Lokale schatkisten doorstonden coronacrisis

Themabeeld. ©  Boumediene Belbachir

Uit een doorlichting van Belfius blijkt dat de Vlaamse gemeenten en OCMW’s geen financiële kater overhouden aan de coronacrisis, met dank aan steun van bovenaf. Nu wacht een inspanning van ruim 2 miljard euro extra investeringen.

Jan-Frederik Abbeloos

De coronacrisis heeft ook de lokale politiek door elkaar geschud. De coronaregels moesten gehandhaafd worden, de vaccinatiecampagne moest uitgerold worden, extra vragen en zorgnoden van de burgers moesten beantwoord worden. Dat alles had zijn financiële tol, met extra uitgaven, maar ook minder inkomsten. Zo vragen heel wat gemeenten voorlopig geen terrasbelasting, geen of minder standgeld voor marktkramers, op taxibedrijven, op toeristische logies, enzovoort. Tegelijk was er een aanzienlijke stijging van het aantal aanvragen voor leeflonen.

Steun van bovenaf

Gemeenten en OCMW’s konden rekenen op de steun van de regionale overheid om de schok te helpen dempen. Zo vloeien er in Vlaanderen naast structurele dotaties uit het Gemeentefonds (met een jaarlijkse groei van 3,5 procent) ook meer specifieke regionale werkingssubsidies richting gemeenten. En slechts een deel van extra sociale uitgaven wordt ook werkelijk door het OCMW gedragen. De federale overheid financiert naargelang het type leefloon 60 tot 100 procent. Voor nieuwe leefloondossiers werd de terugbetaling verhoogd met 15 procent.

Dreigende pensioenfactuur

Door al die plussen en minnen blijft de financiële impact in een meerjarenperspectief binnen de perken, blijkt uit de jaarlijkse doorlichting van de lokale financiën door Belfius. De lokale tekorten werden vooral overgenomen in de forse tekorten die regionaal en federaal genoteerd werden in 2020. Maar ook lokaal is er niet veel marge door de verplichting om op het einde van bestuursperiode (2025) een evenwicht te noteren.

En er staan alweer andere uitdagingen voor de deur. Zo zwelt de pensioenfactuur voor de Vlaamse gemeenten fors aan vanaf 2023. De Vlaamse regering engageerde zich om er de helft van te dragen, maar dat volstaat niet volgens zes op de tien gemeentebesturen niet, leert een enquête van Belfius.

Extra investeringen

Tegelijk vormen de lokale besturen een belangrijke schakel in het realiseren van de Belgische ambitie om in 2024 een investeringsvolume te bereiken van 3,5 procent van het bruto binnenlands product. De Europese relancesteun van 5,9 miljard euro dekt 45 procent van de inspanning, de overige is voor de Belgische overheden zelf.

Aangezien zowat 35 procent van alle overheidsinvesteringen gebeuren op lokaal niveau, rekent Belfius een extra investeringsinspanning uit van 2,15 miljard euro voor de lokale besturen. ‘Dat zal moeilijk worden als er niet meer flexibiliteit komt in de Vlaamse begrotingsregels,’ vreest Véronique Goossens, hoofdeconoom van Belfius. Bijkomende bedenking is dat slechts 60 tot 70 procent van de geplande investeringen effectief gerealiseerd worden. ‘De complexe procedures doen projecten soms vertraging oplopen.’