Direct naar artikelinhoud
AchtergrondWattages

Wout van Aert wint de Tour… in de klasse tot 80 kilogram

De Fransman Kenny Elissonde ziet sterretjes in het wiel van Wout van Aert op de Mont Ventoux.Beeld Photo News

Wout van Aert, bijna 80 kilogram. Kenny Elissonde, amper 52 kilogram. En toch moest die laatste Van Aert laten gaan op de Mont Ventoux. Hoe dat kan? Inspanningsfysioloog Peter Hespel geeft inzicht in de straffe cijfers.

“Hij kan er twee keer in”, klonk het woensdag bij de commentatoren. Tikkeltje overdreven natuurlijk, maar het was te opvallend om het niet te zien: Wout van Aert (26) met op de flanken van de Ventoux verstopt in zijn wiel de kleine Kenny Elissonde, bijna 30 kilogram lichter. Even later leek alle logica te worden getart: Elissonde moest de Belgische kampioen laten gaan. 

Kleine kanttekening: Elissonde is geen hoogvlieger. De 29-jarige Fransman boekte in zijn tienjarige profcarrière welgeteld één overwinning die naam waardig, een rit in de Vuelta in 2013 met aankomst op de steile Angliru. Maar het blijft iets uitzonderlijks wat Van Aert presteerde.

“Het is eigenlijk heel simpel uit te leggen”, begint Peter Hespel, hoogleraar inspanningsfysiologie aan de KU Leuven en begeleider van heel wat topsporters. “Om even snel bergop te rijden als een concurrent moet je evenveel watt per kilo kunnen duwen én even lang. Het is daarnaast al langer dan vandaag bekend dat Van Aert bijzonder hoge absolute vermogens kan trappen, waarmee hij dus zijn hogere lichaamsgewicht compenseert."

Bergop rijden zit voor een stuk in het hoofd, weet Hespel, maar voor de rest is het iets wiskundig. “Er zijn mensen die berekeningen maken van ‘zoveel watt per kilo, oei, dat is wat veel, die gebruikt doping’. Maar ik ga uiteraard helemaal niet akkoord met dat soort weerspiegelingen. Het zegt wel dat bergop rijden een soort mathematisch gebeuren is van hoeveel watt per kilo je moet duwen om zo snel bergop te rijden. En ja, Van Aert kan bijzonder lang zeer hoge wattages trappen.

“Neem een eenvoudig getal: 6 watt per kilo. Als je 50 kilo weegt, dan moet je 300 watt trappen. Van Aert, die moet dan met zijn 80 kilo 480 watt duwen om even snel bergop te rijden als die renner van 50 kilo. Dat is heel simpel, anders ga je niet even snel. En Van Aert kan dat.”

Pogacar? Ander verhaal

Dat hij eerst nog een kilo of tien moet afvallen, reageerde Van Aert enkele dagen geleden op de vraag of hij de Tour kan winnen. Hespel moet lachen. “Ik denk dat hij met zijn prestaties zijn eigen uitspraak heeft ontkracht. Maar ik wil wel nuanceren. Als je kijkt hoeveel tijd Tadej Pogacar heeft goedgemaakt in de beklimmingen, dat is wel wat. Pogacar is vertrokken aan de eerste Ventoux met vijf minuten achterstand op Van Aert. Hoeveel was het aan de finish? Anderhalve minuut? Stel dus dat die twee samen aan de beklimming waren begonnen, dan krijg je een ander verhaal. 

“Dus Van Aert heeft zeker meer watt per kilo geduwd dan de concurrenten die bij hem aan het rijden waren, maar minder dan Pogacar en Vingegaard, die tijd hebben goedgemaakt. Van Aert trapte in absolute wattage meer, maar in watt per kilogram minder. En als je de Tour wilt winnen, moet je in staat zijn om weg te rijden van je directe concurrenten.”

Eén ding staat echter vast, zegt Hespel: “In zijn gewichtscategorie zou Van Aert de Tour winnen. Daar is weinig discussie over, denk ik. Hij heeft woensdag niet getoond dat hij de beste klimmer is in de Tour, maar wel dat hij een betere is dan Alaphilippe en Mollema, de jongens die bij hem waren. Hij trapte gewoon meer watt per kilo, zonder discussie. Dat is het.”

Zijn raid in cijfers

73,2 km/u over eerste vijf kilometer van (eerste) afdaling Ventoux. Hoogste gemiddelde snelheid op Strava.

101,5 km/u maximale snelheid in afdaling naar Malaucène

1u00:02 over laatste beklimming Ventoux vanuit Bédoin. Negende tijd op Strava. Tadej Pogacar klokte 57:16.

58:00 over eerste, makkelijkere beklimming vanuit Sault