Robert Erken (77), hoofdverantwoordelijke van Jeugdhuis Josto in de periode 1980-2000 ©  Patrick De Roo

1 / 2
thumbnail:  
thumbnail: Robert Erken (77), hoofdverantwoordelijke van Jeugdhuis Josto in de periode 1980-2000 

BLIJVEN PLAKKEN. “Boenken gelijk ne zot”: broeder Robert (77) was verantwoordelijke van populair Jeugdhuis Josto

Deurne -

Jeugdhuis Josto was in de jaren 80 en 90 een van de grootste jeugdhuizen in Groot Antwerpen. Met het jeugdhuis zelf en ‘den Bunker’ voor de metalfans in de kelder is er behoorlijk wat gefeest. Robert Erken (77) was hoofdverantwoordelijke in die periode én broeder in het nabijgelegen klooster. “Als ze mij in het klooster zeiden dat Josto het weer te luid had gemaakt, dan zei ik dat het niet van ons kwam, maar van het café op de hoek”, lacht hij.

Jan Stassijns
-

 

Blijven Plakken

Het voorbije anderhalf jaar leefden we met de rem op. En dat was ooit wel anders. In deze reeks blikken we nostalgisch terug op onze wonderjaren 80 en 90. De jaren waar in Antwerpen, de Kempen of Mechelen in de verste verte geen avondklok viel te bespeuren.      

 

“Ik ben er eigenlijk toevallig ingesukkeld”, zegt Robert Erken (77). “Het jeugdhuis zocht afwassers tijdens Josto Kermis in 1976. Ik moet dat heel goed hebben gedaan, want ik mocht daarna nog eens terugkomen (lacht). Ik was toen al 32, niet jong meer, maar mijn leeftijd heeft nooit een rol gespeeld. Ik voelde me vanaf het begin goed.”

Robert Erken achter de kassa in jeugdhuis Josto in de jaren 80. Het thema die dag? Tiroler! ©   rr

Van afwasser schopte Robert het al snel tot administratief verantwoordelijke. “Ik was een van de weinigen die toen al met de computer werkten. De ledenlijst was nog een boekje en ik heb dat gedigitaliseerd. Niet veel later kwam ik in de kern terecht om begin jaren 80 hoofdverantwoordelijke te worden.”

“In die tijd hadden we meer dan driehonderd leden, waarvan zeker 70% wekelijks naar onze activiteiten kwam. Wij waren toen een van de grootste jeugdhuizen in Groot Antwerpen. Elke week was er iets te doen. Vijf dagen in de week hielden we het jeugdhuis open.”

Gouden jaren

“De jaren 80 tot 2000 waren de gouden jaren. Het jeugdhuis zat elke avond afgeladen vol. Vroeger was er niet zo veel voor de jeugd. Dus als ze iets vonden dat hen beviel, bleven ze hangen. Josto was een tweede thuis voor héél veel jongeren. Maar de laatste jaren, en dat geldt voor alle jeugdhuizen, zijn het meer ‘bushokjes’ geworden. Ze blijven even hangen en om 23u is iedereen weg naar ’t Stad.”

Dé topmomenten in Josto waren de zaterdagavonden: de fuiven. “Dan was het hier een drukte van jewelste”, weet Robert. “Van de fuifzaal en de hal tot in de toiletten stonden de jongeren hier op elkaar gepakt. En dat was toen boenken, boenken, hè. Het was de periode van de hakkers. En je moet je voorstellen dat hier toen niets geïsoleerd was en de ramen uit enkel glas bestonden. Buiten kon je gewoon alles horen. “Mannekes, doe de deur dicht!”: hoeveel keer ik dat heb geroepen, ik zou het niet meer weten. En dan had je ook nog ‘den Bunker’, in de kelder. Dat was voor de speciale gasten: de metal- en hardrockfans.

Een sfeerbeeldje vanuit ‘den Bunker’ ©  Robert Erken

Papperige vloer

Als we Robert vragen hoe de buurt reageerde op al dat ‘kabaal’, neemt het gesprek plots een onverwachte wending. “Ik behoor zelf tot de buurt”, zegt hij. “Ik ben broeder in het klooster achter de kerk. Zowel het jeugdhuis als de Chiro hier zijn ontstaan vanuit de parochie, dus die band is er altijd geweest. Al heb ik mezelf nooit verkocht als broeder in het jeugdhuis. Ik ging spontaan om met die gasten en dat werd geapprecieerd. Het belette me niet om mee te boenken gelijk ne zot(lacht). Ik stam uit de tijd van de rock-’n-roll, dus ik was wel wat gewoon. Ik werd in het klooster weleens aangesproken op het feit dat Josto het weer te luid had gemaakt. Maar dan zei ik altijd: “Dat waren wij niet, dat lawaai kwam van ’t café op de hoek.”

Ook Robert hakte er op los in jeugdhuis Josto. ©  rr

Robert moet lachen. “Dat waren plezante tijden. Maar we organiseerden ook heel wat activiteiten voor de buurt, zoals de Josto Kermis, een ontbijt op zondag. Ze mochten met hun kinderen ook op de terreinen spelen in de vakanties. We hadden ook vrijwilligers uit de buurt die ons kwamen helpen. Onze poetsvrouw bijvoorbeeld, een schat van een vrouw. Zij kwam na de fuiven altijd poetsen. Ik heb haar nooit hoor klagen en wie ooit op onze fuiven is geweest, weet dat het er behoorlijk smerig achtergelaten werd. De vloer was één papperige bedoeling. Elk keer als ik haar zag, verontschuldigde ik mij bij haar. Maar weet je wat ze dan elke keer zei? ‘Dat is een teken dat het goed is geweest.’ Ja, goed was het zeker.”

Test wat er bij jou is blijven plakken over uitgaan in de jaren 80 en 90 in je gemeente met onze Plakquiz

Lees hier alle plakverhalen uit jouw gemeente en ver daarbuiten

 ©  Robert Erken

Jeugdhuis Josto vandaag. ©  Patrick De Roo

Jeugdhuis Josto in de jaren 90. ©  Robert Erken

Aangeboden door onze partners

Hoofdpunten

Aangeboden door onze partners

MEER OVER Blijven Plakken