Direct naar artikelinhoud
ReportageHongerstaking

Hongerstakende sans-papiers in Brussel gaan over tot zelfverminking: ‘Ik ben illegaal, maar geen crimineel’

Een aantal hongerstakers heeft de eigen mond dichtgenaaid om niet meer te kunnen etenBeeld Tim Dirven

Onder de hongerstakers aan de ULB en VUB en in de Brusselse Begijnhofkerk lijkt het een kwestie van wachten tot de eerstvolgende poging tot zelfdestructie fataal afloopt. Nadat vier onder hen hun monden dichtnaaiden, beginnen anderen nu batterijen en scheermesjes te slikken. ‘De politiek is doof, wat kunnen we anders nog?’

De Algerijn Mohamed Lamine (30) is een van de vier hongerstakers van de Union des Sans-Papiers pour la Régularisation (USPR) die maandag zijn mond dichtnaaide. Gespreid over lokalen van VUB en ULB en de Brusselse Begijnhofkerk zijn 475 mensen al 37 dagen lang in hongerstaking. De actievoerders drinken wel thee en water. “Het doet pijn”, zegt Ben Tiba (28), de Tunesische vriend van Lamine. “Elke mondbeweging irriteert. Hij drinkt enkel nog een heel klein beetje water, door een rietje.”

Tiba en Lamine kwamen in 2016 in België aan. Lamine resideerde eerst nog een jaar in Duitsland. “Wij zijn gekomen om te werken, want wij zijn werkers”, zegt Tiba. “Mohamed heeft als kok gewerkt in Luik en als vrachtwagenchauffeur, ikzelf heb hamburgers en pizza’s bezorgd en ben huisschilder geweest. We hebben allemaal jaren geconsumeerd en bijgedragen aan de economie. Al wat we vragen is een identiteitskaart. Een kans om te zijn zoals u. Deze hongerstaking maakt blijkbaar geen indruk. De politiek is doof, wat kunnen we anders nog?”

Lees ook de analyse

Hongerstakende sans-papiers zetten Vivaldi-regering onder hoogspanning

Zwarte economie

De actievoerders lijken allemaal exponenten van op zwartwerk draaiende economische sectoren. “Ik ben schilder geweest en heb opgediend in een snackbar”, somt een graatmagere Youssef Salhi (41) vanop zijn matras op. Hij heeft zoals alle anderen een plastic mapje bij zich dat de administratie van zijn illegaliteit documenteert.

Salhi: “Ik ben in 2003 vanuit Marokko gekomen. Ik heb in de bouw gewerkt en in een slachthuis. Werkdagen van dertien uur voor 35 euro. Je leeft in een constante staat van angst. Voor de politie die je identiteitskaart kan vragen. Het is al achttien jaar zo, en toch krijg ik geen papieren. Mijn twee broers dan weer wel. Ik zou er geen probleem mee hebben als er criteria waren waar je aan moet voldoen. Dat het aan jou lag, en aan de mate waarin je je best wou doen. Maar wij hébben ons best gedaan en er zijn duidelijk geen criteria. Het is pure willekeur en nu zijn we op een punt gekomen dat het voor ons niet verder kan.”

Vooral aan de ULB wordt de situatie met de dag zorgwekkender. Bijna aan de lopende band worden hongerstakers afgevoerd.Beeld Tim Dirven

De 475 hongerstakers zitten verspreid over de twee universitaire campussen, en de Begijnhofkerk in Brussel. In de kerk spreidt Mohamed Faryeh (35) zijn documenten voor zich uit op zijn matras. Met bovenop zijn meest kostbare bezit: een rijbewijs model A tot en met model G. Van motorfiets tot tractor: Faryeh is geschikt bevonden voor alle vormen van gemotoriseerd transport. Hij woont sinds 2009 in België.

Faryeh: “Ze zeiden dat ik drie jaar voor dezelfde werkgever moest werken, dat ik dan regularisatie kon aanvragen. Dus dat deed ik, ik was vrachtwagenchauffeur bij een groot bedrijf. Toen zeiden ze dat de wet was veranderd, dat het eigenlijk vijf jaar was, en ik het land uit moest. Bijna mijn hele volwassen leven woon ik hier. Hier heb ik vrienden, in Oujda ken ik zo goed als niemand.”

Batterijen slikken

In de Begijnhofkerk zit een 46-jarige Algerijn die in 1993 in Amsterdam strandde en dus al veel meer dan een half leven hier is. “Sammy Mahdi was een jochie van vijf jaar toen ik hier aankwam”, zegt hij. “Ik heb tegels gezet, opgediend, pizza’s besteld. Ik heb in een carrosseriebedrijf gewerkt. Ik vergeet nog een paar jobs. Ik werd altijd veel slechter betaald dan de anderen, en altijd was er die stress voor controles. Nooit heb ik een boete gehad, voor wat dan ook. Ik ben misschien illegaal, maar ben geen crimineel. Voetbal begrijp ik, politiek niet.”

Vooral aan de ULB, waar 117 hongerstakers liggen uitgespreid, lijkt de situatie met de dag zorgwekkender te worden. Gisterennamiddag werden bijna aan de lopende band hongerstakers afgevoerd met ziekenwagens, de meesten vanwege uitputting, zuurstoftekort of na het doorslikken van batterijen. Hier en daar zit iemand te hyperventileren. Ben Tiba, de vriend van Mohamed Lamine, slikte zondag ook twee AAA-batterijen. Hij toont het attest dat hij achteraf meekreeg van het ziekenhuis. “Ondernam zelfmoordpoging”, staat er.

Batterijen slikken
Beeld Tim Dirven

In wat vroeger een cafetaria moet zijn geweest, gaat het van de ene crisissituatie naar de andere. Er zijn drie artsen-vrijwilligers, maar ze komen handen tekort. Het is een komen en gaan van verplegers van de Brusselse brandweer. Die uitgelegd trachten te krijgen dat zo’n batterij er langs achter wel weer uit zal komen, ook al wordt dat door de anderen heftig betwist: “Wij zijn hongerstakers, onze spijsvertering ligt stil. En wij zijn geen honden! Hij daar (wijzend naar Tiba, DDC), hem namen ze wel mee naar het hospitaal; waarom mijn broer dan niet?!”

Iemand besluit: “We zullen wel een andere ambulance bellen!”

Het lijkt alsof de hongerstakers beurtelings de limieten van de automutilatie opzoeken, alsof een fatale afloop niemand nog wat uitmaakt. In de Begijnhofkerk sneed een van hen vorige week zijn arm open. “We komen nu in de fase waarin het lichaam onherstelbare schade wordt toegebracht”, zegt een woordvoerster van de USPR. “Het kan volstaan dat iemand ongelukkig valt om nooit meer te kunnen herstellen van zijn wonden.”

“Toch doen we verder”, zegt Youssef Salhi. “Tot we gehoord worden.”