Direct naar artikelinhoud
PortretChristine Mussche

Het is geen toeval dat Christine Mussche de vrouwen in de zaak-De Pauw verdedigt

Het is geen toeval dat Christine Mussche de vrouwen in de zaak-De Pauw verdedigt
Beeld Mellon

Lang voor ze bekend zou worden als #MeToo-advocate, nam Christine Mussche (64) het al op voor slachtoffers van familiaal en seksueel geweld. Nooit bracht het haar mensbeeld aan het wankelen. ‘De meesten onder ons zijn te redden.’

Een seriestalker die elke vrouw beschouwde als een verwisselbaar element in een vast scenario. Dat is het beeld van Bart De Pauw dat Christine Mussche deze week op de rechtbank schetste. Vier jaar nadat publiekelijk bekend raakte dat De Pauw sommige van zijn stagiaires en medespeelsters onder seksueel getint sms-verkeer bedolf, ging in Mechelen het strafproces tegen de tv-maker van start.

In naam van negen vrouwen die zich burgerlijke partij tegen hem stelden, beschreef strafpleiter Christine Mussche samen met haar confrater in een zeven uur durend pleidooi de schaduwkant van De Pauw. Het beeld van de grappige, bijwijlen geniale acteur, scenarist en regisseur dat ze daarvoor moest doorprikken, raakte misschien wel de belangrijkste nevenkwestie van het proces, omdat het de zaken niet alleen op scherp stelt voor de betrokkenen, maar voor elke tv-kijker. Want wie heeft nooit gelachen met Meester, hij begint weer, Het geslacht De Pauw of Willy’s en ­Marjetten?

“We hebben iemand vijftien jaar lang iedere week op tv de ideale schoonzoon zien spelen: om te geloven dat hij in staat was tot stalking, moeten we eerst ons eigen inschattings­vermogen in vraag stellen”, zei Mussche daar eerder over. “Voor velen, vooral mannen, was dat een moeilijke oefening. Als hij echt in de fout is gegaan, dan hebben we ons allemaal vergist –­ of toch voor een stuk. Want het is niet omdat hij dat gedaan zou hebben, dat hij niet óók een geniaal tv-maker kan zijn. Het ene sluit het andere niet uit.”

Begrijpcultuur

Meer psycholoog dan juriste: als het advocatenkantoor van Walter Van Steenbrugge, waar Mussche sinds de start in 1988 vennoot is, een zaak binnenkrijgt waarin de menselijke verhoudingen centraal staan, komt die steevast bij haar terecht. Voor Mussche geen drugszaken, financiële misdrijven of sportrecht. Ook de technische kant van een dossier interesseert haar niet, daarvoor berust ze op haar collega-specialisten. Het is Mussche te doen om de mensen achter de feiten: waarom doen misdadigers wat ze doen, en hoe beïnvloedt dat hun slachtoffers?

“Daar gaat ze ver in”, zegt Walter Van Steenbrugge. “Van alle sms’jes in de zaak-De Pauw is er niet één aan haar aandacht ontsnapt.” Mussche is kieskeurig in de zaken die ze aanneemt. Haar stelregel: er moet genoeg bewijs zijn, anders begint ze er niet aan. “Maar als ze toezegt, begraaft ze zich volledig in het dossier. Ze laat zich bijstaan door een team van forensisch deskundigen, met onder meer psychiaters, psychologen, een gedragsdeskundige en een moraalfilosoof. Uit die gesprekken put ze energie en denkstof. In haar vrije tijd leest ze ook veel boeken over psychologie.”

Bij grote dossiers, zoals de zaak-De Pauw, gaat Mussche voor de start van het proces in quarantaine om zich voor te bereiden. Dat doet ze thuis, weg van de prikkels van het kantoor, waar medewerkers haar concentratie niet kunnen doorbreken. Wie dat toch doet, kan soms op een kribbige reactie rekenen. Afgelopen zomer, toen Mussche op vakantie was in Italië, had ze het dossier zelfs bij zich om op rustige momenten te kunnen voortstuderen.

Christine Mussche verlaat de rechtbank in Mechelen.Beeld BELGA

“Ik ben nu eenmaal meer gewonnen voor een begrijpcultuur dan voor een verwijtcultuur”, zei Mussche daar zelf over in Humo. “Vooral omdat we vandaag verder staan dan ooit in het begrijpen van gedrag, van psychologische aandoeningen. De neurobiologie leert ons hoe weinig controle we hebben over wat we doen en waarom: dat is zó fascinerend. Onze intenties zijn vaak niet meer dan een uitleg achteraf om te verklaren wat we al gedaan hebben. Net daarom moet je meer dan ooit dat proces ontrafelen en er iets nuttigs mee doen. Dát is beschaving.”

Geen eeltlaag

De advocate trad de voorbije jaren vaker op in wat genoegzaam #MeToo-zaken zijn gaan heten: dossiers waarin vrouwen pesterijen, aanranding van de eerbaarheid of ongewenst seksueel gedrag ondervonden van hun meerderen. De twaalf danseressen van Troubleyn, het gezelschap van kunstenaar Jan Fabre die seks eiste voor een solo, vonden bij haar een luisterend oor, net als de vrouwelijke chauffeur die door topmagistraat Johan Sabbe seksueel werd lastiggevallen. Mussche pleitte ook voor de vrouw die verkracht werd door uroloog Bo Coolsaet. Die laatste had het voor zijn proces, toen nog eens 25 vrouwen lieten weten dat ze het slachtoffer waren geworden van zijn ontoelaatbare dokters­praktijken, laatdunkend over een ‘processie naar Mariakerke’, verwijzend naar het kantoor van Mussche.

Al sinds het begin van haar carrière neemt Mussche het op voor slachtoffers. “Toen ik pas aan de balie was, kreeg ik pro Deo enkele zedenzaken toegewezen. Eén ervan ging over een vader die zijn 6-jarige dochter had misbruikt. Ik was advocaat voor het slachtoffer en haar moeder. En dan hoor en lees je dingen waarvan je dacht dat ze niet bestonden, of toch niet in die erge mate. Door die zedenzaak ging voor mij een andere wereld open. Ik was zo onder de indruk van die zaak dat ik me in de materie ben gaan verdiepen. En zo is dat gegroeid.”

Mussche, die geboren werd in Scheldewindeke en opgroeide in Destelbergen, haalde in 1984 haar licentiaat in de rechten aan de toenmalige Rijksuniversiteit Gent. De eerste stappen aan de balie zette ze onder het toeziend oog van haar patron Ignace Peckstadt, een naam als een klok in het Gentse: naast zijn bezigheden als advocaat was Peckstadt priester in de orthodoxe kerk. Als jonge advocaat was ze geïnteresseerd in jeugdrecht, maar nadat ze samen met Van Steenbrugge in een pro Deo-zaak een straf met veel uitstel kreeg voor een man die vijf kilo coke had gesmokkeld, besloten de twee samen in zee te gaan en zich toe te leggen op het strafrecht.

Ondanks de portie menselijke ellende waarmee ze bijna dagelijks wordt geconfronteerd, heeft Mussche, die gescheiden leeft van haar echtgenoot maar met wie ze een goede verstandhouding heeft, geen eeltlaag gekweekt voor miserie. Integendeel: ze kan niet naar films kijken waarin kinderen worden mishandeld. Omdat ze het niet als fictie kan beschouwen, ze wéét dat die dingen ook echt gebeuren. Als ze in gerechtelijke dossiers de gruwelijke dingen leest die kinderen moeten ondergaan, wordt ze fysiek onwel. “Je zou denken dat je er na al die jaren wel aan went, maar dat is niet zo. Het wordt juist erger.”

In januari wordt Mussche 65, maar aan ophouden denkt ze nog niet. Zolang haar gezondheid het toelaat, blijft ze doorwerken. Enkele jaren geleden moest ze op doktersbevel gas terugnemen. Door de stress kwam ze soms in ademnood, iets wat sindsdien nog is gebeurd. Het leerde haar de boot af te houden als ze met een zaak bezig is, en haar tijd beter in te delen. Om te ontspannen, gaat ze sporten en brengt ze tijd door met haar twee kinderen en haar kleinkind.

Aan haar carrière heeft ze geen donker mensbeeld overgehouden. Wat haar betreft, zijn de meeste mensen te redden. Behalve psychopaten zijn misdadigers meestal goede mensen met wie het fout is afgelopen. Om haar stelling kracht bij te zetten, deed Mussche bij het dertigjarig bestaan van haar kantoor haar collega’s een boek cadeau. De titel: De meeste mensen deugen.