Direct naar artikelinhoud
InterviewSportpaleis-baas Jan Van Esbroeck

‘Met 3.000 mensen kun je niks doen in zo’n grote zaal, behalve verstoppertje spelen’

Voor Jan Van Esbroeck, CEO van Sportpaleis Group, wordt het niet de Zomer van de Verlossing.Beeld Joel Hoylaerts/Photo News

Headbangen in een moshpit, meebrullen met hits of meedeinen in de massa: we mogen weer naar concerten, niet alleen buiten in de frisse lucht, maar ook binnen in een zaal. Velen kijken er al maandenlang naar uit, maar voor Jan Van Esbroeck, CEO van Sportpaleis Group, wordt het niet de Zomer van de Verlossing. Hij wacht liever nog wat langer voor hij met een stofdoek door het Sportpaleis gaat.

Jan Van Esbroeck: “Stof ligt er zeker: je wilt nu niet in een wit kleedje op een stoeltje gaan zitten. Al heeft het Sportpaleis het voorbije jaar niet helemaal leeggestaan: er vindt wekelijks wel één of ander klein event plaats – vorige week vroeg een bedrijf nog of ze drie van hun nieuwe trucks bij ons mochten presenteren – maar voor al die zaken gebruiken we voorlopig alleen het middenplein. Het ziet ernaar uit dat daar pas ten vroegste in september verandering in zal komen.”

Aan de versoepelingen voor indoor events – maximaal 200 mensen, vanaf 1 juli 2.000 en vanaf 30 juli 3.000 – hebben jullie niets?

“We zouden er iets aan hebben, ware het niet dat die aantallen onderhevig zijn aan allerlei randvoorwaarden. Eén daarvan is sociale afstand. Tussen elke bubbel – of elk groepje, want het woord ‘bubbel’ bestaat niet meer – moeten we links en rechts een stoel vrijhouden. Als je 100 stoelen hebt, kun je maar 70 mensen ontvangen. In de Antwerpse Stadsschouwburg, die ook tot onze groep behoort, kunnen in principe 2.000 mensen binnen, maar onder deze voorwaarden zijn het er maar 1.400. Het Sportpaleis is vele malen groter: in het beste geval kunnen er bijna 23.000 bezoekers in. Met 3.000 man kun je daar niks komen doen, tenzij je verstoppertje wilt spelen. En ook financieel is het niet rendabel om voor zo weinig mensen het Sportpaleis te openen.

“We durven te hopen dat tegen het eind van de zomer, als iedereen gevaccineerd is, de sociale afstandsregels op de schop gaan, en dat we vanaf 1 september de toelating krijgen om 7.500 bezoekers te ontvangen. Dan kunnen we in onze kleinere zalen, zoals de Lotto Arena en Vorst Nationaal, stilaan beginnen te denken aan heropstarten. Dénken, want dan hebben we nog niet van vandaag op morgen weer een volle agenda. Daar is tijd voor nodig. Wij zijn de horeca niet: als zij op 8 juni hun bierleidingen spoelen, dan hebben ze op 9 juni alweer inkomsten. Als ik écht mag dromen, dan hoop ik dat alle beperkingen vanaf 1 oktober worden opgeheven. Pas dan kan het Sportpaleis weer beginnen te draaien.”

Tot die tijd kunnen jullie amper iets plannen?

“Alleen onder voorwaarden. Ik geef een voorbeeld: eind september staat in de Lotto Arena een concert van Liefde voor muziek gepland. Daar worden nu tickets voor verkocht. Aan de vraag voel je dat de goesting er is, maar er is ook onzekerheid: ‘Gaat dat wel mogen?’ Dat weten we niet. Over september heeft het Overlegcomité nog geen uitspraken gedaan. Het blijft speculeren.”

Dat doen jullie nu al zo lang.

“Sommige concerten hebben we al vier keer moeten opschuiven. Ik hoor het Marc Van Ranst in maart 2020 nog zeggen: ‘In mei is dit allemaal achter de rug.’ Ik verwijt hem niks – niemand wist wat ons te wachten stond – maar voor ons is al dat geschuif erg frustrerend. En dan zijn wij ‘slechts’ de zaaluitbaters: kun je nagaan hoe het voelt voor concertorganisatoren en artiesten.”

De Sportpaleis Group zit met een miljoen tickets van optredens die werden uitgesteld. Worden die shows allemaal ingehaald?

“Er zijn artiesten die hun geplande shows nog komen spelen, maar je hebt er ook andere, die in 2021 een plaat maakten, waarmee ze straks op tournee willen. We gaan bijzonder drukke tijden tegemoet.”

Wie wordt post-corona de eerste grote internationale naam in het Sportpaleis?

“Op dit moment staat Elton John nog altijd gepland voor half oktober. Zolang we geen bericht krijgen dat zijn optreden wordt uitgesteld, gaan we ervan uit dat het doorgaat.”

Intussen lopen de kosten op. Jullie boekten een verlies van ruim 7 miljoen euro in 2020, terwijl jullie in een normaal jaar 3 miljoen winst boeken. Voor 2021 verwachten jullie soortgelijke cijfers. Een hallucinant bedrag.

“Blij dat jij dat ook vindt. (lacht) Voor elk verloren jaar zullen er minstens twee goede moeten volgen om het goed te maken. We zullen in totaal bijna twee jaar inactief zijn geweest. Dat wil zeggen dat we vier jaar hard zullen moeten werken om de schade in te halen. En dan mogen we nog blij zijn met de overheidssteun: hadden we die niet gekregen, dan was dit drama nog veel groter geweest.”

Nu hebt u het over de technische werkloosheid.

“We hebben een kleine honderd mensen in dienst. Hadden we hen moeten doorbetalen, dan was dat een ramp geweest. Pas op: niet iedereen was het voorbije jaar technisch werkloos. Je hebt ook personeel nodig om een miljoen mensen een keer of drie te verwittigen dat hun concert is uitgesteld. Alleen biedt dat werk weinig meerwaarde en word je er niet vrolijk van. Links en rechts hebben we ook nog wat kleine premies gekregen, die ons hielpen om bijvoorbeeld de energierekening te betalen.”

Want zelfs een leeg Sportpaleis kost geld.

“Onze energiekosten bedragen maandelijks 40.000 euro, zelfs als we dicht zijn. Dat geld gaat bijvoorbeeld naar de pompen die ervoor moeten zorgen dat het Sportpaleis niet onder water loopt. De eerste acht maanden hebben we zelfs al onze liften uitgeschakeld, om te besparen op energie en onderhoudskosten.”

Alle beetjes helpen.

Be penny wise and pound foolish, zeggen ze. Het is misschien kleingeestig, maar we moeten voorzichtig omspringen met ons geld. De toekomst van het bedrijf hangt ervan af. We zullen dit wellicht wel overleven, maar we zullen hard moeten werken om hiervan te bekomen.”

Hebben jullie last van de technische braindrain in de cultuursector?

“Van onze honderd werknemers hebben we er elf zien vertrekken. We zijn vooral jonge werkkrachten verloren, wat maakt dat het verlies aan expertise redelijk beperkt is gebleven. Ik prijs me gelukkig met onze loyale medewerkers. Andere bedrijven, zoals onze leveranciers van licht of geluid, zijn hun sterkste technische profielen kwijt. Logisch: zij werden met open armen ontvangen in de bouw of de zonnepanelenindustrie.”

Voelt u zich in de steek gelaten door de overheid?

“Ze betalen 70 procent van de lonen van onze werknemers, weliswaar tot een bepaald plafond. Je zal me dus niet snel horen roepen dat we verwaarloosd worden. Maar wel bijzonder jammer vind ik de zeer diffuse informatie over de versoepelingen. Op 11 mei is er een beslissing genomen over de zomer, maar we weten eigenlijk nog altijd niks. Die onzekerheid drukt zwaar op iedereen.

“Toen we vorig jaar in juni 200 mensen binnen en 400 mensen buiten mochten ontvangen, klonk het bij de virologen: ‘Waar klagen jullie over? Jullie zijn toch bezig!’ Misschien mag ik niet verwachten van virologen dat ze iets snappen van onze sector, maar het begrip is sindsdien niet gegroeid. Dat voelt toch een beetje als minachting. Ik ben zo blij dat het restaurant hier op de hoek weer open mag, maar ergens denk ik toch: jongens, kan ook eens iemand aan ons denken?”

Vanaf juli openen jullie wel al een pop-uparena in openlucht in Middelkerke.

“Naar die concerten kijk ik heel hard uit. Niet alleen voor mezelf, maar ook voor onze medewerkers. Onze vrijwilligers van het Sportpaleis staan te springen om aan de slag te gaan, ook al moeten ze er drie uur voor in de auto zitten. Dat is zo vertederend. Zelfs onze kuisploeg wil erbij zijn.”

Volgens Hans Bourlon speelde u hem een hoopvol artikel door over de periode na de Spaanse griep, toen de stoelcapaciteit op Broadway met 28.000 zitjes werd uitgebreid.

“Als je mensen gedurende lange tijd alle nabijheid ontzegt, dan willen ze samenkomen. Toen, begin jaren 20, heef zich dat vertaald in enorm veel activiteit op Broadway. Mij gaf het wel moed dat te lezen. Ik hoop dat er straks een slingerbeweging komt die wat meer onze richting uitgaat. We verkopen jaarlijks 2,2 miljoen tickets, maar dat is niet aan 2,2 miljoen mensen: sommige mensen gaan vaak naar concerten, anderen missen we compleet. Ik hoop dat zij straks zeggen: ‘Awel, ik wil ook eens naar een concert.’ En dat ze dan beseffen dat een collectief orgasme beleven best plezant is. Misschien maak ik mezelf iets wijs, maar ik acht het toch mogelijk.”

De roaring twenties komen terug?

“Misschien. Alleen zal iedereen dit keer op z’n smartphone zitten te tokkelen. (lacht) Hopelijk blikken we hier over twee jaar op terug als op een nare droom.”

© Humo