Vier cruciale hervormingen voor dit najaar

België kwam totnogtoe vrij goed door de crisis, maar de grote test volgt dit najaar. Als we echt sterker uit deze crisis willen komen, moeten we de komende maanden verregaande hervormingen uitwerken op vlak van pensioenen, arbeidsmarkt, fiscaliteit en overheidsfinanciën. Lukt dat niet, dan dreigen we de komende decennia geleidelijk aan welvaart in te boeten.  

Goed nieuws vorige week, toen de Europese Commissie (zoals verwacht) het Belgische relanceplan goedkeurde. Dat zet de deur open voor een éénmalige investeringsimpuls van 5,9 miljard euro. Het was evenwel al langer duidelijk dat dat plan op zich niet zal volstaan om onze economie structureel naar een duidelijk hoger groeipad te brengen. Daardoor blijven de bedragen (gespreid over vijf jaar) te beperkt, en ontbreken vooral cruciale hervormingen. De federale regering werkte dan ook aan een extra relanceplan dat nog voor het zomerreces gelanceerd zou worden, maar die ambitie liet ze ondertussen varen. De focus verschuift daarvoor nu al naar het najaar wanneer een aantal werven op de agenda staan die onze economie de komende tien jaar (en mogelijk langer) zullen bepalen.

1. Pensioenhervorming

De volgende 30 jaar komen er in ons land (netto) 900.000 gepensioneerden bij. En anders dan in andere landen is ons pensioenstelsel daar nog altijd niet op voorbereid. Voor begin september is een hervorming van de pensioenen aangekondigd. Die moet de houdbaarheid en de geloofwaardigheid van het pensioenstelsel veilig stellen. Dat vereist een bijsturing van de al te genereuze ambtenarenpensioenen, een beperking van de gelijkgestelde periodes (waarbij pensioenrechten opgebouwd worden in periodes waarin niet gewerkt wordt), een versterking van de aanvullende pensioenpijlers en correcte incentieven om meer mensen langer aan het werk te houden. Ruimte voor extra pensioenbeloftes is er niet of nauwelijks. 

2. Werkgelegenheidsconferentie

Bij haar aantreden schoof de federale regering de doelstelling van een werkzaamheidsgraad van 80 procent naar voor. Vandaag zitten we op 70 procent (of 671.000 werkenden onder de doelstelling), en werden nog zo goed als geen concrete maatregelen genomen om daar verandering in te brengen. Meer mensen aan het werk is nochtans een cruciaal element om onze welvaartstaat overeind te houden. Daarvoor moeten we meer inzetten op flexibiliteit op de arbeidsmarkt (qua statuten, qua werkuren en -organisatie, …), veel breder allerlei niet-actieven gaan activeren, de inspanningen voor opleiding opvoeren, de uitkeringsstelsels gaan bijsturen, … 80 procent werkzaamheid lukt vandaag al in Duitsland, Nederland, Zweden en Zwitserland. De werkgelegenheidsconferentie moet het startschot zijn van dringende concrete maatregelen in die richting, niet een zoveelste praatbarak.

3. Fiscale hervorming

Niet alleen hebben wij vandaag bij de zwaarste totale belastingdruk van Europa, onze belastingen wegen dan ook nog eens extra op economische activiteit, met hoge belastingen op werken en ondernemen, een overdreven complexiteit en een kluwen van uitzonderingsmogelijkheden. Een grote fiscale hervorming dringt zich al langer op en staat nu eindelijk op de agenda. Die hervorming moet ons belastingstelsel transparanter en eenvoudiger maken, en meer ondersteunend voor duurzame economische activiteit. Dat impliceert o.m. een verschuiving van de belastingdruk op arbeid naar consumptie en vervuilende activiteiten. 

4. Stappen naar gezonde overheidsfinanciën

Onze overheidsfinanciën waren voor corona al wankel, en de crisis legde daar nog een miljardenfactuur bovenop. Vandaag zitten die overheidsfinanciën op een onhoudbaar traject. Die terug op de rails krijgen zal een langdurige inspanning vergen. In de begroting die dit najaar opgemaakt moet worden, kunnen we best al de eerste stappen op die lange weg uittekenen. Dat betekent niet dat we vol op de budgettaire rem moeten gaan staan, maar wel dat we de eerste initiatieven richting gezondmaking van de overheidsfinanciën moeten nemen. Dat vereist vooral inspanningen om de overheidsuitgaven terug onder controle te brengen. Volgens de huidige ramingen stabiliseren die na deze crisis op 55 procent van het bbp. 

Totnogtoe kwam België vrij goed door deze crisis. Maar het wordt dringend tijd om verder te kijken. De structurele handicaps waarmee we voor deze crisis geconfronteerd werden, zijn niet verdwenen, integendeel. Als we echt sterker uit deze crisis willen komen, dan moeten we nu verregaande structurele hervormingen uitwerken. Het najaar wordt op dat vlak een cruciale periode die de toekomst van onze welvaartsstaat mee zal bepalen. De recentste politieke signalen zijn niet meteen hoopgevend (bijv. ook de schermutselingen rond het loonakkoord), maar als we de kans om te hervormen nu laten liggen, zullen we de komende decennia geleidelijk aan welvaart inboeten.    


De auteur Bart Van Craeynest is hoofdeconoom bij Voka en auteur van het boek Terug naar de feiten 

Meer