de centrale banken feitelijk ingrijpen vooraleer het feestje uit de hand loopt. Ze zou dan de rente moeten verhogen, wat voor een afkoeling moet zorgen. Alleen hebben de overheden zoveel schulden gemaakt dat ze druk zullen zetten op de centrale banken. Want een renteverhoging zorgt ervoor dat die overheidsschulden duurder worden. 

Zal ik als consument iets merken?

Vrij vertaald naar uw gezinsbudget zal dit alles leiden tot een duurder winkelkarretje. Als we de inflatieprognose van het Planbureau volgen zal uw shoppingmandje dat vandaag 100 euro kost, binnen twaalf maanden zo’n anderhalve euro duurder zijn geworden. Geen ontsporing dus.

Maar het is een subtiel samenspel van verschillende factoren. Zo zal uw spaarboekje nog lange tijd weinig opbrengen. Het huidige lagerentebeleid van de ECB blijft gehandhaafd. Het rentetarief van 0,11 procent op uw spaarboekje weegt dus niet op tegen de inflatie. En als die nog gaat stijgen verdampt de waarde van uw spaargeld nog sneller. Die onrust en onzekerheid kan je nu al aflezen aan de gestegen langetermijnrente. Logisch ook. Beleggers willen zich indekken tegen het risico dat hun geld op langere termijn minder waard zal zijn, en dus eisen ze een hogere premie om hun geld voor langere tijd te parkeren. De langetermijnrente heeft uiteraard betrekking op de rente bij leningen met langere looptijden. Denk daarbij aan hypothecaire leningen of (overheids)obligaties. Dat betekent dus dat er op termijn een impact kan zijn op de hypothecaire leningen, die wat duurder kunnen worden.