Direct naar artikelinhoud
NieuwsHongerstakers

Hoe lang kan een lichaam het uithouden zonder voedsel? ‘De hongerstaking nadert een kantelpunt’

Hoe lang kan een lichaam het uithouden zonder voedsel? ‘De hongerstaking nadert een kantelpunt’
Beeld Tim Dirven

De hongerstaking van 400 mensen zonder papieren in Brussel gaat haar achtste week in en de situatie dreigt te escaleren. Terwijl een politiek akkoord uitblijft, dreigen actievoerders onomkeerbare gezondheidsschade op te lopen. Hoe lang kan je voedsel weigeren voor het lichaam opgeeft?

De sfeer in de Begijnhofkerk in Brussel is grimmiger dan ooit. Sinds woensdag laten de 200 mensen zonder papieren die in het gebouw aan een hongerstaking deelnemen – de andere actievoerders zitten op de VUB-campus – niemand meer binnen, tenzij voor medische interventies. Dat is meer dan ooit noodzakelijk. “De hongerstaking nadert een kantelpunt waarbij mensen klachten ontwikkelen die nooit meer zullen verdwijnen”, zegt Rita Vanobberghen, die als vrijwillig arts de actievoerders opvolgt.

Dat een groot deel van de mensen zonder papieren pas nu met ernstige gezondheidsproblemen kampt, is niet zo verrassend. Uit gegevens van de Johannes Wier Stichting, een Nederlandse organisatie die zich met de relatie tussen gezondheidszorg en mensenrechten bezighoudt, blijkt dat gezonde personen met een gemiddeld BMI tijdens de eerste weken van een hongerstaking weinig risico op langdurige schade lopen als ze medisch begeleid worden.

Wanneer het lichaam geen vast voedsel meer binnenkrijgt, doet het eerst een beroep op de suikerreserves. Dan spreekt het het vetpercentage aan. Daardoor krijgen mensen eerst last van onschuldige klachten zoals duizeligheid, een verlaagde bloeddruk en een vertraagd metabolisme. Hoe lang deze fase duurt, hangt af van de fysieke eigenschappen van de hongerstaker in kwestie. “Mensen die zwaarder gebouwd zijn”, zegt Vanobberghen, “kunnen langer zonder eten. Maar hun aandeel binnen de groep actievoerders in Brussel is klein.”

Reserves opgebruikt

Bij hulporganisatie Dokters van de Wereld merken ze op dat veel mensen in de Begijnhofkerk al in een gevaarlijker stadium van de hongerstaking verkeren: hun suiker- en vetreserves zijn opgebruikt en hun lichamen breken spiermassa af om te overleven. Christophe Matthys, professor humane voeding aan de KU Leuven, is bezorgd over de vitale organen van de hongerstakers. “In deze fase kunnen zenuwbanen verstoord raken en lopen mensen een hoger risico op nierproblemen en hartfalen”, vertelt hij. “Deze problemen kunnen ook na het einde van de actie aanslepen.”

Volgens de Johannes Wier Stichting belanden gezonde hongerstakers gemiddeld na acht tot negen weken in coma, maar Vanobberghen speculeert niet over hoeveel tijd de Brusselse sans-papiers nog rest voor hun lichamen het opgeven. “We houden hun bloeddruk en hartslag in de gaten en bieden medische ondersteuning. Dat is alles wat we kunnen doen, we kunnen niemand verplichten om met de actie op te houden.”

Een hongerstaker aan de Begijnhofkerk in Brussel.Beeld Marc Baert

Matthys waarschuwt dat zelfs als staatssecretaris voor asiel en migratie Sammy Mahdi (CD&V) morgen een collectieve regularisatie zou aankondigen, het gevaar voor permanente gezondheidsschade niet geweken is. “Na zo’n actie dreigen mensen het refeeding-syndroom te ontwikkelen. Daarbij is het metabolisch systeem er door langdurige ondervoeding niet meer op voorzien nog koolhydraten te verwerken, waardoor het lichaam in de war raakt wanneer het alsnog voedsel moet opslaan. Deze problemen kunnen tot hartritmestoornissen en neurologische problemen leiden.” 

Het is belangrijk de vitaminewaarden in de gaten te houden als de hongerstaking eenmaal afgelopen is, zegt Matthys. “Een langdurig tekort aan B-vitamines kan tot depressies leiden. Artsen kunnen voedingssupplementen voorschrijven, maar als de hongerstakers ze niet kunnen betalen, dreigen ze hun gezondheid zo opnieuw op het spel te zetten.”

Uit Vanobberghens onderzoek blijkt dat er nood is aan een betere opvolging. Zij toonde aan dat de helft van wie in 2009 aan de hongerstaking op de VUB-campus deelnam, vijf jaar later nog met psychische en fysieke problemen kampte. Het grootste deel had last van rugproblemen en maagklachten, al hadden velen ook nachtmerries en depressies. “Net daarom is een opvolging van 6 tot 12 maanden cruciaal”, aldus Matthys.