De Standaard 

De meteorologische zomer is voorbij, het wordt mooi weer

Toch genieten van de zon in Knokke tijdens de kwakkelzomer. ©  Ludo Marien

De meteorologische zomer (juni, juli en augustus) is voorbij. De natste sinds het begin van de tellingen. ‘Deze zomer is nog voer voor vele en lange studies’, zegt weerman David Dehenauw, die voor de komende dagen trouwens heel mooi weer voorspelt.

Paul Demeyer

Het is september en David Dehenauw kan eindelijk zomerweer aankondigen. ‘Hoe cynisch het ook klinkt, het begin van het schooljaar brengt het weer waar we al zo lang naar snakken. Donderdag wordt het 21 graden, vrijdag stijgen we door naar 23 graden. Het weekend wordt iets frisser. Maar begin volgende week kan het kwik klimmen naar 25 graden. In de tweede helft van de week kunnen we dan wel onweer verwachten.’

Een schril contrast met wat geweest is: de natste zomer sinds het begin van de metingen. Er viel de afgelopen zomer 410,7 liter regen per vierkante meter. Een record sinds het begin van de metingen in 1833. Normaal valt in de zomermaanden 234,3 liter neerslag. Het regende afgelopen zomer ook minstens om de twee dagen, met 15 juli als de natste dag, toen er 58,9 liter per vierkante meter neerslag viel in Ukkel.

Weinig zon te zien

Het weer, dat is ook temperatuur en ook hier is afgelopen zomer een zwakkeling. De gemiddelde hoogste dagtemperaturen lagen op 21,8 graden, normaal is dat 22,5 graden. De gemiddelde koudste dagtemperaturen lagen op 17,8 graden of 1,1 graad lager dan normaal. Dat zegt misschien niet zoveel als dit: het KMI registreerde 64 lentedagen (maximaal meer dan 20 graden), slechts 14 zomerdagen (maximaal meer dan 25 graden) en geen enkele tropische dag (maximaal meer dan 30 graden). Of nog anders: op de 91 zomerdagen raakten we 13 dagen niet boven de 20 graden.

Een derde maatstaf voor het weer is zonneschijn. Hier evenaart augustus een laagterecord, met drie dagen waarop de zon totaal niet scheen, dat is even slecht als de zomer van 2006. Over heel de zomer zagen we slechts 513 uren de zon. Dat is tachtig uur minder dan normaal.

Door de straalstroom

‘Dat het zo’n ellendige zomer was, komt door de straalstroom’, zegt meteoroloog David Dehenauw van het KMI. ‘De straalstroom is de luchtrivier die zich op tien kilometer hoogte van west naar oost verplaatst. Hij ligt op de grens tussen het koude noordelijke deel van het halfrond en het warmere zuidelijke. Zijn ligging bepaalt mee welk weer we krijgen. Doordat het noordpoolgebied sneller opwarmt en de temperatuurverschillen dus kleiner worden, is de straalstroom meer gaan kronkelen of meanderen. In een regio op een “berg” van de kronkelende straalstroom is de kans op warm en droog weer groter. De dal-regio’s – waaronder wij dus – zitten in de regen en de koude. Wanneer die kronkel dan nog eens blijft hangen, zit je wekenlang met overwegend hetzelfde weer.’

Maar allicht speelt er nog meer. David Dehenauw zegt dat de zomer van 2021 voer is voor wetenschappers uit verschillende sectoren. ‘Hoe ellendig de zomer ook was, zij zal ons helpen om in de toekomst betere computermodellen en dus betere voorspellingen te maken.’