De Amerikanen kwamen finaal uit op 39 gouden, 41 zilveren en 33 bronzen plakken. China moet het doen met 38 keer goud, 32 keer zilver en 18 keer brons. Gastland Japan staat met 27 maal goud, 14 keer zilver en 17 keer brons ook in de top 3 van het eindklassement. Groot-Brittannië (22 gouden, 21 zilveren en 22 bronzen) en Rusland, onder neutrale vlag op deze Spelen, (20 gouden, 28 zilveren en 23 bronzen) vervolledigen de top 5.

Het is, na Londen 2012 en Rio de Janeiro 2016, de derde keer op rij dat de Verenigde Staten de medaillespiegel aanvoeren bij de Zomerspelen. In 2008, toen de Olympische Spelen in Peking waren, voerde China de lijst aan met liefst 51 keer goud. De Verenigde Staten hadden toen wel meer medailles dan China, maar aanzienlijk minder vaak goud.

De Verenigde Staten blijven ook het meest succesvolle land aller tijden op de Olympische Spelen. Het land zit nu al aan een totaal van 1.063 gouden, 837 zilveren en 743 bronzen medailles. Ruim meer dan de nummer twee: dat is zowaar de voormalige Sovjet-Unie, die met 395 gouden, 319 zilveren en 296 bronzen medailles ver achterop hinkt. Groot-Brittannië bekleedt de derde plaats, gevolgd door China en Frankrijk. Maar geen enkel land komt dus in de buurt van de Amerikanen.

België net in de top 30

De Belgische delegatie beëindigt de Spelen op een 29e plaats, met drie gouden, één zilveren en drie bronzen plakken. Zevenkampster Nafi Thiam, turnster Nina Derwael en de Red Lions zorgden voor de gouden medailles. Wout van Aert pakte zilver in de wegrit en judoka Matthias Casse, marathonloper Bashir Abdi de jumpingploeg claimden een bronzen medaille. Voor België waren het de meest succesvolle Spelen sinds die van 1948 in Londen.

Nederland eindigde op een knappe zevende plek met 10 keer goud, 12 keer zilver en 14 keer brons, een recordaantal. Voor Duitsland waren het de slechtste Spelen sinds de eenmaking. Duitsland eindigde als negende met 10 gouden medailles, 11 zilveren en 13 bronzen. Italië van zijn kant kende ook uitstekende Spelen. Met 10 gouden, 10 zilveren en liefst 20 bronzen plakken braken ze hun medaillerecord. Ze werden tiende in de medaillespiegel.

Dressel de grote slokop

De meest succesvolle atleet op deze Olympische Spelen is Caeleb Dressel. De Amerikaanse zwemmer veroverde vijf gouden medailles in zijn discipline (100m vrije slag, 100m vlinderslag, 50m vrije slag, 4x100m vrije slag en 4x100m wisselslag). Op plekken twee en drie vinden we twee Australische zwemsters terug: dat zijn Emma McKeon (vier keer goud, drie keer brons) en Kaylee McKeown (drie keer goud, één keer brons).

Op deze Spelen sneuvelden ook 22 wereldrecords. De meeste daarvan vielen in het baanwielrennen (7) en het zwemmen (6), maar ook in het gewichtheffen (4) en de atletiek (3) werden nieuwe records neergezet. Tot slot werd er in het schieten en muurklimmen één nieuw wereldrecord gevestigd.