Waarom we niet te lang mogen wachten met de begrotingsinspanning van 23 miljard

Onze overheidsfinanciën waren voor corona al wankel, en dat is met de crisis uiteraard niet verbeterd. Om die overheidsfinanciën terug op de rails te krijgen, ligt een inspanning van 23 miljard te wachten. 

Het voorbije anderhalf jaar deden onze overheden enorme inspanningen om onze bedrijven en gezinnen doorheen de coronacrisis te helpen. Dat was de juiste beleidskeuze, maar daar hangt natuurlijk wel een prijskaartje aan vast. En datkomt bovenop overheidsfinanciën die al voor deze crisis vrij wankel stonden. 

Volgens het Planbureau komen we uit deze crisis met een begrotingstekort van zo’n 5% van het bbp. En alsof dat nog niet genoeg was, zijn er ook nog altijd een aantal openstaande facturen die we al langer voor ons uitschuiven, zoals die van de vergrijzing van de bevolking en die van de klimaatuitdaging, die dat tekort de komende jaren nog hoger zullen duwen.

Ongezonde situatie

Dat is geen gezonde financiële situatie. De combinatie van een al hoge overheidsschuld en een permanent groot begrotingstekort zou onze overheidsfinanciën zeer kwetsbaar maken voor risico’s zoals een stijging van de rente of een eventuele nieuwe crisis. 

Verstandig begrotingsbeleid impliceert dat we de verbeterende economische omstandigheden aangrijpen om onze overheidsfinanciën terug op de rails te krijgen. Op die manier kunnen we opnieuw marges opbouwen om toekomstige uitdagingen het hoofd te bieden. 

Die inspanningen kunnen we best geleidelijk doen. Het heeft geen zin om nu hard op de budgettaire rem te gaan staan. Maar dat betekent even goed dat we ook best niet te lang wachten om te beginnen met die inspanningen.

Geen geld voor cadeautjes

Om onze overheidsrekeningen, uitgezonderd de rentelasten, tegen 2030 terug in evenwicht te krijgen, is een budgettaire inspanning van 23 miljard in euro’s van vandaag vereist. En dat is nog zonder eventuele extra facturen zoals die voor de klimaatuitdaging of die voor structureel hogere overheidsinvesteringen. 

De komende jaren zal er dus geen geld zijn voor politieke cadeautjes, maar is een jarenlang volgehouden budgettaire inspanning noodzakelijk. Doen we dat niet, dan zullen we de prijs betalen bij volgende crisismomenten.


De auteur Bart Van Craeynest is hoofdeconoom bij Voka

Meer