Direct naar artikelinhoud
NieuwsGuinee

Besmettelijk en dodelijk marburgvirus in West-Afrika: ‘Stel je voor dat dit óók uit de hand loopt’

In Guinee is men nu volop bezig de contacten van de besmette man in kaart te brengen. Voorlopig zijn dertien mensen geïdentificeerd.Beeld AFP

In Guinee is een man overleden aan het zeldzame marburgvirus, dat verwant is aan ebola. Het is zaak de verspreiding snel tegen te houden, want de ziekte is erg besmettelijk én dodelijk. Een nieuwe epidemie valt niet uit te sluiten.  

Guinee heeft nog maar pas een nieuwe ebola-uitbraak weten te bedwingen, maar moet zich alweer zorgen maken over een verwant virus. Een man die vorige week zwaar ziek werd en intussen overleed, bleek besmet met het zeldzame marburgvirus – een familielid van ebola.

De ziekte die door het virus veroorzaakt wordt, is niet min. Patiënten krijgen hevige koorts en bloeden uit hun lichaamsopeningen. De ziekte is ook erg dodelijk, al lopen schattingen uiteen: van 24 procent tot 88 procent. Specifieke geneesmiddelen of vaccins zijn er niet.

Het is voor zover bekend de eerste keer dat het virus opduikt in West-Afrika. De grote vraag is of het bij dit ene geval blijft. De lokale autoriteiten proberen nu in kaart te brengen met wie de man in contact geweest is, want het marburgvirus is erg besmettelijk. De Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) is Guinee te hulp geschoten om mogelijke nieuwe gevallen te detecteren en de bevolking te informeren over de gevaren.

Infectiologe Erika Vlieghe, die in 2014 als nationaal ebolacoördinator werd aangeduid voor ons land en voor haar postgraduaat naar Oeganda trok, is er niet gerust in. “De hele wereld is nog bezig met covid. Stel je maar eens voor dat dit ook uit de hand loopt. Guinee heeft natuurlijk een grote ebola-epidemie doorgemaakt, maar de ziekenzorg heeft er zeker niet het expertiseniveau van bijvoorbeeld Oeganda, waar de infrastructuur om zo’n virus in te dijken een stuk steviger is.”

De belangrijkste maatregelen zijn nu om de contacten van de overleden man in kaart te brengen en de juiste mensen zo snel mogelijk te isoleren, zegt Vlieghe. Voorlopig zijn er dertien contacten geïdentificeerd, maar dat aantal kan nog oplopen. “Men is volop bezig met die opsporing. Maar de bevolking voelt de bui natuurlijk hangen. Die mensen hebben ook niet veel zin om in quarantaine te gaan. Op die manier kan een ziekte zich verspreiden.”

Dat Guinee een vrij wankel gezondheidssysteem heeft, maakt de zaak nog een stuk lastiger. “Heel vaak begint zo’n besmetting ergens in een klein dorpje in bosrijk gebied. Daar heeft het verzorgend personeel niet meteen erg goede beschermingsmiddelen. Als ze in contact komen met bloed of andere lichaamsvochten van die patiënt, kunnen zij dus ook besmet raken. Alles hangt af van hoe goed je personeel is opgeleid en hoe solide je zorgsysteem is.”

Oorsprong

Over de oorsprong van het virus, dat van dier op mens overspringt, is nog veel onzeker. Er zijn aanwijzingen dat het afkomstig is van bepaalde vleermuissoorten, maar het is niet altijd even duidelijk waar een besmetting vandaan komt. Volgens Vlieghe zijn er ook verbanden met besmet bushmeat en sommige apensoorten.

Het marburgvirus werd voor het eerst ontdekt in 1967, bij een uitbraak in de Duitse steden Marburg en Frankfurt. Die ontstond in een laboratorium waar apennieren gebruikt werden bij de ontwikkeling van een poliovaccin. Meer dan dertig mensen raakten besmet, zeven van hen lieten het leven.  De zwaarste uitbraken werden genoteerd rond de eeuwwisseling in Congo en Angola. Daar vielen honderden doden. Voor zover bekend dook het virus voor het laatst op in 2017 in Oeganda – de vijfde uitbraak in het land in tien jaar tijd. Door snel ingrijpen was de uitbraak al na enkele weken voorbij.

In de jaren 80 experimenteerde de Sovjet-Unie met het virus als mogelijk biologisch oorlogswapen. Dat zegt althans Ken Alibek, een voormalige leidinggevende van het onderzoeksprogramma voor biologische wapens van de Sovjet-Unie. Alibek defecteerde later naar de VS. Minstens één onderzoeker zou bij de Sovjet-experimenten zelf besmet geraakt zijn en na een zware doodsstrijd overleden zijn.