Leider islamistische Ennahda-partij: ‘Tunesiërs zullen nooit een dictator aanvaarden’

Tunis Veiligheidstroepen sluiten het Tunesische parlement af, eind juli. 'Dit is een uitdaging waar elke jonge democratie mee te maken krijgt.' © Gettyimages

Sinds de ‘staatsgreep’ van president Kais Saied op 25 juli staan er tanks voor de regeringsgebouwen in Tunis. Parlementsvoorzitter Rached Ghannouchi, wiens partij onder vuur ligt, ontkent radicaal islamisme voor te staan.

Op 25 juli stuurde Kais Saied, die in oktober 2019 de Tunesische presidentsverkiezingen had gewonnen, premier Hichem Mechichi de laan uit, schorste de parlementaire werkzaamheden voor 30 dagen en hief de immuniteit van alle parlementsleden op. De president baseerde zich op een grondwetsartikel, maar zijn optreden vertoont alle tekenen van een staatsgreep. Saied wil de onlusten de kop indrukken die in het hele land waren uitgebroken en die zich richten tegen de islamitisch-conservatieve Ennahda-partij, onder leiding van Rached Ghannouchi (80). Haar wordt corruptie verweten.

De islamitisch-fundamentalistische Ennahda (‘Wedergeboorte’) werd in 1981 opgericht en werd al snel verboden. Na de Arabische Lente van 2011 en de val van dictator Zine El Abidine Ben Ali verleende een interim-regering de groep de toestemming om een partij te vormen. Vervolgde islamisten werden vrijgelaten uit de gevangenis en keerden terug uit politieke ballingschap. Ennahda heeft dezelfde ideologische basis als de Moslimbroederschap, maar distantieert zich daarvan. Na de eerste democratische verkiezingen sinds de Arabische Lente was de partij een van de grootste fracties in het Tunesische parlement. Sinds 2011 heeft ze altijd in de regering gezeten. Maar de voorbije maanden escaleerde de politieke en economische crisis in Tunesië: de partijen blokkeerden elkaar, en tegelijkertijd verlamde de coronapandemie de economie. Het protest tegen de dalende levensstandaard en de hoge werkloosheidscijfers klonk steeds luider. En dan was er ook nog de kwestie van compensaties voor islamisten. Saied nam de vlucht naar voren.

De islam is niet alleen verenigbaar met democratie, democratie is een plicht. Net zoals de gelijkheid van mannen en vrouwen.

Meneer Ghannouchi, u bent parlementsvoorzitter, maar tanks versperren de toegang tot het parlement. U noemt de actie van de president een staatsgreep. Wat moet er nu gebeuren?

Rached Ghannouchi: Wij geloven niet dat de president zijn plannen zal kunnen doordrukken. Tien jaar geleden heeft Tunesië een vreedzame democratische revolutie doorgemaakt, met vrouwen en jongeren in een cruciale rol. De Ennahda-partij gelooft in de verenigbaarheid van democratie en islam, en daarom hebben wij een democratische beweging op gang gebracht. Maar het Tunesische experiment zit een aantal Arabische dictaturen dwars. Zij vrezen dat de golf zal overwaaien en proberen daarom het Tunesische regime te ontwrichten. Zo hebben de media in de Verenigde Arabische Emiraten aangekondigd dat de Arabische Lente in Tunesië op haar einde loopt.

Komt de politieke en economische crisis niet vooral door de rampzalige coronacijfers?

Ghannouchi: De Tunesiche bevolking heeft het inderdaad zwaar te verduren, maar ze zal nooit een dictatoriale leider aanvaarden. Wij hopen nog altijd dat de president zal inzien dat hij zich vergist, op zijn beslissingen terugkomt en het leger vraagt om de tanks bij het parlementsgebouw weg te halen.

De president krijgt kennelijk veel steun. De mensen die op straat komen, leggen de verantwoordelijkheid voor de crisis bij uw partij.

Ghannouchi: De sociale en economische crisis was al voor de revolutie ernstig. Door corona zijn de problemen alleen maar erger geworden. De media begonnen de Ennahda-beweging te demoniseren. Vooral de sociale media hebben daar, met hun bots, een kwalijke rol in gespeeld. Beweren dat Tunesië een paradijs zal worden als Ennahda wordt uitgeschakeld, is populistische propaganda. Jonge mensen in ellendige levensomstandigheden worden gemanipuleerd om een staatsgreep tegen de democratie te plegen.

Ennahda neemt al tien jaar deel aan de regering. Is het dan verbazend dat de mensen de verantwoordelijkheid bij u leggen?

Ghannouchi: Wij dragen verantwoordelijkheid, maar niet wij alleen. Wij hebben slechts twee jaar de regering geleid en de eerste minister geleverd, in 2012 en 2013. Ook toen zaten we in een coalitie met andere islamitische en seculiere partijen. Toen er rellen uitbraken, zijn we over de partijen heen de dialoog aangegaan en uit de regeringscoalitie gestapt. In 2014 en 2021 had het land een technocratische regering. Tussen 2015 en 2019 was de regeringsleiding in handen van de Nidaa Tounes-partij, de erfgenamen van het oude regime. Wij hebben alleen twee jaar een minister geleverd. Maar het gaat uiteindelijk niet om onze partij. Wel om een snel herstel van de democratische structuren en om de nationale eenheid.

Leider islamistische Ennahda-partij: 'Tunesiërs zullen nooit een dictator aanvaarden'
© AFP

De aanleiding voor de volkswoede tegen uw partij was dat u financiële compensatie eiste voor slachtoffers van het vroegere regime, onder wie veel islamisten. Was dat wel een goed idee, in volle economische crisis en met een gigantisch aantal coronabesmettingen?

Ghannouchi: In de pers werd het voorgesteld alsof Ennahda de staatskas wilde leeghalen om de eigen mensen in paleizen te laten wonen. Maar de kwestie werd om politieke redenen gemanipuleerd, om werklozen op te hitsen. Het compensatieplan voor 60.000 slachtoffers van het oude regime ging uit van een privé-instelling die een fonds heeft opgericht en opengesteld voor donaties uit Tunesië en uit het buitenland. Het gaat om tienduizenden slachtoffers met een diverse achtergrond, die het verdienen om weer te kunnen deelnemen aan het leven. Tien jaar na hun opsluiting of ballingschap vinden ze nog altijd geen baan, ze hebben geen ziekteverzekering of enige andere bescherming. Ik zie niet wat het probleem is met een privé-initiatief dat via een fonds donaties verwerft.

U hebt onder het oude regime herhaaldelijk in de gevangenis gezeten, moest het land verlaten en keerde pas tien jaar geleden terug. Nu loopt er een onderzoek tegen uw partij. Bent u bang dat ze u weer zullen oppakken?

Ghannouchi: De kans dat het gebeurt, is reëel. De president staat momenteel aan het hoofd van de rechterlijke macht en het Openbaar Ministerie. Maar wij blijven geloven in de onafhankelijkheid van de Tunesische rechterlijke macht. Een terugkeer naar het tijdperk van Ben Ali zal niet lukken, en een dictatuur zal in Tunesië niet overleven. Wat hier is gebeurd, is een uitdaging waarmee elke jonge democratie te maken krijgt. We blijven geloven dat er democratie en eenheid komt.

Hoe ziet Ennahda zichzelf? Hoe zou een islamitische heerschappij op basis van de sharia of een islamitische democratie eruit moeten zien?

Ghannouchi: Wij zijn een democratische partij met een islamitische achtergrond. We baseren ons grotendeels op principes uit de islam, zoals rechtvaardigheid, broederschap, vrijheid, respect voor het menselijk leven. Volgens ons is de islam niet alleen verenigbaar met democratie, maar is democratie een plicht. Hetzelfde geldt voor de gelijkheid van mannen en vrouwen. Tegenstanders beschuldigen ons van vrouwonvriendelijkheid, noemen ons terroristen. Het maakt allemaal deel uit van de onvolwassen politieke strijd in ons land.

Rached Ghannouchi

– 1941: geboren in El Hamma, Tunesië

– 1962-1968: studie filosofie (Caïro en Damascus)

– Jaren zeventig en tachtig actief in de verboden islamistische oppositie tegen de seculiere Tunesische regering; wordt verschillende keren gevangengezet.

– 1989-2011: politieke ballingschap in Londen, zijn beweging wordt omgedoopt tot Ennahda.

– 2011: keert na de revolutie terug naar Tunesië. Ennahda behaalt 37 procent van de stemmen

– 2019-vandaag: voorzitter van het parlement

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content