Direct naar artikelinhoud
VoorbeschouwingEK2021

Als niet minstens de finale wordt gehaald, mag het begrip ‘gouden generatie’ op de schop

Is dit EK hun laatste grote toernooi als Rode Duivel? Ervaring zat, maar vinnige spits Dries Mertens en het defensieve trio Toby Alder­weireld, Jan Vertonghen en Thomas Vermaelen moeten ook bij hun club vechten om een plaats in de basis.Beeld RV

In 2016 kreeg een selectie met boven­gemiddeld voetbal-IQ een bonds­coach met boven­gemiddeld EQ. In 2018 werden ze derde van de wereld en dat werd gevierd als een titel. Maar Euro 2021 bepaalt of het een goed of een zeer goed huwelijk was, dat van Roberto Martínez en de Duivels .

Olympisch kampioen voetbal in een tijd dat er nog geen EK’s of WK’s voetbal waren, dat is de grootste prijs in de trofeeënkast van de Belgische nationale voetbalploeg, sinds 1906 beter bekend als de Rode Duivels. 2020 was een mooi moment geweest: honderd jaar na dat olympisch goud in Antwerpen nog eens de allerbeste zijn op een prestigieus landen­kampioen­schap. Corona stak er een stokje voor.

Rode Duivels in actie

België-Rusland: Za 12/6, 21u (Live op Eén)

Denemarken-België: Do 17/6, 18u (Live op Eén)

Finland-België: Ma 21/6, 21u (Live op Eén)   

Hoe dat goud van destijds precies werd behaald, is een aparte vermelding waard. Toen al werd de nationale ploeg met de nodige scepsis onthaald. In de aanloop naar de Spelen ontstond vooral grote ergernis onder het Antwerpse thuis­publiek omdat de bonds­coach, ‘selectieheer’ graaf d’Oultremont, te veel spelers uit Brussel had opgeroepen en te weinig uit Antwerpen.

België was vrij in de eerste ronde en mocht meteen naar de kwartfinales. Daarin klopte het Spanje met 3-1 ondanks onophoudelijk uitfluiten van de thuisploeg door de eigen aanhang. De selectieheer veranderde daarop de ploeg en tegen Nederland waren de tribunes wel op de hand van de Duivels: het werd 3-0.

De finale tegen Tsjecho-Slowakije werd een ordinaire schoppartij en nadat de Tsjecho-Slowaken een speler van het veld zagen gestuurd, bleven ze bij een 2-0-stand in de kleed­kamer. Het is de enige finale van een mon­di­aal toernooi die nooit tot het einde werd gespeeld. Misschien daarom dat België officieel nooit stappen heeft ondernomen om een gouden ster op het shirt van de nationale ploeg te laten drukken. Dat had zo gekund, zelfs zonder vragen, want bijvoorbeeld Uruguay heeft vier sterren op het shirt: twee voor echte WK-titels en twee voor olympische titels. Tot grote ergernis van Brazilië overigens, dat zijn vijf sterren dankt aan vijf echte World Cups. Een actie van de kleine maar fijne voetbal­site De Witte Duivel in de aanloop naar de World Cup van 2018 om ook het Rode Duivels-shirt van een ster te voorzien, geraakte niet verder dan een Belga-bericht.

Vals bescheiden is de rode draad doorheen de geschiedenis van het nationaal voetbal­elftal van België. Eind vorig jaar was dat een van de thema’s in een gesprek van deze krant met bonds­coach Roberto Martínez. Hij zei daarover: “België mag iets minder bescheiden zijn. Het is bijna zonde als je hier zegt dat je goed bent en dat je er alles aan wil doen om te winnen.”

Winnen en prijzen pakken is geen deel van de Belgische sport­cultuur, niet in voetbal en niet in andere sporten. België heeft geen sportdynastieën die jarenlang aan de top staan. Successen wel, in de vorm van olympische medailles, maar die hebben behalve in het wielrennen van de jaren 70 nooit de vorm aangenomen van hegemonieën.

De Rode Duivels kunnen, mits een goed EK – de finale halen zou kunnen volstaan –, in september drie jaar volmaken als nummer één op de FIFA-ranking.

Daarvoor zullen ze wel eerst vanaf de achtste finales een aantal prominente voetballanden moeten kloppen, iets wat geleden is van 6 juli 2018, toen in Kazan werd gewonnen van Brazilië, waarna verlies volgde in de halve finale tegen Frankrijk. Wie de nummer­één­positie op de FIFA-ranking wil nuanceren, verwijst in dat verband niet geheel onterecht naar de zwakke tegenstand die België zowel in de EK- als WK-kwalificatie voor de kiezen kreeg.

Dat klopt, alleen de wedstrijden voor de Nations League tegen Engeland (2-0 en 1-2, dus door) kwamen in de buurt van een echte test. In die Nations League wacht op 6 oktober een halve finale tegen Frankrijk in Turijn en daarna nog een wedstrijd (finale of troosting) tegen Italië of Spanje. Het mag duidelijk zijn dat behalve een totale ramp en uitschakeling in de Euro-poulefase, de Rode Duivels dit jaar wel ferme tegenstand in de ogen zullen kijken.

Roberto Martínez: 'We kunnen er smalend over doen, ik vind die ranking erg belangrijk en onze spelers ook. Vooral omdat we pas het derde land zijn dat zo lang die ranking na elkaar aanvoert.'Beeld BELGA

Die nummer­één­plek mag dan vooral een verhaal van cijfers zijn en voorlopig niet van bekers, prijzen of memorabele overwinningen, België is het op twee na beste land in de geschiedenis van de FIFA-wereldranglijst. Zo’n on-Belgische dominantie is een halve eeuw geleden, van Eddy Merckx meer bepaald, en is nooit vertoond in een ploeg­sport, laat staan de eerste wereld­sport.

Roberto Martínez: “We kunnen er smalend over doen, ik vind die ranking erg belangrijk en onze spelers ook. Vooral omdat we pas het derde land zijn dat zo lang die ranking na elkaar aanvoert. Alleen Brazilië, zeven jaar, en Spanje, zes jaar, hebben ons dat voorgedaan. Frankrijk, Duitsland en Argentinië hebben ook nog op één gestaan. Zes landen, en wij zijn daar bij.”

Peking 2008, de mythe

De laagste positie op die ranking bezette België in juni 2007: de 71ste plaats. Dat was na een 2-0-verlies tegen Finland. In dat team waren de centrale verdedigers van toen dezelfde als nu: Thomas Vermaelen en Jan Vertonghen. Ook Marouane Fellaini, die als hij zou willen nog altijd bij de selectie zou zijn, was er al bij. De bondscoach heette René Vandereycken.

Vandaag is die analist van Het Nieuwsblad en fileert hij het Belgisch voetbal op zijn bekende wijze. Hoe hij de huidige bondscoach keer op keer een warrige communicatie verwijt, is hilarisch en daar komt hij alleen maar mee weg omdat de media zich wellicht niet (willen) herinneren hoe hij vooral níét communiceerde. De pluim op zijn hoed om drastisch te hebben verjongd, is wel verdiend.

Al te vaak wordt voor de heropstanding van de Rode Duivels verwezen naar de vierde plaats van de olympische ploeg op de Spelen van Peking in 2008. Daar zou een groot deel van de huidige nationale elf zijn vuurdoop hebben gekregen. De realiteit is anders. Van de huidige selectie waren toen alleen Thomas Vermaelen en Jan Vertonghen van de partij. In de belangrijkste wedstrijd van het toernooi, de kwartfinale tegen Italië (3-2-winst met tien tegen elf) deed Vermaelen maar een kwartier mee. Toen kreeg hij rood.

Dat overkwam ook Vincent Kompany in de eerste wedstrijd van het olympisch toernooi tegen Brazilië (waartegen ze later ook om de derde plek verloren), waarna hij door een blessure niet meer in actie kwam. Hij bleef daarna tot grote ergernis van zijn club HSV uit Hamburg in Peking rondhangen omdat hij zogezegd zijn paspoort was vergeten op weg naar de luchthaven. Diezelfde maand nog tekende hij een contract bij Manchester City en werd als eerste Belg van de gouden generatie incontournabel in de Premier League, maar die move had dus minder met zijn prestaties dan wel met zijn onhandelbaarheid te maken.

Op een echte referentieprestatie van de Rode Duivels was het nog even wachten. Die kwam er in 2010 met een knots­gekke EK-kwalificatie­wedstrijd thuis tegen Oostenrijk. Het werd 4-4 onder bondscoach Georges Leekens. Deden al mee: Toby Alderweireld, Dedryck Boyata, Axel Witsel en Jan Vertonghen. Thomas Vermaelen was geblesseerd, nog maar eens. Vielen in: de zeventienjarige Romelu Lukaku en de negentienjarige Eden Hazard. Ondanks winst in Oostenrijk konden de Duivels zich niet plaatsen voor de eindronde van het EK 2012 in Polen en Oekraïne.

Twee jaar later lukte dat wel, toen onder Marc Wilmots. Hij was wellicht de tactisch zwakste bondscoach van de laatste jaren, maar inmiddels was de groep matuur geworden en België kwam uit groep A als eerste met 26 op 30 punten en dat tegen landen als Kroatië, Servië, Schotland en Wales. In Kroatië trok Lukaku voor het eerst de ploeg over de streep.

België wint met 2-0 van Schotland in de kwalificatie voor het WK 2014. Vincent Kompany scoort een fantastisch doelpunt.Beeld Belga

Steeds vaker werd verwezen naar de gouden generatie, waarbij het predikaat goud eerder een belofte inhield dan een realiteit. Op die verloren bronzen wedstrijd op de Olympische Spelen van Peking na, was een echte prijs nooit in zicht.

Ook op de World Cup 2014 in Brazilië schoot de ploeg tekort op beslissende momenten. In de kwartfinale tegen Argentinië verspeelde uitgerekend Vincent Kompany de bal op eigen helft. Messi bediende Di Maria, diens bal kwam bij Higuain en die schoot pardoes voorbij Thibaut Courtois. 1-0 voor de blauw-witten en boeken toe, dat kunnen echte topploegen als geen ander, zo zou België vier jaar later nog eens ondervinden.

Steile ambitie

Voor het EK van 2016 in Frankrijk werd een 24 op 30 gehaald in de kwalificaties. De ploeg reisde af naar Bordeaux met steile ambities. De internationale pers zag de Belgen als favoriet. Nog meer toen na de poule­fase (waarin ze tegen Zweden op het randje van de uitschakeling balanceerden) de weg naar de finale wijd open lag, doordat Frankrijk, Italië en Duitsland tot de eindstrijd werden vermeden. Maar dan kwam het drama van Lille. Het kansloze 3-1-verlies tegen dwerg Wales met een noodverdediging, maar opnieuw met een onaangepast tactisch concept, kwam op conto van de bonds­coach. Wilmots mocht opkrassen, maar het was een teken aan de wand dat de sterren die avond collectief niet thuis gaven.

Dat herhaalde zich na het EK in de eerste wedstrijd van Roberto Martínez tegen zijn vaderland Spanje (0-2 kansloos) en in 2018 ook in Zwitserland, waar een 0-2 uit handen werd gegeven en omgezet in een blamerende 5-2. Eerder dat jaar was er ­natuurlijk de miskleun geweest in de halve finale van de World Cup tegen Frankrijk, waarin het ­Argentinië-scenario van 2014 zich herhaalde: een klinische goal tegen, geen poot meer aan de grond krijgen en de dragende ster­spelers die niet thuis geven.

De ploeg voor dit EK is met gemiddeld ruim 29 jaar de oudste van alle deelnemende landen samen met Zweden. Dat kan een voordeel zijn, want geen enkele andere selectie heeft opgeteld zoveel interlands. Dat kan ook een nadeel zijn, na een bijzonder zwaar seizoen dat later begon door corona. Een voordeel en tegelijk een nadeel is dan weer dat België van alle toplanden het minst aantal speelminuten per speler telt. Dat heeft dan weer te maken met enerzijds spelers die niet altijd meer titularis zijn in hun team (Alderweireld, Vertonghen, Vermaelen) en anderzijds spelers die wedstrijden misten door blessures (Hazard uiteraard, Chadli, Witsel en De Bruyne).

Prognoses zijn goed voor de vuilnis­emmer, maar toch een voorbeeld: het gezaghebbende onderzoeks­instituut CIES geeft België minder kansen op de Europese titel dan zeven andere landen waaronder zelfs Nederland, op basis van die speelminuten. The Analyst daarentegen zet België op plaats twee met 15,7 procent kans op eindwinst. Beide voorspellingen geven Frankrijk als favoriet.

Dit is de laatste dans van een heel deel van de ploeg en misschien ook van de bondscoach. Die zou vertrekken bij een Europese titel, heeft hij laten uitschijnen, maar wat als het toernooi de mist in­gaat? De traditie in toernooivoetbal wil dat een team een aangekondigd laatste kunstje meestal niet kan waarmaken in prestaties.

Wat ook het eindresultaat, een niet onaanzienlijk contingent spelers zal voor het volgende grote toernooi – de World Cup in de late herfst van 2022 – een leeftijd hebben bereikt waarop het kantje boord wordt. Het centrale trio in de verdediging – Alderweireld-Vertonghen-Vermaelen – is nu al samen 100 jaar en haakt na dit toernooi zeker af.

Idem voor Dries Mertens, die 34 is. Voor Nacer Chadli en Christian Benteke die dit jaar 32 worden, wenkt het einde. Afwachten ook of Axel Witsel – ook al 32 – weer op niveau geraakt. Thomas Meunier wordt dit jaar nog 30. Kevin De Bruyne is al 30, net als Eden Hazard en Dedryck Boyata. Prille jeugd heeft – op de 19-jarige Jérémy Doku na - de selectie niet gehaald.

Dat zal, als het wat minder goed gaat, deze bondscoach ongetwijfeld worden aangerekend. In zijn selectie zien veel waarnemers het bewijs dat hij na dit toernooi vertrekt uit België. Wat ook het resultaat, de herinneringen aan Martínez zullen overwegend positief zijn. Liepen de tribunes onder Wilmots al vol, dan is hij de man die ons leerde winnen en omgaan met de status van kleine voetbal­grootmacht.

Alle ballen op de Kev

Euro 2021 is een kantelmoment. Tussen vandaag 21 uur Belgische tijd in Sint-Petersburg en zondag 11 juli zelfde tijd in Londen wordt beslist over hoe deze groep de geschiedenis in zal gaan. Als niet minstens de finale wordt gehaald – en bij voorkeur wordt gewonnen – mag het begrip gouden generatie op de schop. Het wordt dan een bronzen generatie, de tweede beste na de tachtigers die onder Guy Thys zowel zilver wonnen op het EK 1980 en de halve finale speelden op het WK van 1986.

Kevin en de koning. Is De Bruyne fit genoeg om te spelen, laat staan de hoge verwachtingen in te lossen?Beeld BELGA

Vooralsnog ligt de generatie van Jan Ceulemans, Eric Gerets en René Vandereycken op voorsprong als beste Belgische generatie ooit. Het argument dat de meesten in België speelden en niet in topcompetities, houdt geen steek. De mobiliteit van import­spelers was toen nog erg beperkt en van de vijf grote voetballanden met het grote geld was nog geen sprake. Bovendien speelden Eric Gerets en René Vandereycken wel al in Italië. De eerste moest daar afhaken na een omkoop­affaire waarin hij loopjongen had gespeeld en Vandereycken omwille van een knieblessure.

De sportwoestijn België, die eervol verlies als attitude koesterde en in 2018 brons vierde als ware het goud, hunkert nu naar een knalprestatie. Hoe realistisch is die verzuchting? De meeste analisten blijven gematigd positief. Hun twijfel is gebaseerd op feiten. Bijvoorbeeld het gemis aan referentiewedstrijden tegen de echt grote tegenstanders. Of de recente uitwedstrijd bij Tsjechië in het kader van de WK-kwalificatie voor 2022, waar de thuisploeg de Belgen vastzette en Romelu Lukaku – wie anders? – een gelukkig gelijkspel uit de brand sleepte. België had de helft meer de bal, maar schoot de helft minder op doel.

Veel wordt verwacht van Kevin De Bruyne, de man die het team bij de hand moet nemen bij ontstentenis van een fitte Eden Hazard. Alle ballen op de Kev? De Bruyne is gehavend na zijn botsing in de Champions League en hij heeft een geschiedenis. Marc Degryse liet in boekvorm (Het EK van de laatste kans, Borgerhoff & Lamberigts) zijn licht schijnen over de Duivels en hun kansen. Op pagina tachtig komt hij tot de volgende conclusie: “De Bruyne blijft de belangrijkste schakel. Alleen weet ik niet of hij belangrijk genoeg is op de cruciale momenten. Op het EK 2016 en het WK 2018 gaf hij op beslissende momenten niet thuis (idem in de recente Champions Leaguefinale, HV). Is dat dan de stress of zijn het de zenuwen. Ik ben benieuwd of hij dat nu wel zal kunnen.”