Direct naar artikelinhoud
Voor u uitgelegdVaccinatie kinderen

Waarom het noodzakelijk is dat 12- tot 15-jarigen óók gevaccineerd worden

Een meisje wordt ingeënt tegen corona in Nederland. Ook in België kunnen straks 12- tot 15-jarigen gevaccineerd worden.Beeld ANP

Om groepsimmuniteit te bereiken, zullen ook 12- tot 15-jarigen uitgenodigd worden voor vaccinatie. Maar waarom is dat nodig? Hoe gaat dat precies in zijn werk? En wat als ze geen prik willen? 

1. Wat is er beslist?

De Interministeriële Conferentie (IMC) van de ministers van Volksgezondheid heeft woensdag beslist dat alle 12- tot 15-jarigen in ons land gevaccineerd mogen worden. Het risico voor deze leeftijdsgroep om zwaar ziek te worden is beperkt. “Toch is het vaccineren van deze doelgroep belangrijk, omdat ze bijdraagt tot het verhogen van de vaccinatiegraad en het bereiken van groepsimmuniteit”, motiveert Vlaams minister van Welzijn Wouter Beke (CD&V). 

Simpelweg: hoe meer kinderen een prik krijgen, hoe minder het virus kan circuleren. Zeker met de toename van besmettingen met de deltavariant, is dat niet onbelangrijk. 

De beslissing volgt na eerder advies van de Hoge Gezondheidsraad, verschillende experts en het coronacommissariaat. Het is aan de deelstaten om te kijken hoe ze dat praktisch uitwerken. 

In Vlaanderen krijgen alle 299.000 kinderen uit de leeftijdsgroep een persoonlijke brief in de bus waarmee ze naar een vaccinatiecentrum in de buurt kunnen. Dat zou ook de bedoeling zijn voor de 145.000 en 176.000 leeftijdsgenoten in Brussel en Wallonië.

Kinderrechtencommissaris Caroline Vrijens.Beeld Joris Casaer

2. Wanneer worden ze gevaccineerd? 

In Vlaanderen worden de brieven in de komende weken verstuurd. De eerste prikken worden wellicht toegediend vanaf 19 juli. Kinderen die niet ingaan op de vaccinatie-uitnodiging, bijvoorbeeld omdat ze op kamp of vakantie zijn, krijgen in augustus of september een nieuwe kans.

Hoeveel 12- tot 15-jarigen een vaccin willen, is onduidelijk. Kinderarts Petra Schelstraete van het UZ Gent gelooft dat er een grote vaccinatiebereidheid is. “Kinderen hopen er al langer op”, zegt ze. Kinderrechtencommissaris Caroline Vrijens pikt wel vragen en bedenkingen op. “Informatie op kindermaat over wat zo’n vaccin omvat, is noodzakelijk. Deze moet niet alleen via brief verstrekt worden, maar ook in het vaccinatiecentrum.” Volgens minister Beke wordt daaraan tegemoet gekomen.

Volgens de Grote Coronastudie van de UAntwerpen willen veel ouders zo’n prik voor hun zonen of dochters, zeker als ze zelf gevaccineerd zijn. Op de vraag ‘Bent u bereid uw kind te laten vaccineren als dat wordt aangeraden door de Hoge Gezondheidsraad?’ zei vorige week 79 procent van de 14.200 deelnemers ‘ja’ als het gaat over 12- tot 15-jarigen. Bij 16- en 17-jarigen was de vaccinatiebereidheid het hoogst (89 procent), bij kinderen jonger dan 12 het laagst (66 procent).

3. Beslist het kind of de ouder?

In tegenstelling tot de 16- en 17-jarigen hebben 12- tot 15-jarigen de toestemming van hun ouders nodig. Die moeten een document ondertekenen of het kind begeleiden naar het vaccinatiecentrum. 

Het Kinderrechtencommissariaat heeft daar bedenkingen bij. “Als er over medische handelingen beslist moet worden, dan schuift de wet op patiëntenrechten helemaal geen leeftijdsgrens naar voren. Een jongere moet vooral bekwaam zijn”, aldus Vrijens. Deze bekwaamheid wordt ingeschat door een huisdokter of CLB-arts. “Maar zij zijn natuurlijk niet in een groot vaccinatiecentrum aanwezig, vandaar dat wellicht een meer pragmatische oplossing is gezocht.” 

Vrijens voorspelt niet veel problemen rond het beslissingsrecht. “De meeste ouders en kinderen zullen in gesprek gaan en consensus vinden.” Dat neemt niet weg dat er procedures nodig zijn voor situaties met onenigheid. Het kan niet dat ouders hun zoon of dochter, tegen hun wil, verplichten tot een vaccin. “Medewerkers in de vaccinatiecentra moeten expliciet vragen of een kind akkoord is om gevaccineerd te worden. Zegt het nee, dan kan de vaccinatie niet plaatsvinden. Het kind heeft het laatste woord.” 

Andersom moet er ook aandacht zijn voor kinderen van vaccinweigeraars. Vrijens: “Stel dat zij een vaccin willen, maar niet aan een handtekening of vervoer kunnen geraken. Zo’n kinderen moeten zo’n situatie kunnen melden.” Volgens Gudrun Briat van de Taskforce Vaccinatie stappen ze best naar de huisarts dan. “Als er tussen de ouders onenigheid is over de vaccinatie, wordt zoiets voor de jeugdrechtbank beslecht.”

4. Welk vaccin wordt voorzien?

Alle 12- tot 15-jarigen worden ingeënt met Pfizer/BioNTech. Dat is voor minderjarigen vooralsnog het enige vaccin dat goedgekeurd is. Moderna deed recent een aanvraag bij het Europees Geneesmiddelenbureau EMA voor een toepassing bij minderjarigen. Maar daarover is nog niets beslist. 

Volgens professor Schelstraete is Pfizer/BioNTech voor minderjarigen een zeer doeltreffend vaccin. Concreet zijn er twee prikjes nodig, met vijf weken tussen. “De bijwerkingen zijn dezelfde als deze voor volwassenen. De meest voorkomende klachten zijn mild en gaan na een paar dagen voorbij. Het gaat om pijn in de arm, vermoeidheid, hoofdpijn, spierpijn, koorts.” In heel uitzonderlijke gevallen kunnen jongens en mannen onder de 30 jaar een hartspierontsteking riskeren. “Maar dat gaat om 20 gevallen op een miljoen gevaccineerden. Dat is nog zeldzamer dan de kans dat een kind heeft om het Kawasaki-syndroom op te lopen bij een coronabesmetting. Zo’n ontsteking is ook te behandelen.”

Ons land is trouwens niet het enige dat vaccins aan jongeren aanbiedt. De Verenigde Staten en Canada doen dat al langer en dichter bij huis worden 12- tot 15-jarigen gevaccineerd in Nederland, Frankrijk, Oostenrijk en Israël.