Direct naar artikelinhoud
AnalyseEnergie

‘We moeten waar we van af willen duur maken: gas, stookolie, benzine en diesel. Elektriciteit moet net goedkoper worden’

‘We moeten waar we van af willen duur maken: gas, stookolie, benzine en diesel. Elektriciteit moet net goedkoper worden’
Beeld ANP

Hogere energieprijzen zijn nodig om ons van fossiele brandstoffen te doen afstappen. Maar dan moet de stijging wel op de juiste manier gebeuren. Nu ontmoedigen we net de veranderingen die we nodig hebben.

Zijn hoge energieprijzen niet gewoon goed voor het klimaat? Het is een delicate kwestie, nu blijkt dat de energiefactuur van sommige gezinnen met een variabel contract met ruim 700 euro kan stijgen, en mensen het advies krijgen zich na een korte douche in een dikke trui te hullen om de schade te beperken. Dan beweren dat er ook een goede kant zit aan dure energie, klinkt als ‘qu’ils mangent de la brioche’, de aan Marie-Antoinette toegeschreven reactie op de broodschaarste.

“Het is niet het ideale moment om ervoor te pleiten, maar op termijn zijn voldoende hoge prijzen belangrijk om de transitie naar een klimaatneutrale maatschappij te stimuleren”, zegt Kris Bachus, onderzoeksleider klimaatbeleid en duurzame ontwikkeling aan het HIVA (KU Leuven).

Voorspelbare, geleidelijke stijging

Alle experts zijn het er wel over eens dat de huidige hoge prijzen géén goede zaak zijn. “Alle economen zullen beamen dat hoge prijzen op middellange termijn aanzetten tot energiebesparing”, zegt milieu-econoom Johan Albrecht (UGent/Itinera). “Maar dan moet het om een voorspelbare, geleidelijke stijging gaan. Een plotse, sterke stijging zoals vandaag geeft mensen niet de kans om hun verbruik op een structurele manier aan te passen. Dat is niet wenselijk.”

Op lange termijn hebben stijgende energieprijzen wel een structurele impact. Al zit niet op alles evenveel rek. “Je kunt moeilijk minder vaak wassen, de vaat doen of koken”, zegt Ruben Baetens, energie-expert bij het technologie- en adviesbureau 3E. “De impact van een prijsstijging op het elektriciteitsverbruik is daardoor beperkt. Gasverbruik voor verwarming kun je wel structureel verminderen. Door te isoleren, en - nog beter - door voor alternatieven te kiezen.”

Belangrijker dan een hoge energieprijs an sich is de verhouding tussen prijzen. “Alles duur maken heeft geen zin”, zegt Baetens. “We moeten duur maken waar we van af willen: gas, stookolie, benzine en diesel. Elektriciteit moet net goedkoper worden, want die kun je vergroenen.”

Taxshift

Alleen in Denemarken en Duitsland is elektriciteit volgens cijfers van Eurostat duurder dan bij ons. “Het wordt bij ons uitzonderlijk zwaar belast”, zegt Albrecht. “Een Nederlands gezin betaalt tot 40 procent minder dan een Belgisch gezin voor hetzelfde product.”

De zuivere energiekosten zijn volgens de Vlaamse energieregulator VREG goed voor slechts 40 procent van de elektriciteitsfactuur, en voor 60 procent van de gasfactuur. “Men zegt weleens dat de energiefactuur een verdoken belastingbrief is geworden”, zegt Baetens. “Maar dat geldt eigenlijk vooral voor de elektriciteitsfactuur.”

Het huidige systeem ontmoedigt zo precies de evoluties die we nodig hebben. Gebouwen moeten we niet warm stoken met gas of stookolie, maar beter isoleren en verwarmen met elektrische warmtepompen. De industrie moet productieprocessen elektrificeren, en benzine- en dieselwagens moeten plaatsmaken voor elektrische. 

Peperdure elektriciteit moedigt dat niet bepaald aan. “Zelfs als je vandaag een warmtepomp gratis zou krijgen, rendeert ze nog niet”, zegt Baetens. “De overheid haalt nu zo’n 1,2 miljard uit heffingen op de elektriciteitsfactuur van gezinnen. Als je die in de vorm van een soort koolstofbelasting zou versluizen naar de gas- en stookoliefactuur, krijg je een budgetneutrale operatie waarbij de gemiddelde gasfactuur 250 euro duurder wordt, en de gemiddelde elektriciteitsrekening 250 euro goedkoper.”

Ook Albrecht en Bachus pleiten voor een belastingverschuiving. “Het is belangrijk dat zo’n klimaattaxshift budgetneutraal is”, zegt Bachus. “De hogere kosten op de ene factuur moet je elders compenseren.”

Tweeledig woonlandschap

Een deel van de heffingen op de elektriciteitsfactuur dient om de kosten van de energietransitie te dekken, zoals subsidies voor zonne- en windenergie. “Je kunt de vraag stellen of de overheid dat wel via de elektriciteitsfactuur moet financieren”, zegt Bachus. 

Hij wijst erop dat de overheid verschillende mogelijkheden heeft om de inkomsten die ze misloopt bij een lagere belasting op elektriciteit te compenseren. “Transportbedrijven kunnen een deel van de accijnzen die ze betalen op diesel achteraf laten terugbetalen door de overheid. Dat kost 981 miljoen euro. Of denk aan de korting die grootverbruikers in de industrie krijgen op hun energiefactuur. Dat zijn eigenlijk fossiele energiesubsidies die we beter uitfaseren, het liefst op Europees niveau.”

Hogere gas- en stookolieprijzen maken investeren in een energiezuinige woning met warmtepomp dan wel aantrekkelijker, je moet er wel het geld voor hebben. Ook daar is nog werk aan de winkel. “We stevenen nu af op een tweedeling in het woonlandschap”, vreest Albrecht. “Energiezuinige nieuwbouw en ingrijpende renovatie is alleen weggelegd voor de hogere inkomens. De lagere inkomensklasse blijft achter in slechte woningen met hoge energiefactuur.” 

Nu ondergaat jaarlijks ongeveer 1 procent van de woningen een diepgaande renovatie. Om de klimaatdoelstellingen in 2050 te halen moet dat aantal toenemen tot 3 procent of meer dan 95.000 woningen per jaar. “Bovendien moeten we daarbij voldoende aandacht besteden aan de sociale woningen en sociale huurmarkt, waar mensen minder het heft in eigen handen kunnen nemen”, zegt Bachus.

Het is goed dat de hoge energieprijzen tot nadenken stemmen, vindt Bachus. “Maar een jaar geleden, toen de gasprijs historisch laag stond, was nog beter geweest. Het was een ideaal moment voor een lastenverschuiving, zonder dat mensen daar veel van zouden voelen. Maar toen hoorde je niemand.”