ImageGlobe

Fiscaal voordeel tweede woning blijft bestaan en dat doet economen fronsen: "Doet alleen de huizenprijzen stijgen"

"Een anomalie", zo wordt het fiscale voordeel voor een tweede woonst wel eens genoemd, maar toch willen de Franstalige liberalen van MR het behouden. Volgens voorzitter Georges-Louis Bouchez profiteert een brede groep middenklassers van die belastingvermindering. Klopt die redenering? Dit leren de cijfers.

1. Een belastingvoordeel op een tweede woonst, hoezo?

Het federale niveau in ons land voorziet nog steeds in een fiscaal voordeel voor wie een lening aangaat om bijkomend vastgoed aan te kopen, naast of bovenop de "eerste" woning dus. Op de betaalde kapitaalaflossingen en schuldsaldopremie voor dat extra vastgoed is een belastingvermindering van 30 procent van toepassing. De som die in aanmerking komt, is begrensd op 2.350 euro per jaar, waardoor je alles samen maximaal 705 euro per jaar kunt aftrekken van de belastingen.

2. Waarom is daar discussie over?

Bijna alle regeringspartijen, ook de Vlaamse liberalen van Open VLD, zien dat fiscale voordeel als een "anomalie": je krijgt nu wel een belastingvermindering op je tweede woonst, terwijl de woonbonus - het belastingvoordeel op je éérste woonst - in Vlaanderen is geschrapt. Vóór de begrotingsbesprekingen startten, leek dat dus een makkelijke besparing voor de federale regering.

Alleen wilden de Franstalige liberalen van MR van geen wijken weten bij de begrotingsonderhandelingen. Resultaat: de fiscale korting op de lening voor een tweede woonst bestaat nog steeds. Econoom Geert Noels noemde het op Twitter al "totaal onnodig". De Gentse rector Rik Van De Walle vond het "onbegrijpelijk".

MR-voorzitter Georges-Louis Bouchez argumenteerde dit weekend in "De zevende dag" uit dat die "anomalie" alleen in Vlaanderen bestaat, "omdat Wallonië en Brussel wel nog fiscale mechanismen hebben" om mensen te steunen bij de aankoop van hun eerste woonst.

Bovendien, zo redeneert Bouchez, gaat dit niet per se om een belastingvoordeel voor "rijke mensen". "Iemand koopt een tweede huis omdat hij een kleine zelfstandige is en hij zijn pensioen wil financieren. Iemand koopt vastgoed voor zijn kind. Zijn dat rijke mensen? Vandaag in België investeren in een tweede of een derde eigendom wil niet zeggen dat je rijk bent."

MR wil het belastingvoordeel op tweede woningen graag behouden, bekijk hier waarom:

Videospeler inladen...

"Als die mensen een beetje geld opzij kunnen zetten, wat moeten ze er dan mee doen? Er is geen rente meer op de spaarboekje, de beurs zullen ze om bepaalde redenen ook niet riskeren. Dan is dit misschien een klein voordeel om je pensioen veilig te stellen."

Vooruit-voorzitter Conner Rousseau reageerde daarop dat hij gerust de  discussie over de woonbonus opnieuw wilde voeren, maar dat de overheid "niet met belastinggeld van iedereen een tweede, derde of vierde woning moet subsidiëren". "We zullen blijven strijden om dat eruit te halen", klonk het. 

Ook CD&V is al langer dan vandaag vragende partij omdat belastingvoordeel af te schaffen. "De luxeaankoop van een tweede woning hoeven we als samenleving niet financieel te dragen", laat voorzitter Joachim Coens weten. "Zeker niet wanneer de Vlaamse regering de woonbonus voor een eerste woning al afschafte. Dat krijg je niet uitgelegd."

3. Hoeveel mensen maken er gebruik van dat fiscale voordeel? En hoeveel kost dat?

Uit de belastingaangiften blijkt dat voor het aangiftejaar 2020 908.740 gezinnen (koppels en alleenstaanden) een of meerdere onroerend goederen bezaten bovenop de eigen woning.  Dat is ongeveer 1 Belgisch gezin op de 5. Dat zijn niet allemaal grote vakantievilla's: ook pakweg een chalet of stal valt daaronder.

Het aantal gezinnen met zulke extra stukken onroerend goed is in de voorbije jaren wel gestaag gestegen: 5 jaar geleden waren het er nog minder dan 800.000.

Zowat 80 procent van dat extra vastgoed wordt verhuurd aan particulieren of helemaal niet verhuurd. De overige 20 procent wordt verhuurd aan bedrijven of organisaties.

Wel opletten: niet ál die gezinnen maken gebruik van de huidige belastingvermindering op een lening voor een tweede woning. In 2020 was dat ongeveer een derde van het totale aantal gezinnen met "extra" onroerende goederen, 292.511. Opmerkelijk is wel dat dat aantal in 5 jaar tijd verdubbeld is.

Dat betekent dus ook dat dat belastingvoordeel de voorbije jaren een pak forser is gaan doorwegen. Dit jaar was dat al meer dan 100 miljoen euro, waar dat 5 jaar geleden nog iets meer dan 50 miljoen euro was. Uitkijken wel: een afschaffing van die belastingvermindering zou niet onmiddellijk 100 miljoen euro opleveren, omdat het voordeel enkel voor nieuwe hypotheekleningen zou wegvallen. Het zou dus eerder een besparing op de lange termijn zijn.

4. Klopt het dat vooral de middenklasse profiteert van dat belastingvoordeel?

Dat is moeilijk te achterhalen. Maar statistisch is de kans eerder klein, zo leert een recente studie door armoede-experten Ive Marx en Sarah Kuypers van de universiteit van Antwerpen. Uit cijfers van de Europese Centrale Bank (ECB) konden ze opmaken hoe de vermogens in België verdeeld waren tussen 2010 en 2017

De onderzoekers zien inderdaad dat almaar meer gezinnen een tweede woning (of beter: 'onroerend goed') aankochten en dat de doorsnee waarde daarvan ook steeg in die periode. "Dat kan waarschijnlijk grotendeels verklaard worden door de aanhoudende lage rentes", denken de onderzoekers. "Aan de ene kant zorgen lage rentes ervoor dat het voordeliger wordt om een hypotheek aan te gaan. Aan de andere kant resulteert het (die lage rente, red.) in een zeer lage opbrengst van het vermogen op spaarrekeningen, waardoor vermogende gezinnen een alternatief zochten in vastgoed." 

De frase "vermogende gezinnen" staat daar niet toevallig, want dezelfde studie leert dat dat ander (tweede, derde, ...) vastgoed zeer ongelijk verdeeld is. "Zo is meer dan 70 procent van de totale waarde van ander vastgoed in handen van de top 10 procent meest vermogenden", legt Marx ons uit. "En je hoort pas bij die top 10 procent als je netto vermogen minstens 762.000 euro bedraagt. Dat is dus niet wat je noemt de normale middenklasse."

"Ik zeg niet dat een middenklasser geen tweede woonst kan hebben -  uiteraard is dat ook soms het geval - maar het overgrote deel van dat vastgoed zit bij de rijkste groep." De kans is dus ook groter dat die groep ook meer profiteert van dat fiscale voordeel.

Marx is daarom scherp voor Bouchez, die diens bewering "bij de haren gesleurd" noemt. "Dit is toch wel kenschetsend voor het niveau van wereldvreemdheid bij die mensen."

5. Maar is er dan een goede economische reden om dat belastingvoordeel te behouden?

"Geen enkele", reageert vastgoedeconoom Geert Goeyvaerts (KU Leuven) stellig. "We stimuleren in ons land via allerlei belastingvoordelen en subsidies de aankoop van een woning, maar er is nog altijd geen bewijs gevonden dat dat ook echt economische voordelen oplevert. Dat is destijds ook de logica geweest achter de afschaffing van de Vlaamse woonbonus."

Ook met dat federale belastingvoordeel voor de aankoop van een tweede of derde woning stimuleer je meer investeringen in vastgoed, zegt Goeyvaerts. "Met dat fiscale voordeel trek je het rendement van die investeringen op, waardoor er meer kapitaal naar vastgoed vloeit. Alleen blijkt nu dat het aanbod daar helemaal niet zo sterk op reageert. Resultaat? De vastgoedprijzen stijgen."

Meest gelezen