Direct naar artikelinhoud
AchtergrondOverstromingen

‘Lichamen kunnen zelfs in Nederland liggen’: Cel Vermiste Personen start ‘helse zoekactie’ naar slachtoffers

Alain Remue (Cel Vermiste Personen): 'De honden worden wel sneller afgeleid omdat er door de overstroming nog veel meer geuren van rottend voedsel in de regio hangen. Het belooft dus een moeilijke operatie te worden.'Beeld EPA

De zoekactie naar mensen die tijdens de overstromingen vermist raakten, gaat een nieuwe fase in. Met ondersteuning van speurhonden en Nederlandse experts zoekt de Cel Vermiste Personen sinds maandag gericht naar 70 mensen. ‘De kans dat we nog overlevenden vinden, wordt steeds kleiner.’

Alain Remue staat al meer dan 25 jaar aan het hoofd van de Cel Vermiste Personen, maar nooit leidde hij een moeilijkere zoekactie dan die naar de vermoedelijke slachtoffers van het noodweer dat vorige week over het zuidoosten van ons land trok. De overstroomde regio’s zijn moeilijk bereikbaar, op verschillende plekken is het instortingsgevaar nog niet geweken en ondertussen is er nog steeds geen concreet overzicht met namen van personen die effectief vermist zijn. Momenteel hebben Remue en zijn team enkel een lijst in handen van burgers die bij noodnummer 1771 en lokale politiekantoren als ‘vermoedelijk spoorloos’ of onbereikbaar werden aangegeven. “Voor een deel van hen kan het bijvoorbeeld onmogelijk zijn om een teken van leven te geven omdat ze niet langer over een telefoon beschikken. Toch worden de verdwijningen elke dag zorgwekkender”, zegt Remue.

Nadat hulpdiensten de afgelopen dagen al onder het puin van ingestorte huizen naar slachtoffers zochten, zijn de Cel Vermiste Personen en een Nederlands onderzoeksteam sinds maandag aanwezig in Pepinster en Esneux om er meer gerichte zoekacties op poten te zetten. De regio’s werden zwaar getroffen door het noodweer en daardoor werden er tijdens het weekend al heel wat slachtoffers teruggevonden. 

Remue vermoedt dat de zoektocht naar vermisten vanaf nu moeilijker wordt. Volgens hem is de kans klein dat er nog veel slachtoffers in de dorpskernen liggen, daarom trekt hij met honden die getraind zijn om lijkgeuren op te sporen door de natuurgebieden die vlakbij de Waalse gemeentes liggen. “Het Belgische team heeft drie honden die telkens anderhalf uur geconcentreerd kunnen werken. De dieren worden wel sneller afgeleid omdat er door de overstroming nog veel meer geuren van rottend voedsel in de regio hangen. Het belooft dus een moeilijke operatie te worden”, klinkt het bij Remue.

Met behulp van speurhonden wordt naar vermiste personen gezocht in het puin van Pepinster.Beeld EPA

Luchtfoto’s

De onderzoeksdaden met de speurhonden zullen niet volstaan om alle vermiste mensen terug te vinden. “Alle plekken die ooit onder water stonden, zijn interessant voor ons. We zullen in de komende weken dus ook de hele provincie Luik en delen van Luxemburg en Namen moeten doorzoeken”, zegt Remue. De Cel Vermiste Personen maakt deze week luchtfoto’s om na te gaan op welke plekken nog drijfhout ligt, daar kan de zoektocht voortgaan zodra de honden klaar zijn in Pepinster en Esneux. “De hele operatie zal misschien nog maanden in beslag nemen. Een lichaam kan namelijk honderden kilometers meegesleurd worden door het water. Iemand die in Pepinster in het water belandt, kan zo weken later in het Nederlandse deel van de Maas teruggevonden worden.” 

Remue en zijn ploeg zullen tijdens hun zoektocht naar vermiste slachtoffers uiteindelijk een beroep doen op sonar-apparatuur, speciale machines waarmee het makkelijker wordt om mensen of voorwerpen die zich onder het wateroppervlak bevinden, op te sporen. Als het waterpeil de komende weken zakt, hoopt het hoofd van de Cel Vermiste Personen dat bepaalde stoffelijke overschotten vanzelf komen bovendrijven. Zodra het werk van de groep speurders erop zit, is het Disaster Victim Identification (DVI) verantwoordelijk om de slachtoffers te identificeren. Volgens Remue wordt dat een huzarenstukje: “We zullen mensen terugvinden die nooit als vermist werden opgegeven. Denk maar aan sociaal geïsoleerde burgers of daklozen. Bovendien worden dergelijke identificaties moeilijker naarmate er meer tijd verstrijkt.”

Remue begint vastberaden aan zijn zoektocht, maar roept op om de verwachtingen te temperen. “We bevinden ons niet meer in een fase waarin we levens kunnen redden. Bovendien bestaat er altijd een kans dat we bepaalde mensen nooit meer zullen terugvinden.”

Luchtfoto’s
Beeld EPA