Chinees vastgoedconcern Evergrande wankelt, dochter met elektrische wagens zou personeel en leveranciers niet betalen

Evergrande kreunt onder een schuldenlast van 310 miljard dollar, een van de hoogste bedrijfsschulden ter wereld. Die schuldenberg is de voorbije jaren opgebouwd om de snelle groei in zowat alle richtingen (vastgoed, industrie, media, sport, financiële diensten) te financieren en dat is uiteraard niet vol te houden.

Vandaag is in die zin een cruciale dag omdat Evergrande een aantal intrestbetalingen op leningen moest uitvoeren. Dat zou gebeurd zijn voor leningen in China zelf, maar niet voor een betaling van 83,5 miljoen dollar in  dollarobligaties aan buitenlandse investeerders. Dat is een groot, maar geen gigantisch bedrag en bovendien zou een "default" of wanbetaling pas over een maand effectief worden, maar het is toch een teken aan de wand. (Lees verder onder de foto).

Nog vandaag meldt het financiële persagentschap Bloomberg dat het filiaal Evergrande New Energy Vehicles dat elektrische wagens ontwikkelt, in de problemen zit. Dat filiaal zou een deel van het personeel al een tijd niet betaald hebben evenmin als een aantal toeleveranciers. Een aantal van die bedrijven die voor het filiaal werken, zouden hun werknemers deze zomer al uit de fabrieken van Evergrande NEV in Shanghai en de zuidelijke stad Guangzhou hebben weggehaald.

Nog een voorteken: de vastgoedgroep Chinese Estates heeft het grootste deel van zijn aandelenpakket in Evergrande verkocht en dat met groot verlies. Chinese Estates is een grote vastgoedgroep uit Hongkong en was al 12 jaar een belangrijke partner van Evergrande. Stichter Joseph Lau is een goede vriend van Evergrande-topman Hui Ka Yan en was bij zo goed als bij al diens zakendeals in China betrokken. Nu niet meer dus.

Evergrande is de op een na grootste vastgoedgigant in China, maar omvat naast elektrische wagens ook andere industriële activiteiten en financiële diensten. De ondergang van een dergelijke groep wordt vaak vergeleken met die van de Amerikaanse zakenbank Lehman Brothers, meteen de aanleiding voor de bankencrisis van 2008.

Dat scenario zou kunnen, maar kan nog altijd vermeden worden en bovendien zou de internationale impact minder groot zijn.  Het Chinese communistische regime lijkt echter niet van plan om Evergrande gewoon te redden, ook al om geen precedent te scheppen voor andere bedrijven die in schulden verzuipen.  Wel zou het zieltogende concern opgesplitst kunnen  worden in onderdelen (zoals auto's) die kopje onder mogen gaan en grotere afdelingen die systemische schokken door de Chinese economie zouden sturen en dus gered moeten worden om economische ontreddering en sociale onrust te vermijden. Want de vastgoedsector en de bouw zijn goed voor meer dan een kwart van de Chinese economie. Peking zou lokale overheden hebben aangespoord om zich voor te bereiden op de mogelijke val of ontmanteling van Evergrande. 

Het regime zou andere concerns -met enige druk- kunnen overhalen om cruciale onderdelen van Evergrande over te nemen en zou schuldeisers en obligatiehouders kunnen dwingen tot een "hair cut" of verlies van een deel van hun vorderingen. 

Wellicht zal het regime vooral de schade willen beperken in China zelf om onrust te vermijden. Probleem is dat er nog wel een pak andere grote bedrijven uit alle sectoren in een gelijkaardig lekkend schuitje zitten. Als China echter de kosten vooral afwentelt op buitenlandse investeerders, zouden die het vertrouwen in de Volksrepubliek kunnen verliezen waardoor kapitaal andere en meer veilige oorden zou opzoeken. Er staan genoeg landen in Azië te wachten om een deel van de industriële rol van China en internationale investeringen over te nemen.